Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het verlangen (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het verlangen
Afbeelding van Het verlangenToon afbeelding van titelpagina van Het verlangen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.41 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.13 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het verlangen

(1921)–J.C. Bloem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 89]
[p. 89]

De Spiegel

 
Wanneer na klammen dooi en kille dagen
 
Het wendende getij de wereld wekt
 
Met wisseling van zonne- en regenvlagen,
 
En 't wilde voorjaar door de luchten trekt;
 
 
 
Dan voel ik mij aan 't levend licht verbonden,
 
Dat uit de zondoorschenen wolk regeert,
 
Welks stroomen in het hart der dichters monden,
 
Dat van begeerte naar het lied verteert.
 
 
 
Maar het getal der liedren wordt geringer,
 
Naarmate dat der zware dagen wast.
 
Ik word als een, die slechts met schuwen vinger
 
Langs snaren van 't vergeten speeltuig tast.
 
 
 
Voor andren is de fierheid om 't verrichten:
 
Hun wordt het scheppen tot een zegepraal.
 
Ik ken alleen den martlende' angst van 't dichten,
 
En die gedachte: is dit de laatste maal?
 
 
 
De laatste maal wellicht, dat mijn verlangen,
 
't Welk niets bevredigt, en de dood slechts bluscht,
 
Zich in den maatslag binden laat der zangen,
 
En om der schoonheid wil daarin berust?
 
 
 
Of wil iets in mij, met mijn jeugd, gaan sterven,
 
Iets wat ik 't meest ter wereld heb bemind?
 
Moet ik ook nog dit ééne troosten derven:
 
Geen smart te kennen, die haar zang niet vindt?
 
 
 
Gevangen binnen de altijd nauwer kringen
 
Waarin het strenge leven mij begrenst,
 
Voel ik de woorden naar mijn lippen dringen -
 
Maar 't woord blijft zangloos voor wie tè veel wenscht.
 
 
[pagina 90]
[p. 90]
 
En telken avond moet ik angstig denken:
 
Weer is een dag, als de anderen, vergaan.
 
Hoe vele morgens zullen mij nog wenken
 
Naar mooglijkheden van een vrij bestaan?
 
 
 
Dan wordt het stil in mij, 'k zie om mij henen:
 
Ter eener zijde 't blanke en koude bed,
 
Ter andre 't kaarslicht, dat de zachtbeschenen
 
Wanden in teederheid van schaduw zet.
 
 
 
En voor mij starend zien mijn ernstige oogen
 
Den spiegel in, die glanst, geheim en wijd.
 
Maar reeds gelaten, bijna onbewogen,
 
Aanschouw ik in het glas mijn sterflijkheid.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken