Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 9 (1858)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 9
Afbeelding van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 9Toon afbeelding van titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.79 MB)

Scans (4.51 MB)

XML (0.88 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 9

(1858)–Willem Bilderdijk–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 409]
[p. 409]

Aan de liefde.Ga naar voetnoot*

 
Bij welken Leeraar, in
 
Wat Hogeschool, ô Min!
 
Is uwe kunst te leren?
 
Wat onderwijs kan ons ontleên
 
Haar heilige verborgenheên,
 
Die 't fijnst vernuft trotseeren?
 
Wat taal, wat tong, ons doen
 
Bevroên;
 
Wat spraaktuig, leren kennen;
 
Het geen de vlugge geest beseft,
 
Wanneer hij op uw Zwanenpennen
 
Zich boven lucht en zwerk verheft?
 
Minerve kon met al
 
De wijzen van haar' wal
 
Uw gronden nooit doordringen.
 
Ja Febus-zelf is op Parnas
 
Een kunsteloze Marsyas,
 
In u te willen zingen.
 
Dan trilt, dan heeft zijn stem
 
Geen klem,
 
Geen kracht, geen vuur, geen leven:
 
Dan kruipt, dan sleept zijn geest langs de aard,
 
Onmachtig om u na te zweven
 
Met eene vlucht, uw grootheid waard.
 
 
 
Gij, Min! gij zelve, zijt
 
Alleen, ten allen tijd',
 
Uw eigen onderrichting
 
En Leeraar. - Uw ervaren hand
[pagina 410]
[p. 410]
 
Schenkt zelfs het duisterste verstand
 
Een Hemelsche verlichting.
 
Ge ontvonkt den ruwsten geest?
 
Hij leest
 
In uw geheimenissen,
 
In 't onbegrijpbaar wonderschrift,
 
Met trekken, nimmer uit te wisschen,
 
Door u, in 's minnaars oog gegrift.
 
Uw gunstige invloed maakt
 
De lippen welbespraakt,
 
En weet de tong te kneden.
 
Ja, dikwijls maalt, (ô vreemd beleid
 
Van 's Minnegods welsprekendheid!)
 
Een afgebroken reden,
 
Een uitroep, hoe verward,
 
Het hart
 
Met levendiger verven,
 
Dan de allerrijkste woordenpraal:
 
Ja 't zwijgen zelfs is menigwerven
 
De krachtigste, de teêrste taal!
 
 
 
ô Min! laat andren dan
 
De schrandre lessen van
 
Een' Sokrates doorzoeken.
 
Twee lonkende oogen leren mij,
 
Wat warelijk beminnen zij,
 
Beschamende alle Boeken.
 
En de allerwijsste dichtpen zwicht
 
In 't rijk van d' Albedwinger
 
(Het Zanggodinnendom ten spijt')
 
Voor vaarsjes, die een ruwe vinger
 
In ruwe beukenschorsen snijdt.
 
 
 
1781.
voetnoot*
Mijn Verlustiging, 55.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken