Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het verlangen (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het verlangen
Afbeelding van Het verlangenToon afbeelding van titelpagina van Het verlangen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.41 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.13 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het verlangen

(1921)–J.C. Bloem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 101]
[p. 101]

Lichte Vensters

 
Als de fulpen zomerhemel donkert,
 
De avondwind zijn schuchtre vleugels rept,
 
De eerste groene ster aandoenlijk flonkert,
 
En 't verdrongen leven adem schept,
 
 
 
Sta ik vol verlangen uit te staren
 
In den warmen, ratelenden trein,
 
Die mij brengt waar verre huizenscharen
 
Schaduwig als steile bergen zijn.
 
 
 
Ziet, dan gloeien lichte vensters open,
 
Waar de menschheid zich een woon verkoos.
 
En mijn hart is plotsling volgeloopen
 
Van een liefde, vreemd en mateloos.
 
 
 
En ik vraag aan mijn ontroerde zinnen,
 
Aan den donkren, zachten zomerwind:
 
Waarvandaan dit wondere beminnen?
 
Wàt, dat mij aan deze menschen bindt?
 
 
 
Niets - dan dat wij allen zijn geheven
 
Op de toppen van één golf van tijd;
 
Dat wij breken in dezelfde reven,
 
Waar het strand des doods onze aandrift splijt.
 
 
 
Niets - dan dat ons door de luide straten
 
Eén begeerte de eenzaamheid doet vliên;
 
Dat in liefdenachten hun gelaten
 
En het mijne de eendre sterren zien.
 
 
 
O de sterfelijken, de beminden,
 
De genooten van deez' fellen tijd,
 
De voor eeuwig door hun hart verblinden:
 
Dronken zoekers naar één zaligheid.
 
 
[pagina 102]
[p. 102]
 
Die de zeeën om een droom bezeilen,
 
Die de landen meten aan hun drift;
 
Die bij geen verkregen vreugd verwijlen,
 
Altijd smeekend om een andre gift.
 
 
 
Die zóó zeer naar 's levens volheid haken,
 
Zóó van aardsche liefde zijn doorwond,
 
Dat zij in hun laatsten nacht ontwaken
 
Met een kreet naar 't zonlicht op den mond.
 
 
 
Nimmer kunnen deze woorden uiten
 
Wat ik in een duizling dàn gevoel,
 
Bij het staren naar die lichte ruiten,
 
Maar 't komt alles samen tot één doel:
 
 
 
't Stooten langs de wissels - 't licht der seinen -
 
Het geluid, dat van de rails opspat -
 
't Kruisen van de menschenvolle treinen -
 
't Voelen van de aanwezigheid der stad -
 
 
 
De avondhemel, die nog even licht is -
 
't Duister stijgend uit der aarde schoot -
 
En de droom, waarvan ook dit gedicht is:
 
't Lieve leven en de zoete dood.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken