Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuwe wyn in oude le'erzacken (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.59 MB)

XML (0.66 MB)

tekstbestand






Editeur

Nicoline van der Sijs



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuwe wyn in oude le'erzacken

(2010)–Johan de Brune (de Oude)–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Zieckte. Doctoor. Gezondheyd.

DEn doctor is niet wel daer aen, / Als niemant is met zieckt belaen.
Wanneer de lieden zyn ghezond, / Dan is den doctor kranck terstond.
Den doctors zaeck niet wel en staet, / Wanneer het niemant qualick gaet.
[pagina 261]
[p. 261]
Voor Koninck, of een medecijn, / Veel dooden tot een schande zijn.
Byzonder hulp eyscht yder quaed, / Een ander zieckt', een ander baet.
Wat ziect of kranckheyd, dat ghy hebt, / Hy helpt altyd met een recept.
Men kan niet alle wonden strijcken, / Met eene zalf, en 't quaed doen wijcken.
All' ooghen-zalven, diemen ziet, / Ghenezen alle ooghen niet.
Men kan niet elck en alle schoen, / Bequaem aen yders voeten doen.
Het zyn periculeuse zaecken, / Een doctor tot zyn erf te maken,
Den tijd in zieckte moeter zijn, / Dat is de beste medecijn.
Het is een goede medecijn, / Die helper van zijn zelf kan zijn.
Wilt ghy zieckt' aen ander weeren, / Daer ghy zelve zijt vol zeeren?
Die van de bitter gal is kranck, / Hem past alleen een bitter dranck.
Een zieck' die wilt on-matigh zijn, / Die maeckt een wreeden medecijn.
Daert my juckt, met veel benouvven, / Daer en durf ick my niet krouwen.
Iongh Chirurgijn, oud medecijn, / De kloeckst' en beste meesters zijn.
Daer ghelt doctoor, noch medecijn, / Voor ziecten, als zy sterf'lick zijn.
[pagina 262]
[p. 262]
Gheen Medecijn, Moet erve zijn.
Gheen ziecke oogh, Het licht ghedoogh'.
Die zijn lijf bewaert gheheel, / Die bewaert een goed kasteel.
Een schurfdigh hooft is haest verzeert.
Laet een jonghen medecijn, / Nimmers uwen doctor zijn.
Blind is yder medecijn, In de ziect' van flerecijn.
Een jongh doctoor en heeft geen schuld, / Dat hy het kerck-hof maeckt ghebult.
De beste baet, om pest te vveeren, / Is haest te vlien, en spae te keeren.
Wie vraeghter aen een ziecke mond, / Of hy begheert te zijn ghezond?
Wie vraeghter een met ziect' en pijn, / Of hy begheert ghezond te zijn?
Die on-ghezond is, heeft gans niet; / Maer die ghezond is, al gheniet.
. . . . de fraeyste schoen, / Kan 't flerecijn niet van ons doen.
Uyt groote zieckt, die traegh vergaet, / Een langh' ghezondheyt veel ontstaet.
De fraeyste schoen, hoe schoon van schijn, / Bevrydt ons van gheen flerecijn.
Gheen fraey musijck of instrument, / De koorts of tand-pijn van ons went.
Hoe grooten goed ghezondheyd is, / Dat vveetmen uyt de ziect' ghevvis.
Wanneer het lichaem is verswackt, / De gheest oock lijdt, en neder-zackt.
[pagina 263]
[p. 263]
's Morghens zitten, 's avonds gaen, / 's Nachts te ligghen, 's middaghs staen.
De huyd wert niet zoo haest gheheelt, / Als zy ghequetst wert en verdeelt.
Een man wert zomtijds haest ghevvondt, / Maer niet zoo licht gheheelt terstond.
Het is gherust en onbelaen, / Met heeler huyd te bed te gaen.
De mond, door quaet of goed ghebruyck, / Is beul, of doctor van den buyck.
Gheen grooter goed de oudheyd vond, / Als wijs te zijn, en wel ghezond.
. . . . het flerecijn, / Wilt by goe' daghen zyn en vvijn.
Een man die in ghezondheyd leeft, / Weet niet, wat hy voor rijckdom heeft.
Die in de Mey de koortse heeft, / Het heel jaer veel ghezonder leeft.
Hy heeft ghewis een quade kors, / Die niet en heeft noch vriend, noch bors.
Hy is vvel van ghezondheyd veer', / Die van remedy heeft af-keer.
Zijn lijf en ziel is wel ontstelt, / Die niet en heeft, noch vriend, noch gelt.
Die van een ziect vvilt zijn ghenezen, / Zyn quaed moet vvel gheopent vvezen.
De ziecten kommen wonder ras, / En keeren met een kleyne pas.
De ziecke, vvaer hy oock naer haeckt, / Al vvatter is, hem bitter smaect.
[pagina 264]
[p. 264]
Hy moet wel zieck zijn en in nood, / Die van het leven raeckt ter doot.
De ziecke lien, Niet goeds en zien.
De zieckt' en kan niet zijn zeer quaet, / Die ons noch in het leven laet.
Een doctor van bermhertigheyd, / Een ziecte van gheduericheyd.
Een pille van ghebuydelt graen, / Een draghme van de wijngaerd traen.
Een doren van een ey of twee, / Neemt van de maghe pijn en wee.
Ghezondheyd vvert gheacht zeer licht, / Tot datmen in een ziecte steect.
Een klappert van een medecijn, / Is swaerder, als de ziect' of pijn.
Ghezondheyd van gheen vvaerd' en is, / Tot datmen die door ziecte miss'.
In 't lichaem daer gheen ziecten zijn, / En is van doen gheen medecijn.
Ghezondheyd is van gheender vveerd', / Zoo langh' als ons gheen ziect' en deert.
Niet veel doctoors by ziecken voegh: / Maer haelter een, en 't is ghenoegh.
Ghekroonde hoofden lijden pijn, / Ghelijck die naect en arrem zijn.
Het laten is zeer goed altijd, / Wanneer barbiers haer gheld zijn quyt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken