Rond 1250-1260 vertaalde de Vlaming Diederic van Assenede het Oudfranse
Floire et Blancheflor. Het verhaal gaat over de
onmogelijke liefde tussen een heidense koningszoon en een christenmeisje (Winkelman 1984). In vs. 19-27 van de proloog (uitgegeven
in Mak 1976) legt Diederic uit dat een vertaler omwille van
het rijm en de inhoud gedwongen is nu eens wat woorden toe te voegen en dan weer
weg te laten. Als men hem mag geloven, heeft hij het er moeilijk mee gehad. Maar
uiteindelijk is zijn doel gelukt: de tekst in het Diets te vertalen voor de
mensen die geen Frans kennen.