Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten. Deel 2 (1685)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten. Deel 2
Afbeelding van Gedichten. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.71 MB)

Scans (120.00 MB)

ebook (3.58 MB)

XML (0.77 MB)

tekstbestand






Editeur

Anthony Jansen



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten. Deel 2

(1685)–Joannis Antonides van der Goes–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 299]
[p. 299]

Zeventiende Liergezang, Van Horatius, Aen Meceen, ziek zijnde.

Cur me quereles exanimas tuis?
 
WAerom vermoort gy my met uwe klachten?
 
Het is den Goden, noch my aengenaem,
 
Dat u het sterflot zou voor my verkrachten,
 
Meceen, mijn waertste stut en faem.
 
Ach! zoo my vroeger doot mijn halve ziel ontrukt,
 
Waerom wort me niet d'ander helft geplukt?
 
Die hier, na uw ontlyven,
 
Niet wenscht te blijven.
 
Een zelfde dagh zal alle beide smooren,
 
En storten my met u gelijk ten val.
 
Ik heb dien dieren eed niet valsch gezworen.
 
Waer hene gy my voorgaet, zal
 
Ik gaen, al waer 't met u, mijn trouwe metgezel,
 
In d'allerlaetste reize van de hel,
 
Geen vierige Chimere
 
Kan my doen keeren:
 
Noch Gyas zal my met zijn hondert handen
 
In eeuwigheit afrukken van uw zy:
 
Al quam hy my uit d'afgront aen te randen.
 
Dit eischt gerechtigheit van my,
 
En ons geboortestont. want 't zy den Evenaer,
 
Of schorpioen verryze met gevaer,
[pagina 300]
[p. 300]
 
En zee en schippers zarren.
 
De felste starren:
 
Of dat de steenbok d'Italjaensche baeren
 
Beroere, en storte een zee van regen neer:
 
Hoe 't zy: ons beider starren evenaren.
 
G'ontvloot den kindereeter weer,
 
G'ontvloot door Jovis hulp, Saturn in zulk een noot,
 
Hy wederhielt de wieken van de doot:
 
Daer 't volk, door alle straten,
 
Als uitgelaeten,
 
Den hoogen Schouwburgh driewerf weer deed galmen.
 
Een boom had my de herssenen verplet,
 
Zoo 't Faunus niet gestut hadde op zijn palmen,
 
Die schrandre geesten altijt red.
 
Volbouw den Goden nu 't beloofde tempeldak.
 
Slacht menige offerhande op uw gemak.
 
'K geve een 'der kleine rammen,
 
Aen d'offervlammen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken