Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Dichten en spelen van Jan van den Berghe (1950)

Informatie terzijde

Titelpagina van Dichten en spelen van Jan van den Berghe
Afbeelding van Dichten en spelen van Jan van den BergheToon afbeelding van titelpagina van Dichten en spelen van Jan van den Berghe

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.13 MB)

PDF van tekst (1.13 MB)

Scans (7.35 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.58 MB)

tekstbestand






Editeur

C. Kruyskamp



Genre

poëzie
drama

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Dichten en spelen van Jan van den Berghe

(1950)–Jan van den Berghe–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 57]
[p. 57]

V Refereyn

 
Ga naar margenoot+Hoort, alle die benaut in tswerelts foreest || leeft,
 
Int vleesch dangireus, waerdeur uwen gheest || beeft,
 
Belast synde met veel swaer Ranckeuren, Ga naar voetnoot3
 
Al eest dat ghy swaermoedich int sondich tempeest || sneeft, Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Deur tswerelts aencleven, die u sulcken keest || gheeft Ga naar voetnoot5
 
Midts dingheboren werck in onser natueren:
 
En wanhoept nyet, roept Christum / troost zal u gebueren.
 
Weet dat hy warachtich es en goederthieren,
 
Betrout syn beloften vol zoeter geuren,
10[regelnummer]
Aenmerckt syn lieffde, syn jonstich crijieren. Ga naar voetnoot10
 
Hy roept u / hy lockt u / in veel manieren /
 
Clopt, spreckt hy / ghy wert in gelaten /
 
Soeckt / ghy sult vinden / vreest gheen dangieren /
 
Bidt, men sal u gheven volle maten.
15[regelnummer]
Dus, broeders, nempt dit confoort tot uwer baten,
 
En wilt in u bangicheyt nyet verflouwen;
 
Ghy sult vertroost worden uuyt charitaten:
 
Hebt in Christus' beloften een vast betrouwen /
 
 
 
Werdt u conscientie deur t'svleeschs bedwanck || cranck
20[regelnummer]
Benaut, en dat duchten in u heeft bevanck || stranck, Ga naar voetnoot20
 
Om dat de sonden in u domineren,
 
En vreest nyet, al gaeydij den rechten ganck || manck, Ga naar voetnoot22
 
Maer bidt Christum die u der genaden dranck || schanck,
 
Die salse verstroyen die u tempteren.
25[regelnummer]
U gebedt en sal hy nyet refuseren;
 
Hemel, eerde, es vol van syn bermherticheyt.
 
En wilt in syn beloften nyet murmereren, Ga naar voetnoot27
 
Maer verwacht den troost die hy u heeft toegeseyt.
 
Goetheyt, genade es Christus' proprieteyt;
30[regelnummer]
Hy heeft u [v]erlost met syn bloet onsachtich. Ga naar voetnoot30
 
Al hebdy als tverloren kindt lange gebeyt,
 
Keert weder, hy sal uws syn gedachtich /
 
Ga naar margenoot+Al dunckt u dat ghy syn genade crachtich
 
Grootelyck misbruyckt hebt deur tsondich ontfouwen, Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
Thoont leetschap, troost suldy vinden warachtich. Ga naar voetnoot35
 
Hebt in Christus' beloften een vast vertrouwen /
[pagina 58]
[p. 58]
 
Meyndy, die u verlost heeft deur syn wonden || root,
 
Dat hy u sal verdoemen om u sonden || groot?
 
O neen / syn genade es veel te rycke;
40[regelnummer]
Al oordeelt u die wet tot veel stonden || doot, Ga naar voetnoot40
 
Begheert als tcananeeus vrouken der honden || broot, Ga naar voetnoot41
 
Syn bermherticheyt en sal u slaen gheen swycke. Ga naar voetnoot42
 
Hy die u hem selven heeft gemaeckt gelycke,
 
En sal dwerck synder handen nyet versmaden,
45[regelnummer]
Want daerom es hij comen in dit dal van slycke,
 
Den last te draghen die ons hadde verladen. Ga naar voetnoot46
 
Dus broeders, vliet tot Christum, den troost der genaden,
 
Soe en sal u de rechtveerdicheyt Godts nyet crincken,
 
Want hy spreckt: wy dat sucht voer syn misdaden, Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
Ick en salse inder eeuwicheyt nyet gedincken.
 
Kendy dat u zonden voer Godts aenschijn stincken, Ga naar voetnoot51
 
Die kennisse compt u doer tgoddelyck aenschouwen. Ga naar voetnoot53
 
Daerom, broeders, sal troost in u herte sincken,
 
Hebt in Christus' beloften een vast betrouwen /
 
 
 
Prince
 
 
 
Al sydij benaut, hebt gheen vaer || swaer,
60[regelnummer]
Betrout op Christum, tgoddelyck pylaer || claer,
 
Die u verlost heeft van tsondich bederven,
 
Sonder u verdienste / daer en volght gheenen maer || naer.
 
Leest syn goddelyck woordt / ghy vindt openbae || daer
 
Dat hy om den sondaer alleen wilde sterven,
65[regelnummer]
Op dat wy deur syn doot souden dleven erven
 
Als broeders tsamen by Godt den vadere.
 
Daer toe roept hy noch soe menich werven:
 
Compt tot my die belast syt allegadere,
 
Ga naar margenoot+Ick ben een fonteyne, een levende adere, Ga naar voetnoot69
70[regelnummer]
Ick sal u vertroosten, in u allendich mesval. Ga naar voetnoot70
 
Al comdy inden wyngaert spadere
 
Dan dandere / ghy sult loon hebben van al. Ga naar voetnoot71-72
 
Merckt Petrus, Paulus, ja tes sonder getal, Ga naar voetnoot73
 
Dat al sondaers waeren en bleven behouwen.
75[regelnummer]
Prince, den gheest der waerheyt u oyck troosten sal: Ga naar voetnoot75
 
Hebt in Christus' beloften een vast betrouwen /
 
 
 
finis
 
 
 
per vanden berghe.
margenoot+
[68ro]
voetnoot3
Ranckeuren, grieven.
voetnoot4
int sondich tempeest sneeft, ten val komt door zondige hartstocht.
voetnoot5
die u sulcken keest ghesft, die u zulk een pit te smaken geeft.
voetnoot10
crijieren, verkondiging; vgl. v. Doesborch XXIII, 5.
voetnoot20
duchten, beduchtheid; - in u heeft bevanck, u beheerst.
voetnoot22
al gaeydij ... manck, al wijkt gij af van.
voetnoot27
in ... murmereren, morren tegen zijn (nog niet vervulde) beloften.
voetnoot30
onsachtich, op een smartelijke wijze.
margenoot+
[68vo]
voetnoot34
deur tsondich ontfouwen, door u te buiten te gaan in zonde.
voetnoot35
leetschap, berouw.
voetnoot40
versta: al zijt gij volgens de geboden ten (eeuwigen) dode gedoemd.
voetnoot41
tcananeeus vrouken, zie Matth. 15: 22 vg.
voetnoot42
slaen ... swycke, in de steek laten.
voetnoot46
ons hadde verladen, ons te zwaar drukte.
voetnoot49
wy, wie
voetnoot51
Kendy, erkent gij
voetnoot53
sal, als er zal (wil).
margenoot+
[69ro]
voetnoot69
adere, bron.
voetnoot70
mesval, rampspoed.
voetnoot71-72
Vgl. Matth. 20.
voetnoot73
tes sonder getal, zij zijn talloos (die).
voetnoot75
Misschien schuilt hierin het devies van een kamer.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken