Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het revier (1978)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het revier
Afbeelding van Het revierToon afbeelding van titelpagina van Het revier

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.48 MB)

ebook (2.95 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het revier

(1978)–Taecke J. Botke–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 76]
[p. 76]

Het verraad der klerken

De Russen waren in aantocht. Zo althans luidden de geruchten. Wij merkten er nog niet veel meer van dan een toenemende nervositeit bij de ss'ers en bij de gevangen Russen het oplaaien van de verwachting binnenkort bevrijd te zijn.

Het ogenblik kwam waarop wij ons kamp moesten verlaten; de opmars der Russen gedoogde geen langere instandhouding ervan. Via het Mutterlager Ravensbrück werden we overgebracht naar Sachsenhausen. Daar zag het eruit alsof een nieuwe zondvloed over de wereld gekomen was en nu aan een verlaten strand de menselijke resten had aangespoeld. Bij duizenden golfden ze binnen, dag in dag uit. Alle verlaten kampen loosden hun menigten naar de barakken van Sachsenhausen. Wat daar al tijden lang in onbruik was geraakt, halfvervallen schuren, loodsen zonder deur of raam, werd inderhaast gereedgemaakt om de binnenkomende massa's te legeren. ‘Gereedgemaakt’ wil eigenlijk niets zeggen; men opende de deuren wanneer die er nog waren en wees de honderden hun plaats aan. In de uit wanhoop geboren verwachting dat honger en kou hun werk wel zouden doen. De kampleiding wist zich geen raad en riep de dood maar al te graag als bijstand in.

Riolering en waterleiding functioneerden niet meer; een kuil moest volstaan om alle afval kwijt te raken. De stank die daaruit

[pagina 77]
[p. 77]

opsteeg stond als een klamme walm tussen de wanden der barakken. Stoelen waren er niet, tafels ontbraken. Er bleef de gevangenen niets anders over dan te liggen, in grauwe rijen, op de aarden vloer. Ruimte, voor welke beweging dan ook, was er niet. Wie zich omdraaide verplichtte de hele rij dezelfde beweging te maken. Hetgeen uiteraard gescheld, geschimp en ruzie tot gevolg had. Tot handgemeen kwam het echter niet; daartoe ontbrak de kracht. Die bleef gespaard voor het opstaan om zijn bijdrage te leveren tot het vullen van de strontkuil. Of om aan te treden voor het appel of voor het halen van de portie brood en soep.

De vervuiling waarin de gevangenen raakten werd stilaan onbeschrijflijk. Er was allicht geen zeep; water ontbrak, evenals elk spoor van elementaire hygiëne. De ss hechtte er waarde aan de gevangenen uit te leggen dat deze toestanden geenszins strookten met de Duitse begrippen omtrent menswaardige onderkomens. Maar de gevangenen dienden te begrijpen dat de inrichting der opvoedingsinstituten, concentratiekampen genoemd, was gedwarsboomd door de bombardementen der plutocratieën. Naar als bekend verondersteld mocht worden werden die door joden geregeerd, en deze met verderfelijke instincten behepte volksgroep had geen begrip voor de hogere taak der kz's. De gevangenen moesten nog enig geduld oefenen, na de eindoverwinning zouden de verbeteringen niet uitblijven.

Wij, bewoners der quarantainebarakken, beleefden slechts geringe troost bij zulke toezeggingen. Aan de Duitse zege geloofde zelfs de ss nauwelijks meer, en het overleven van de dag scheen ons wezenlijker toe dan welke verwachting op langere baan ook. Het bestaan in de quarantainebarakken was moeilijk genoeg. De bewoners daarvan vormden de laagststaande categorie der gevangenen, op hun overleven werd geen enkele prijs gesteld. Hun verrekken zou door de Duitsers als teken van wellevendheid worden begroet.

[pagina 78]
[p. 78]

De leiding der quarantaine was in overeenstemming met de haar toegedragen achting. Nooit tevoren was een zo gaaf geheel van schoeljes bijeengebracht. Elk dezer bandieten strookte wat zijn uiterlijk betrof met de verwachtingen die elke burger zich daaromtrent maakte. Geen regisseur zou in korter tijd dan twintig weken zo'n bende bijeen kunnen brengen. Er stond dit geboefte, dat als handlangers der Duitsers optrad, een afgesloten ruimte ter beschikking. Vanuit die residentie regeerden zij de gemeenschap der quarantaine. Prenten van geheel of goeddeels ontblote vrouwen - hochbusige Edelweiber - versierden de wanden. Een klein komfoor stelde deze maffia in staat, ‘Bratkartoffeln’ te bereiden. Want ook deze minderheid had haar voorrechten, verbonden aan de uitzonderlijkheid van haar positie.

Op zekere dag verrekte een dezer bandieten een spier. Kermend gaf hij te kennen, medische bijstand te verlangen. Het was hem allicht bekend dat nooit een ‘Revierarzt’ zou afdalen tot dit, immers tot verrekken bestemde, gepeupel der quarantaine. Geen doodsnood kon hem daartoe brengen. Vandaar dat zijn kornuiten op zoek gingen onder de gevangenen - in dit milieu de muzelmannen genoemd. Men haalde mij te voorschijn: een echte ‘Arzt’ en bovendien zelfs ‘Akademiker’. Arts is arts, - vee of tandarts, dat is om het even. Aan mijn kant was trouwens evenmin ruimte voor aarzelingen. Ik zette terstond de behandeling in. De vent kwam op een plank te liggen; ik wreef hem hier en kneep hem daar, met een gezicht dat de bijpassende uitdrukkingen aannam. Het resultaat verrastte mij het meest. De vent stond op en beleed zich heel veel beter te voelen. Ik werd ‘ein tüchtiger Arzt’ genoemd.

's Avonds werd mij aangekondigd dat ik uit de rijen van het gemeen mocht treden om in te gaan tot de stand der prominenten. Ik zou mogen slapen in het hok met de opgeprikte naakten, weigering was uitgesloten. Waarom zou ik ook? Weliswaar was

[pagina 79]
[p. 79]

het behoren tot deze elite een weinig aanlokkelijke gedachte. Maar er stond de zekerheid tegenover aanwezig te zullen zijn bij de etensverdeling. Zodra het voedsel voor de quarantaine arriveerde, nam het boevencommando waarvan ik nu deel uitmaakte, meteen de helft voor zich in beslag. Vanwege de verrichte ‘Schwerarbeit’. Met wat er restte werden vriendjes beloond. Als enige Nederlander in het milieu zou ik nu voortaan enkele vaderlanders kunnen begunstigen. Elke nationaliteit bezat namelijk haar eigen geheime organisatie, die vooral tot doel had de eigen mensen te bevoordelen.

Eer ik mijn intrede mocht doen in de barak met de ‘pin-ups’ diende ik mij zover te reinigen dat mijn uiterlijk overeenstemde met de rang der nieuwe elite. Mijn voeten voldeden niet aan de gestelde eisen. Na drie weken van water verstoken te zijn geweest had ik ze niet kunnen vrijwaren voor volledige vervuiling.

Met de vrienden die hoopvol opkeken naar hun relatie in hogere kringen, werden de kansen op reiniging besproken. Er was nog steeds geen water. Men zag het somber in. Totdat een kleine Franse heer zijn plan ontvouwde. Hij ging meteen aan 't werk. Met een glasscherf begon hij mijn tenen te schrapen. Behoedzaam doch effectief. Want stilaan kwam er huid te voorschijn. Na enkele uren ingespannen toewijding waren mijn voeten teen voor teen schoongeschraapt; ze zagen eruit als jonge worteltjes. Het resultaat dwong ieders bewondering af. De Kapo's inspecteerden sceptisch maar waren meteen overtuigd. Ik werd toegelaten tot hun hok. Mijn ‘Prominentendasein’ was begonnen.

De volgende dag kreeg ik een rodekruisband om de arm; deze verleende mij een graag en onbelemmerd genoten gezag. ‘La trahison des clercs’ of, in goed Duits, ‘Der Verrat der Akademiker’.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken