Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Seven manieren van minne (1926)

Informatie terzijde

Titelpagina van Seven manieren van minne
Afbeelding van Seven manieren van minneToon afbeelding van titelpagina van Seven manieren van minne

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.59 MB)

XML (0.60 MB)

tekstbestand






Editeurs

Jozef van Mierlo

Léonce Reypens



Genre

proza

Subgenre

traktaat


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Seven manieren van minne

(1926)– Beatrijs van Nazareth–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen

1Die vierde maniere van minnen. //Ga naar margenoot+

2N'och pleget onse here ander maniere te gheueneGa naar margenoot+ 3uene van minnen 'ende selcstont in groter 4waelheiden · selcstont in groter welegheiden, daerGa naar margenoot+Ga naar voetnoot4. 5wi nv af <seghen> willen.

6''Selcstont gesciet · dattie minne sueteleke in der 7zielen verwecket wert, ende blideleke op-ersteet· 8'ende datsi har seluen beruert int herte · 'sonderGa naar voetnoot8. 9enich toe-doen van menscheliken werken. 'Ende

[pagina 14]
[p. 14]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

10Ga naar margenoot+ so wert dan dat herte so morweleke gerenen vanGa naar voetnoot10. 11minnen· 'ende so begerleke getrect in minnen · 'ende 12soe herteleke beuaen met minnen · 'ende so 13starkeleke bedwongen met minnen · 'ende so liefleke 14behelst in minnen · 'datsi altemale verwonnen 15wert metter minnen.

16Ga naar margenoot+ 'Hier inne ghevuelt // si ene grote naheit · te 17gode, ende ene onderstendeleke clarheit · 'endeGa naar voetnoot17. 18ene wonderleke verwentheit · 'ende ene edele vriheit 19· 'ende ene verweende suetheit · 'ende een 20groet beduanc van sterker minnen · 'ende een oueruloedege 21volheit van groter genouchten. 'Ende dan 22ghevuelt si dat al hor sinne sijn geheilicht in derGa naar voetnoot22. 23Ga naar margenoot+ minnen ende har wille es worden minne · 'ende 24Ga naar margenoot+ datsi so diepe es versonken ende verswolgen int

[pagina 15]
[p. 15]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

25afgront der minnen · ende selue al es wordenGa naar voetnoot25. 26minne.

27'Die scoenheit der minnen heeftse geten · 'dieGa naar voetnoot27. 28cracht der minnen heeftse verteert · 'die sueticheit 29der minnen heeftse versonken · die groetheit der 30minnen heeftse versuolgen · 'die edelheit der 31minnen · heeftse behelst · 'die purheit der minnenGa naar margenoot+ 32heefse // ghesiert · ende die hoecheit der minnen 33heeftse bouen getrect· 'ende in hare geenicht also, 34datsi altemale der minnen moet wesen · ende niet 35anders dan minnen enmach plegen.

36'Alse aldus har seluen gevuelt in die oueruloedicheit 37van waelheit · ende in die grote volheitGa naar margenoot+ 38van herten, soe wert hare geest altemale in minnen 39versinkende · 'ende hore lichame hare ontsinkende 40· 'hare herte versmeltende, ende al hare 41macht verderuende. 'Ende <so> seere wert siGa naar voetnoot41.

[pagina 16]
[p. 16]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

42verwonnen met minnen, 'datsi cumelike hare seluen 43can gedragen · 'ende datsi dicwile ongeweldichGa naar voetnoot43. 44Ga naar margenoot+ wert haerre lede ende al hare sinne.

45Ga naar margenoot+ 'Ende also gelijc alse .í. vat dat vol es, alsment 46ruret, haesteleke oueruloyt ende vut-welt· 47also wert hi haestelec sere gerenen, ende al verwonnen 48Ga naar margenoot+ // van der groter uolheit · hars herten, so 49datsi dicwile hars ondanx vut moet breken.

margenoot+
fo 29v
margenoot+
H 192 c
margenoot+
Kern 574
voetnoot4.
Selcstont in groter welegheiden: ontbreekt in W, en het Latijn heeft alleen: status quidam delectabilis et quietus. De kopiïst heeft niet begrepen dat 1-6 een inleiding is op de Vierde en Vijfde Maniere. Het wel wordt in de 4e, het wee in de 5e Maniere behandeld. Het Selcstont van 6 beantwoordt dus aan het selcstont van 3; dat van 5, 1, aan dat van 4 in deze Vierde Maniere.
voetnoot8.
Sonder enigh toe-doen van menscheliken werken: duidelijk wordt hier de ingestorte, mystieke genade beschreven, het dogen, gelijk de term luidt waarmee onze middeleeuwsche mystieken het pati divina vertaald hebben.
[tekstkritische noot]10 so] om. H W; dat herte] therte H W; morwelike] moru W; van] in H W 11 in minnen] om. H W; ende] om. H 12 herteleke] herdelic W; met] in H W; ende] om. H 13 met] van W; ende] om. H 16 inne] so add. W; ene] om. W 17 onderstendeleke] gesteleke H W 18 ene1] om. H; verwentheit] verweentheit W; ende... suetheit] om. H W 20 sterker] sulker W; ouervloedege] oueruloeyende W 22 ghevuelt si] voeltse W; geheilicht] om. H W 23 ende1] al add. H; ende... minne] om. W 24 int afgront der] in H inder W
margenoot+
W 258r
voetnoot10.
Ende so wert: De accumulatie in de volgende plaats past wel bij de volheid der Liefdegenieting. Toch is hier, literair gesproken, meer overvloed dan kracht. Hadewijch is vaster, en zoo ook geweldiger. Niettemin is een met Had. innig-verwante ziel hier aan het woord.
margenoot+
fo 30r
voetnoot17.
Onderstendeleke clarheit: het woord is niet in het Mnl. Wdb. opgenomen. Ook hebben H W het niet, maar wel geesteleke. En toch kan het moeilijk anders dan oorspronkelijk zijn. Wel bestaat onderstandig, behulpzaam. Maar die zin voldoet maar weinig hier. Is het misschien: substantialis, van onderstant, substantia? Of heeft onderstaen ooit de beteekenis gehad van verstaen, gelijk het Engelsch to understand? Deze zin van intellectualis voldoet hier zeker het best, en verklaart het synonieme geesteleke van H W.
voetnoot22.
Geheilicht: ontbreekt in H W; toch is het wel oorspronkelijk. Misschien is bedoeld gheelicht, dat in de terminologie van Hadewijch beteekent: geheel gemaakt, samengetrokken, eengemaakt, wat zeker een besten mystieken zin levert. Vgl. 33.
margenoot+
H 192 d
margenoot+
W 268v
[tekstkritische noot]27 'Die] die H W; geten] geschoent H W 28 sueticheit] sutheit H scoenheit W 29 groetheit] geregtheit H W 31 behelst] ghehelst W 32 ghesiert] geschirt H; ende] om. H W 33 bouen getrect] op gheheuen W; geenecht] geenget H; also] soe H W 34 der wesen] mut sin der minnen] transp. H W; niet anders] transp. H W 35 dan minnen/ om. H W 36 har seluen gevuelt] gevult hars selfs transp. H W; die] der W 37 in] om. H W; die] hierop volgt in lit. gerechte 38 altemale] al W; in minnen versinkende] versenkende in minnen H versinckt in minnen W 39 ende] om. H W; hare] om. H W 40 ende] om. H W 41 add. H W.
voetnoot25.
Es worden minne: vgl. 23 en 25. De eerst werkend naar God opstrevende wil voelt zich bij de ingestorte, passieve Godsliefde .vervormd in zijn Voorwerp. Vgl. 25, 26. De mystieke gevoelsovergang in het Beminde, God nam., wordt hier aangeduid Vgl. Ruusbroec XII Beginen, 73, 14.
voetnoot27.
Geten; zeker weer oorspronkelijk tegenover geschoent van H.W Hadewijch heeft ook het beeld, en Ruusbroec zal het dikwijls bezigen. Vgl. ook versuolgen van 30.
margenoot+
fo 30v
margenoot+
W 259r
voetnoot41.
Verderuende: onbeschikbaar wordende, ontsnappende in de mystieke ligatio sensuum of vastlegging der zinnelijke vermogens, als weerslag der mystieke begenadiging in de ziel.
[tekstkritische noot]42 cumelike] kume H W 43 datsi] om. H W; dicwile ongeweldich wert] wert dicke on weldich W 44 al] om. W 45 also gelijc] geliker wis H ghelijc W; alse] om. W; alsment... welt] ende hastelike oueruloit ende utbrect als mit rurt H id. W, met ment voor mit; 47 wert hi] wertse H W 48 so datsi dicwilen] soe dat (= dat het) biwilen H sodathe bi wilen W 49 moet breken] vtbrect ende oueruloit add. H bi wilen wtbreect haers ondancs transp. W.
1 Om. H W 2 Selcstont] In der vifder maniren geschiet oec sulke stont dat minne H; id. W, met schiet voor geschiet 3 verwecket] verwekert H verwect W; 4 opersteet] op versteet H op staet W; geruse] gherussche H gheruchte W 5 verwoetheit] verwentheit H W; si] om. W; seere breken] breken sule H breken soude W
voetnoot43.
Gedragen: moet hier beteekenen: haerre leden geweldich bliuen van 43-44, zich physisch meester blijven, het ghehebben van Hadewijch, Vis. I, 6.
margenoot+
H 193 a
margenoot+
Kern 575
margenoot+
fo 31r

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken