Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Maendach 17 Aprilis 1589.

De pastoren tOestwoldt ende Finserwoldt gevangen midts gebreke van sauvegarde, de durch den Staten geweygert.

S.M. De smeden contra Engelb<ert> Scho<makers> dochter man, ijserkremer, van neet te kramen, dan in de vrije marckt; de heeren werden daervoer de naeste marckt in versehen na behoeren.

Item twe dubbele jagers in een penninge te slaende, als van te voern iider up 3 br. st. geslagen¹⁾.

De smeden en koopmannen van iser um leverantie, ter fruntschafft.

1) Zie Verbaal Hammonius in dato en Reg. Feith 1589 nr. 68: commissie voor Hans ten Bosch om te munten.