Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuwe wyn in oude le'erzacken (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.59 MB)

XML (0.66 MB)

tekstbestand






Editeur

Nicoline van der Sijs



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuwe wyn in oude le'erzacken

(2010)–Johan de Brune (de Oude)–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Verquisten. sparen.

VEel te slempen, Moet ons dempen.
Een spaerder krijght tot erfghenaem, / Een teerder, die zich niet en schaem'.
Een vader, die veel goeds vergaert, / Een zone, die gans niet en spaert.
Dat de spaerders nauw bewaren, / Quisters voor den droes doen varen.
Hy zal wel maken, met zijn quisten, / Dat vrienden om het goed niet twisten.
Die peper heeft in overvloed, / Het zelf oock in zijn vvarmoes doet.
Heeft hy veel eyers tot de pan, / Hy maeckter oock veel doppen van.
't Is met hem tot de gist gheraect.
[pagina 57]
[p. 57]
Gheen grooter tol, als spaerzaemheyd, / Wanneer dat wijslijck wert beleyt.
Spaert liever, als het vat is vol, / Dan als het ledigh is en hol.
Al de wenschers ende wouders, / Noyt en zijn zy goed huys-houders.
De spaersaemheyd comt veel te laet, / Wanneer de wijn zijn azem laet.
Als de boter gaet ten bo'om, / Dan is sparen enckel droom.
Een cleyne keucken, reyn en kuys, / Die maect het groots' en beste huys.
Spaerzaem en met mate leven, / Dat zijn renten, die veel gheven.
Spaerzaem zijn, en nimmers zat, / Is een groote tol en schat.
Spaerzaem zijn is ongheacht, / Maer het is een groote schat.
Die niet een penningh hout in waert, / Die man en is gheen pennigh waerd.
Sparen is een rijcken thol, / Dat de beurze maket vol.
Ten helpt gheen sparen aen den dis, / Wanneer het goed ten eynde is.
Als het goed is wegh-ghevaren, / Wat kan helpen dan het sparen?
Een vrouw zeer gheeren 't danssen ziet, / Maer met de graghe tanden niet.
Die leert meer dan hy kan ver-vanghen, / Die draeyt een koord, om zich te hangen.
[pagina 58]
[p. 58]
Dat fleuyt en vedel heeft vergheert, / Wert met de trommel weer versmeert.
Daer het schaepjen quam van daen, / Is de vacht weer heen ghegaen.
't Goed dat de vader heeft gherooft, / Wert door de zone licht gheschooft.
't Goed dat de vader heeft ghestolen, / Dat doet de zone veeltijds dolen.
Hy heeft den Os gheheel verteert, / Behoudens noch alleen de steert.
Verdoet niet meer, wie dat ghy zijt, / Als wel uw rent' of in-komst lijt.
Te burze gaen, Is licht ghedaen.
Die penningh wert zeer wel verquist, / Daer med'een gulden wert ghevist.
Dat zulck een penningh henen vaert, / Daer med'een stuyver wert ghespaert.
Spaert in u jonckheyd, lieve kind, / Op dat ghy 't in uw' oudheyd vindt.
't Staet op de vloer, Zoo 't quam, zoo 't voer.
En spaert gheen meel van meulenaers, / Noch backers broot, noch visschers baers.
Men spaert vvel zomtijds uyt de mond, / Het gheen de kat eet, of de hond.
. . . gheen beter rent, / Als spaerzaemheyd, en is bekent.
Gheen in-comst die ons beter smaect, / Als daer men aen door 't sparen raect.
Gheen beter in-komst, met bescheyt, / En kander zijn, als spaerzaemheyd.
[pagina 59]
[p. 59]
Een man, die niet veel rent en vint, / Hy buyelt 't meel vast in de vvind.
De hand ghereeder aen den hoet, / Als aen de beurze wezen moet.
Die 's avonds al het zijn verdoet, / Heeft's anderdaeghs niet dat hem voet.
Veel verdoen, en weynigh winnen, / Ist verderf van huysghesinnen.
Zoo ghevvonnen, zoo versmeert, / Zoo verkreghen, zoo verteert.
Die eens begint te wezen mild, / Die wert een quister, of een ghild.
Door den trommel op-ghedaen, / Door de fluyte vvegh-ghegaen.
Door grijp grijp grijp zeer haest vergaert, / Door treck treck treck haest henen vaert.
Ghy zult verliezen groote dinghen, / Zoo ghy de kleyn' vvilt omme-bringhen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken