Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Wondsdach 15 Septembris 1593.

Voert na den middach der gesanten Ubbena ende syndicus incompst, mit vijff vlegende vendels van de borger prechtich ontfangen, des co<n>s<ul?> wal verdrach gehadt, alst scheen, vermidts sijn gestrenge, weder vant hoff comende, der Ebbingestrate in ende neet na Bottringestraten overt marckt, vul volckes staende, gerheden³⁾.

Graff Fredrick van den Berge tsamen gecomen bij den stadtholder int hoff gebleven⁴⁾.

Veneris Ad werderzijl eroevert mit gewalt ende alles - 36 - ombracht; na Slochteren ende Winschoten; Wedde oeck als de vorsz. zijl den 24 eroevert^a).

3) Zij brachten verschillende brieven mee, 1^o d.d. 3 augustus van Guilhelmus a St. Clemente, gezant van de koning te Praag, 2^o d.d. 5 augustus van aartshertog Ernst van Oostenrijk uit Wenen, 3^o d.d. 17 augustus van keizer Rudolf, 4^o d.d. 9 augustus van de graaf van Mansfelt (Ingek. br. 1593).

4) Van den Berg was met de hulptroepen meegekomen.

a) Later bijgeschreven.