Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12 (1859)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12
Afbeelding van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12Toon afbeelding van titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.59 MB)

Scans (5.42 MB)

XML (0.77 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12

(1859)–Willem Bilderdijk–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 387]
[p. 387]

Afscheid.Ga naar voetnoot*

 
Hier sta ik aan den rand van 't naar my gapend graf,
 
Één oogwenk, en ik zink in zijn verwoesting af.
 
Thands vrage ik voor dees kuil: Vervulde ik mijn bestemming,
 
En leg ik 't leven af, bevrijd van hertbeklemming? -
 
Het leven? - 'k Ben het moede, en reikhals naar de rust.
 
Maar is my de overvaart naar de onbekende kust
 
Niet schrikbaar? beef ik niet by 't bruischen van de golven
 
Op 't oogenblik dat, van heur branding overdolven,
 
Mijn wrak verslonden wordt in de ondoorzichtbre nacht,
 
Waaruit me een morgen, ja, maar welk een morgen, wacht?
 
Wat morgen? vraag ik. - Wat verschijning by 't ontwaken,
 
Die me eeuwig-zalig of onzalig staat te maken!
 
Ontzachlijk, ja, is elk 't ontzettend oogenblik,
 
En ik, beschouwde ik 't dan, onvatbaar voor den schrik?
 
Beändwoord dit, mijn hart! - Ja, 'k zie dat tijdstip naderen,
 
En voel my 't levensvocht vertragen in mijne aderen,
 
Mijn oog beneeveld, en mijn boezem zonder gloed
 
Naar d' adem hijgende by 't stilstaan van het bloed.
 
Vaarwel dan, wareld! En gy, dierbaarste aller panden,
 
Die de aard my draaglijk maakte, en zoet de teedre banden
 
Waardoor zich 't leven aan de wondre zenuwvlecht
 
Met hart en hersens in gemeenschaps werking hecht.
 
Gy, levensadem van mijn boezem; aan wier harte
 
De hemel open lag in 't midden aller smarte,
 
Vaar wel, ook gy! Gy hebt het aardsche jamm'renpak
 
Met my getorst; geef thands dit afgestormde wrak
 
't Verwoesten over van die Vijandin van 't leven
 
Die recht heeft op haar prooi. Ik zie haar tot my streven,
 
En voel den aangreep van haar uitgestrekte klaauw,
[pagina 388]
[p. 388]
 
Die 't harte toenijpt, van vermoeiing mat en flaauw;
 
Doch liefde en trouw zinkt met geen sterflijkheid in de aarde,
 
Maar klimt tot God om hoog die onze harten paarde. -
 
Vaarwel ook, dierbre vrucht, thands eenigste, uit den schoot
 
Der tederste, en mijn' hart' aanbidlijkste Echtgenoot!
 
Gy die mijn naam en bloed (Gods goedheid will' 't gehengen!)
 
Aan 't laatste Nageslacht met roem moet overbrengen,
 
'k Begeef u. 'k Leg het hoofd op de aardsche peuluw neêr'
 
En geef aan 't logge stof 't geleende omhulsel weêr,
 
En 'k dank Gods Almacht voor de weldaad van een leven,
 
Uit rampen, maar mijn ziel weldadig, saamgeweven,
 
En niet voleind dan met verzadiging van troost,
 
In 't naadrend weêrzien van een vroegverheerlijkt kroost.
 
Gy, Heiland, hebt voor my de banden losgereten
 
Van 't voor zich-zelf en U zich doemende geweten!
 
Gy naamt mijn last op U, en in 't geöpend graf
 
Schud ik die ketenen vrijmoedig, juichend, af.
 
Verlosser, schenk my dit! geef by mijn jongste zuchten
 
Met vastvertrouwend hart tot U-alleen te vluchten!
 
Versterk my, ondersteun me, en reik me Uw dierbre hand,
 
By d' overgang uit dit, naar 't eeuwig Vaderland!
 
 
 
1829.
voetnoot*
Nasprokkeling, 92.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken