Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek) (2011)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.77 MB)

XML (3.56 MB)

tekstbestand






Editeur

Aarnoud de Hamer



Genre

non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek)

(2011)–Cornelius Aurelius–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Van dye boesheyt heren Folperts van Lederdam.
Dat VII capitel.

Omtrent dese tijt was een here tot Lederdam ende Haestrecht geheten here Folpert, ende was een boes ende quaet mensche, alle zijn leven lanc. Dese benide sere dat welvaren zijns neven here Johans van Arkel, ende was dair sere opGa naar voetnoot301 uut, om hem te verdriven ofte doot te slaen, want hi hadde den duvel trouwe ende manscap geloeft, opdat hi hem bistonde, dat hi zijn vianden mochte crencken ende sinen quaden wille volbrengen. Dese here van Lederdam, als hi sach dat hi den here van Arckel, sinen neve, int openbaer niet crencken of slaen en mochte, heeft hy tot hem geropen den coster van der kercken van Arckel, ende heeft hem beloeft een groote somme van penninghen, dat so wanneer die here van Arkel opten Heylighen Kersnacht ter kercken ghecomen ware op enen betameliken ure, soude die coster uut de kerke gaen, ende sluten die doeren vast toe, opdat dair niemant levende uutcomen en soude, ende soude alsdan een teiken doen mit een clockenslach, ende alsdan soude here Folpert ancomen mitten sinen, vangende of slaende den here van Arckel. Die coster verblijt wesende mitten gelde, is thuys gegaen. Ende als die Kersnacht anquam, is die here van Arkel van sinen huyse gegaen, latende opten huse sinen huysvrouwe, swaer wesende mit kinde, ende is gecomen ter kercken om den dienst Gods dien nacht te horen. Die here van Lederdam heeft hem heimelic mit veel gewapens volc an die oestside van der kercken nedergestelt, also dat geordineert ende opgeset was. Die coster, doir heimelicke boden dit vernemende, heeft van buten de doeren van der kercken vast gesloten. Die here van Arkel van desen verraet ende opsette niet wetende, also hem God dat ingaf, is heimeliken mit II dienres uut die kercke gegaen om ter secreten plaetsen te gaen, die coster hier niet of wetende. Ende als die coster die doeren dus vast hadde gesloten, datter niemant in noch uut en mochte, heeft hi een teiken mitter clocken gedaen. Die here van Lederdam dit horende, is terstont met zijn volc angetreden, ende hebben die kerc ombeleit, ende dat vier daerin gesteken, menende also den here van Arkel daer in te verbarnen. Ende die kerck is also verbarnt geweest met allen den priesteren ende anderen die daerin waren, behalven een. Die here van Arkel, als hij dit vernam, doir den brant dien hi sach ende dat gecri van sine vianden dat hi hoerde, versuchte ende bedroefde hem sere van den jammerlicken

[pagina 176v]
[p. 176v]

moert sijnre ondersaten, ende bleef heimelic verborgen in enen stenen camere totten dage toe. Ende die here van Lederdam verblijt wesende van alsulcken moort ende misdaet, hopende den here van Arkel mede verbrant te wesen mitten anderen, is vroliken wederom gekeert mitten sinen na die stede van Lederdam. Die here van Arkel, als hi vernam dat dye heere van Lederdam weder wech was ghereyst, is hi mitten sinen al screyende ende wenende in der kercken gegaen, die dair al geheel lach verbrant, ende heeft die verbrande dode lichamen vergadert ende voer den outaer des Heiligen Cruys begraven in der selver kercken. Dit ghedaen wesende, heeft hi die wairheit van desen verraet ende moort vernomen, ende heeft den coster, die verrader, ghevangen genomen ende mit grote sware pijnen ende tormenten vaneen doen scoeren, ende also doen verbarnen. Die vertwifelde here van Lederdam horende dat die here van Arkel mitten live was ontgaen, ende menende dat hem dye coster hadde bedrogen (mer namaels dye waerheit vernemende) heeft hi dye duvelen vermaledijt ende geblasphemeert, ende is met groter scaemten ende scanden uuten landen in Hoech-Duytslant getogen, ende heeft hem daer een cleine tijt onthouden. Ende corts daerna is hi wedergecomen, ende heeft den Arkelschen dijck doergesteken, datter grote scade gesciede van water int lant van Arkel ende Vianen. Een weinich tijts hierna ist geboert dat die here van LederdamGa naar voetnoot302 was binnen Haestrecht, ende als hi op enen dach mit sijn vrienden vrolic hadde geweest ende wel gheteert ende gedroncken was, ende na den maeltijt droncken wesende ende onder sine vrienden staende opter straten, is hi onversienlic uut dat middel van henluyden genomen met lijf ende siel, ende in der lucht opgevoert uut haren ogen, dat men niet en wist waer dat hij vervoer. Ende nae dien dach en worde hi nye weder ghesien, mer op die stede daer hi stont ende ofgenomen worde bleven leggen III droppelen versch bloets. Ende na dien tijt worde also vreselicken geluyt op dat huys ende slot tot Lederdam ghehoert, ende dye opten huyse woenden sagen griselicken ende vervaerliken gedaenten van vreemde dieren, dat daer nyemant opten huyse van anxst bliven mochte, waerom Pelgrom, des heren Volperts soen ende navolger in boesheden, een man van groter oerlogen ende quaetheden, dat men twifelde wie die beste van beiden wesen mochte: dese dede dat slot ende casteel ofbreken ende liet een ander maken an die westside van der stede van Lederdam.

voetnoot301
o AB.
voetnoot302
Lederdem AB.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken