Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Praeludiën (1902)

Informatie terzijde

Titelpagina van Praeludiën
Afbeelding van PraeludiënToon afbeelding van titelpagina van Praeludiën

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.38 MB)

Scans (1.89 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Praeludiën

(1902)–P.C. Boutens–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 75]
[p. 75]

[Uit goddlijken gedulde]

 
UIT GODDLIJKEN gedulde,
 
Die geeft en nimmer armer wordt,
 
Wil gracelijk verschulden
 
Dit schaambekend tekort:
 
 
 
Dat in de schaduwlooze hallen
 
Van 't zilverenomzuilde huis
 
Naar echo van smarts dorre-blaêrgeruisch
 
Mijn schuifelschuwe voeten vallen;
 
 
 
Dat maar door mat-albasten wanden,
 
Waarin zij zelf zich heeft gemuurd,
 
Van oogen dof en bleeke handen
 
Ziel haar verrukking vuurt;
[pagina 76]
[p. 76]
 
Dat stem, haar eenig goed, die zingt te spreken,
 
In 't slanke streven van den gulden toon
 
Naar donkren barst voelt snikkend overbreken
 
Heur broze schoon...
 
 
 
Ik kwam door verre schemerlanden,
 
Door diepe dalen bladerdicht,
 
Zag jarenlang als wanklen nachtschijn branden
 
Dit groot en zuiver licht.
 
 
 
Ik kwam door blinden mist getogen,
 
En dikwijls brak de stralen draad
 
Die veilig vanuit minnende oogen
 
Mijn voeten had gepaad.
 
 
 
De liedren die ik onbegrepen leerde
 
Eer hart zijn eigen tonen vond,
 
Waren van u niet; als ze in nachtangst keerden,
 
Proefde ik hen bitter in mijn mond.
[pagina 77]
[p. 77]
 
Ik zag de wereldlenten rood van purpren lusten
 
En zomers zwaar van éenjaarsch ooft,
 
De winters onder wier sneeuwen berusten
 
Al korte brand lag uitgedoofd.
 
 
 
Als over wijde waatren fluisterwoordde
 
Uw verre profetie,
 
Verbruiste in naë branding voor ik hoorde,
 
De gave melodie.
 
 
 
Het stille hart waaraan mijn dorst zich eerst verzaadde
 
En dat u zeker wist,
 
Dacht beter u, in zoetbezonnen list,
 
Haar kind niet te verraden.
 
 
 
Zoo sta ik voor u arm-in-rijkdom als het liedrenzware
 
Hart van het schijnverweesde kind
 
Dat wel zijn moeder in de late donkre jaren,
 
Maar de open jeugdstem nooit hervindt.


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken