Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jonge Mei (1924)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jonge Mei
Afbeelding van Jonge MeiToon afbeelding van titelpagina van Jonge Mei

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.28 MB)

Scans (1.28 MB)

ebook (2.90 MB)

XML (0.06 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jonge Mei

(1924)–S. Bonn–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 36]
[p. 36]

Heilge nacht.

 
De oogen des Heeren zijn duister
 
en de avond gaat dalen.
 
Wat lage wolken dragen 'n gulden luister
 
en hooger nog wat roode flarden pralen.
 
 
 
De boomen staan zoo stil aan waterglans
 
er is een effen stilte overal;
 
de fijne ijle sneeuw in eindelooze val
 
't water avonddroomend spieglend gansch.
 
 
 
De grijze wereld en de grijze kolken
 
boven benee, 't is een van fijnen schijn,
 
geen water en geen hemelen erboven zijn,
 
'n enkle klare spiegeling de kolken en de wolken.
 
 
 
De menschen vieren feest,
 
Ik zie hun schouwen rooken
 
de stille pluimen klimmen op het grijs:
 
ik hoor van verre klokken wonderfijne wijs;
 
'k zie ze kerkwaarts gaan gebogen en gedoken.
[pagina 37]
[p. 37]
 
Waar zal ik gaan mijn Heer?
 
Het water voor mij blinkt zoo schoon van leven
 
't is of wonder gulden lichtjes beven
 
't ligt als 'n zilver rustbed glanzend neer.
 
 
 
Waar zal ik gaan mijn Heer?
 
Ik heb noch huis noch dak noch goed
 
'n ransel met wat prullen en gemak
 
'n doorgerafeld bontverlapte pak
 
'n grijskop, en 'n long die dikwerf bloedt.
 
 
 
Waar zal ik gaan mijn Heer?
 
 
 
De menschen vieren feest
 
ik hoor de klokken zacht
 
ik zie geheven oogen
 
biddend ten hemel staren
 
opdat hen God en Engelen bewaren
 
in Heilge Nacht.
 
 
 
Waar zal ik gaan mijn Heer?

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken