Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12 (1859)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12
Afbeelding van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12Toon afbeelding van titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.59 MB)

Scans (5.42 MB)

XML (0.77 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12

(1859)–Willem Bilderdijk–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 112]
[p. 112]

Holland boven al.Ga naar voetnoot*

 
Zegt my, nieuwentrants Poëeten,
 
Zegt my, moet dit Dichtkunst heeten,
 
Als men zedespreuken kaauwt,
 
Zot of wijsgeer nagebaauwd?
 
Als men, met in 't wild te schermen,
 
Nieuwe Filozoofsche termen,
 
Wier beduiding niemand kent,
 
Schaamtloos voor gevoelens vent;
 
En in onzin half verloren,
 
Bloote wartaal aan doet hooren,
 
Waar het hart by ledig blijft,
 
Of het bloed van koû verstijft?
 
Of verkoopt gy dit voor dichten,
 
Als een party stomme wichten
 
Ahs en oôs en streepjens biedt,
 
Daar men zin noch slot in ziet?
 
Of zal 't koud en dor beschrijven
 
Van de Britten bovendrijven,
 
En Verbeelding voor Gevoel
 
Heffen op den Dichterstoel?
 
Zal men Redenaarfiguren
 
Uit de Fransche schriften puren,
 
En, voor ware Poëzy,
 
Hulde doen aan Maas en IJ?
 
Houdt men Duitschlands smakeloosheid,
 
Schillers droomen, Gesners voosheid,
 
En eens Kotzebues natuur,
 
Voor het ware Dichtervuur?
 
Zegt me toch, mijn goede vrinden,
[pagina 113]
[p. 113]
 
Waar uw Dichtkunst is te vinden?
 
Dat veelvormig hersenspook,
 
Waar het outer thands voor rook'!
 
'k Heb voorheen by de Oosterlingen
 
Meê een weinig leeren zingen,
 
Latium en Griekenland
 
Nagebootst op eigen' trant:
 
'k Heb de wareld omgevaren,
 
Om den klank der echte snaren:
 
'k Nam een' halven leeftijd les
 
In de school van Perikles:
 
'k Heb Augustus eeuw doorkropen;
 
Die van Medicis doorloopen;
 
En werd burger in het Rijk
 
Van den Grooten Lodewijk:
 
'k Groette Betisstroom en Iber;
 
Dompelde in den Po en Tyber;
 
Liet de bron niet ongerept,
 
Daar de Thijne vocht uit schept;
 
'k Zwierf langs Theems- en Isisboorden;
 
Ja, doordrong den nacht van 't Noorden;
 
Vroeg by Rus, en Fin, en Zweed,
 
Wat de ware Dichtkunst heet.
 
Maar, na al dat ommedwalen
 
Keer ik tot de Nachtegalen
 
Van het Vaderlandsche bosch,
 
Op den naam van Holland trotsch.
 
Holland, dat de Zanggodinnen
 
Leerde vieren, leerde minnen,
 
Eer de minste Dichtrensprank
 
Opglom in Germaan of Frank!
 
Dat, met uitgebreide wieken,
 
Naar den horizont der Grieken,
 
En met onbenepen oog
 
Door den Oosterhemel vloog;
 
Holsteins ossen, Duitschlands hamelen,
 
Neêrland leerde na te stamelen;
 
Verzen schoeide op de echte maat,
 
Die geen Nabuur nog verstaat;
[pagina 114]
[p. 114]
 
En op Attische Tooneelen
 
Melpomeen haar rol deed spelen,
 
Eer der Seine zwanenvlucht
 
Wieken klapte door de lucht,
 
En den luister der Aaloudheid
 
Eigende met roovrenstoutheid!
 
 
 
Zoek' de dwaze dan uitheems
 
Naar de distels van de Theems;
 
Of nog dwazer, dommer, snoder
 
Verkensbrood aan Spree of Oder!
 
Vraag hy aan een Munstersch zwijn
 
Zwanenzang van Vecht of Rhijn!
 
Laat hem trotschen, laat hem wroeten;
 
Aan den draf zijn' honger boeten;
 
Eikels knaauwen naar zijn' smaak!
 
Ik, ik gun hem dat vermaak.
 
Wy, mijn Vrienden, Batavieren,
 
Zoeken Tempes eerlaurieren;
 
Wy, de nooit verdoofbare eer
 
Van een' Vondel, een' Homeer.
 
 
 
1808.
voetnoot*
Najaarsbladen I, 99.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken