Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw

meer over deze tekst

Informatie terzijde

Gedichten. Deel 2
Toon afbeeldingen van Gedichten. Deel 2zoom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1,71 MB)

Scans (120,00 MB)

ebook (3,58 MB)

XML (0,77 MB)

tekstbestand






Editeur

Anthony Jansen


Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten. Deel 2

(1685)–Joannis Antonides van der Goes–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Oordeel van schoonheit. Aen Mevrouw: A.V.B.

 
GElooftge my, Mevrouw, zoo blint of slecht te wezen,
 
Dat ik met ernst het bruin heb boven 't blank geprezen?
 
'k ben zulk een nieuweling in keur van schoonheit niet,
 
Dat mijn gezicht het groot verscheel niet merklijk ziet,
 
't Geen 't heldre blonde ver doet boven 't bruine streven:
 
Want heeft de hemel iets aenminniger gegeven,
 
Als oogjes, die in verf des hemels kleur gelijk,
 
Me geven in haer kracht en haer beweging, blijk
 
Datze uit byzondren aert in 's hemels werking deelen,
 
En harten quetzen om die wederom te heelen?
[pagina 260]
[p. 260]
 
Het liefelijk korael der net besneden mont,
 
Dat zoo bekoorlijk gloeit en afsteekt op het blont,
 
Gelijk een rijpe Kers op Lelyblaên gelegen,
 
Kan, spraekloos, zelf de ziel tot hare min bewegen.
 
Niets haelt'er by het vel dat, wit als sneeu, zoo schoon
 
De flaeuwe roosjes draegt op yder wang ten toon,
 
Waerby de blozentheit der bruinen wel mag schromen
 
Als in triomf, met hun opdrachtig root te komen.
 
Die dat niet onderscheit, die late roozeblaen
 
Voor roode mankop en Peönieroozen staen:
 
Dien mag de bloetsteen meer dan een Granaet behagen
 
Of heldere Robijn. men kan 't d'aeloutheit vragen,
 
Die net het oordeel van de schoonheit heeft gevelt,
 
Hoe ver het lieflijk blank wert boven 't bruin gestelt.
 
Zoo wort de Moeder van de liefde zelfs beschreven,
 
De schoone Venus. zoo wort mee Diaen verheven,
 
De blonde Jagtgodin, wanneer zy in een bron
 
Zich spiegelt, en ontduikt de stralen van de zon,
 
Om 't witte en zachte vel te smetten noch te blaken.
 
Zoo kon Pandora mee het hart der Goden raken
 
Door 't levendige albast van haer volmaekte leen,
 
Zoo onbevlekt en gaef als lieffelijk besneen.
 
Wie ziet de zilvre maen aen 's hemels blaeuwe kimmen,
 
Niet liever helder en met vollen luister klimmen
 
Als datze 't aenzicht met een donkre nevel dekt,
 
En 't uitgebreit gespan der wolken zich betrekt?
 
Maer of schoon een bruinet meer vier heeft in haer oogen,
 
De ziel wort, door dien glans, zoo krachtig niet bewogen,
 
Als door het quijnent licht dat zacht in d'oogjes speelt
 
Van eene blonde, die ons ongevoelig streelt,
 
En ons onszelve ontrukt. men breng my niet te voren
 
Dat bruine Andromeda held Perseus kon bekoren,
 
Haer bruinheit deed het niet, noch had zoo groot een magt;
 
Maer 't deerlijk ongeluk waertoe ze was gebragt.
[pagina 261]
[p. 261]
 
Het medelijden kon zijn eedle ziel ontsteken,
 
En d'eer, dat hy zoo kloek haer ramp had konnen wreken
 
Van 't gruwlijk monster dat vast toeleide op haer doot.
 
Heel Griekenlant, voorheen, quam met zijn oorlogsvloot,
 
Voor Trojen tien jaer lang met al de bloem der helden,
 
Die even moedig lijf en goed te pande stelden
 
Om een Heleen weerom te halen met het zwaert,
 
Die, blont gelijk een zwaen, wel scheen dien oorlog waert.
 
Dies laet een ander, zoo 't hem lust, de bruinen loven:
 
De blanke gaen het al in schoonen glans te boven,


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Algemene gebruikersvoorwaarden
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken