Vrijdach 12 Februarii 1593.
Also de voerstanderen van St. Gertruytsgasthues durch den heren Minnerbroederen angefordert om betalinge van 36 emder gl. wegen twe jaer gedane geestlike densten, het gasthues oeverst deser tijdt arm ende onvermoegents, hebben B. ende R. tusschen beyden voer gueth angesehen, dat der stadt rentemester den vorsz. gasthuese voer den schaden (daervan se sich beclaget) hoerder affgegraven ende verspittede landen (tot der voersz. broederen con tentemente) eens voer all verguetzen ende betalen sall de summe van 20 emder gulden, tot 30 gr. st. den gl. gerekent.
Oldtampsteren beclach van doertochten etc.; bes 14 dagen uutgestelt.