Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3 (1860)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3
Afbeelding van De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.38 MB)

Scans (6.83 MB)

XML (1.18 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3

(1860)–Katharina Wilhelmina Bilderdijk-Schweickhardt–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Afscheid.Ga naar voetnoot*

 
Ja, geen der wreedste folteringen,
 
Die ooit den stervling viel te beurt,
 
Kan zoo het hart zijn moed ontwringen
 
Als 't oogenblik dat ons een' Zielsgeliefde ontscheurt!
[pagina 198]
[p. 198]
 
Helaas! wen eensbezielden voelen
 
Hoe zalig ze in elkander zijn:
 
Wen al het heil dat zy bedoelen,
 
Het deelen is van vreugde en pijn:
 
 
 
Wen 't hart niet langer voor zich-zelven,
 
Maar voor zijn ander harte slaat;
 
De zucht een afgrond schijnt te delven,
 
Die zijns Geliefden borst ontgaat:
 
 
 
Wen enkel op het denkbeeld bevend,
 
Dat, dien men mint, een kommer drukt;
 
Wen, in hem stervend, in hem levend,
 
Zijn weêrmin ons ons-zelv' ontrukt:
 
 
 
Wen zulken 't wreede lot doet scheiden,
 
Die by de tranen, dan geplengd,
 
Het afscheidswoord vergeefs verbeiden,
 
Daar 't diepgetroffen hart aan spraak noch leven denkt:
 
 
 
Wen de afscheidskus, met wien het leven
 
Den teedren lippen wordt ontperst,
 
De zielen op hun boord doet beven,
 
Daar 't harte van zijn weedom berst: -
 
 
 
Ach! zulk een scheiding van Geliefden
 
Zegt eindloos meer dan loutre smart,
 
Geen dolken ooit die 't hart zoo griefden: -
 
Neen, 't is vernietiging, verdelging van het hart!
 
 
 
Gewis, in 't ander beter leven
 
Zal 't hart waar zuivre min het onze meê vereent,
 
Zijn weêrhelft weder zijn gegeven,
 
Om eeuwig aan elkaâr te kleven!
 
ô Troost! ô zoete troost voor 't geen men hier beweent!
 
 
 
1799.

voetnoot*
Poëzy (van Mr. w.b.) III, 32.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken