Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Koning Adam (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van Koning Adam
Afbeelding van Koning AdamToon afbeelding van titelpagina van Koning Adam

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.78 MB)

Scans (7.63 MB)

ebook (2.96 MB)

XML (0.28 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Koning Adam

(1921)–Kees van Bruggen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 53]
[p. 53]

XV

In immer durende schoonheid, al genoten de menschen haar niet, benepen van hun zelfgemaakte zorgen, - in immerdurende schoonheid stond de wereld boven het bloeiende paradijs.

Wat klei en water en licht en warmte hadden zich eenmaal in beweging gezet, daar groeide nu maar voortdurend heerlijkheid van: varens en boomen en al de bloemen in het gras en al de vruchten in den hemel.

Wisten ze dat zelf?

Weten is de hoogste zaligheid niet. Ze deden maar zoo wat nabij lag: ontstaan, er zijn, groeien, gedijen, van lust en zonnegloed zwellen en god zelf in de oogen zien.

Zoo deed het geringste schimmeltje en de groote dikke palm, die telkens een ring hooger schuift, zóó waaghalzig gewaagd, dat hij bang zou worden als hij zijn eigen hoogte zag. Maar rustig wuift hij zich met zijn lange luie veeren de zuivere koelte van den hemel toe en belaadt zich met trossen zware nootgevaarten in de okselholten of 't hem niemendal schelen kan, hoe veel en hoe vol!

Zie daar de kastanje. Is hij niet het feestelijkst, - de trotscherd! - van al? Vóór hij te groeien begint, meet hij de ruimte af, of er rondom wel openheid genoeg is voor zijn overdadige plannen. En liever gaat hij nog een eindje verder weg dan later plaats te kort te komen.

Hij wordt met zijn breede, turnende takken altijd een stuk grooter dan iedereen denkt. In alle

[pagina 54]
[p. 54]

ruimten reiken zijn groene handen, tastelend grijpend met hun wijde gretigheid, aldoor gereed te vangen, wat van den hemel vallen wil.

Eer nog een boom het waagt, begint de kastanje zich te laden met knoppen. Dikke gistende knoppen, eerst jonge donsvogels lijken ze, dan nesten van vogels, bekervormig en gevoerd met zacht pluim, - maar geen vogel zou 't wagen daar zijn nest te betrouwen, - op eens, op een lauwen dag, vallen de vijf groene vingeren open, overal schuifelen de handen, zich rekkend en richtend door elkander, tot zij alle hun houding gevonden hebben. In een wijden omtrek wachten ze zoo, net kinderen, die met hun gretige handen den regen vangen willen.

Dan komt het mooiste nog, men is er niet op verdacht, men heeft de kerstboomtoebereidselen niet gezien en staat verrast eenen morgen overal den pralenden boom met kaarsjes beluisterd te vinden, zoo recht en statig overeind gezet, dat er geen enkele druipt en alle vlammetjes als gebedjes naar den hemel gaan.

Neen, geen boom is de kastanje gelijk, ook de popel niet, al kan hij deftig wuiven met zijn zwierige pluim als tot de huldiging van een koning; de eik bij verre niet, de frolokkende krachtpatser met zijn machtige tors en zijn hevig opgezette bicepsen; nog minder de vale wilg, al spelen er de kaboutertjes hun wimpeltjesspel; of de linde of de beuk, die hun bloeisel in het blad verbergen.

Alleen de rozelaar mag misschien een kansje maken, wanneer hij in joyeuse overdadigheid jongleert met gloeiende ballen en er nooit een mist, of de kelken zijner aromen openzet, dat heel de schepping in verrukking ervan teugt, of zijn rose confetti langzaam laat vallen in de zware stilten van het najaar.

[pagina 55]
[p. 55]

Och, om den prijs is 't ook niet begonnen. Wie zou daar rechter willen zijn, wie willen kiezen, wie begeeren gekozen te worden? Want niet om te pronken en prijs te winnen stellen zich de heesters, de struiken, de kleinste kruidjes, al het gewas dat uit klei en licht bestaat, in de feestelijke rij van het jaar. Ieder praalt er voor zichzelf, om de blijdschap van schoon te zijn, in eigen heerlijkheid zichzelf te verrukken.

Wat zou er hooger loonen dan de innerlijke vreugd, een stralend zichzelf te zijn, uitgeloopen van groeikracht en levensbegeeren tot in den laatsten vezel, die den stengel steunt, de laatste twijg, die een blaadje houdt naar het licht, den laatsten knop, die zwol naar zijn belofte en zijn woord gestand doet in een openbrekende bloem!

Of, meent ge, zou de appelaar zijnen oogst niet kennen, de trotsche vracht zijner vruchten? Zie toch in elken tak een athleet, zich beladend om de vreugd van het dragen, tot beven en breken toe, - maar hij houdt het! hij heft zijn zwangere vracht triumfant zonder wijken of wanken!

Of hoort ge in de weemlende malschte der wei niet die duizenden, duizenden kreten aller verrukte bloemen, die waarlijk geen van allen vergeten willen worden:

‘Ik! - Ik! - Ik! - Ik! - Ik!’

Zoo eigenwillig als zij allen zijn, - zij zouden geen keurmeester willen kennen! Uit den bodem trekt hen allen dezelfde zon; van den regen, den blauwen dauw slurpen allen hetzelfde water, zij bouwen geduldig hun celletjes langs de laddertjes hunner stengels, persen hun bloed door de vezels, ademen hun lucht door de blaasjes hunner bladlongen, elk doet het op zijne wijze, op zijn eigen eigenwijze wijs, elk het gewichtigst voor zichzelf.

Zoo rekken zij zich naar hun hoogste vermogen,

[pagina 56]
[p. 56]

reiken voor den duur van een uur of een eeuwigheid naar hun uiterste volmaking, sterven van overmoed! En stervend, al hun eigengerechtigheid, het wezen van hun wezen, de kracht van hun kracht, gaderen, persen zij in een enkele zaadpit, - geen granaat is zoo fel geladen, zoo oppergeweldig van explosieve almachtigheid!

Zóó was de afspraak. Leven, niet meer. Leven, leven, niet minder! En waar maar één leemstofje water vangt; waar de wilg, groeiensmoe, één splinter verwaarloosd verwezen laat; waar in de schorsnaad van een eik, in den bladoksel van een palm stof zich vergadert, biedend een schijn van een kans voor groei en uitplooiïng, - daar nestelen vratig zich de kiemen: schimmels en mossen en zwammen, het komt er niet op aan: - op hùn oogenblik zijn zij er, met hun geladen macht, met hun onvermurwbaren wil, hun ontembare energie om te leven, en zij leven elk naar zijn aard en in aard milliardenvoud, zij roepen, zij schreeuwen hun zelfstandigheid uit:

‘Ik! - Ik! - Ik! - Ik!’

Want leven is gisten van overmoed, juichen om niets anders dan het juichende leven zelf, toomlooze explosie van Ik-heid, heilig getuigenis van al wat, in hoogste verrukkelijke zekerheid, de boodschap ontvangen heeft!

In onverloren milliardenvuldigheid stortte het paradijs de tresoren zijner levens uit. Nimmer hadden, onder de bloesem-stuivende boomgaarden, de ooien zooveel lammeren geworpen. Te tweevoud doken de vogelen in het nest om het overstelpend broedsel te dekken. En uit het water glipten te allen kant de zilveren vischjes als hadden ze geen plaats meer om te zwemmen. Het dras leefde van vorschen en hagedissen; rupsen, bontverwig, dekten de dennenstammen met een kruipend

[pagina 57]
[p. 57]

tapijt; om de loofkruinen zwermden de kevers als een regen.

Zoo elkeen was er op zijn tijd en zijn plek, het leven schuimde, gistte in hen allen, dat zij 't uit moesten schreeuwen, op gevare van anders te bersten van geluk!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken