Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuwe wyn in oude le'erzacken (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.59 MB)

XML (0.66 MB)

tekstbestand






Editeur

Nicoline van der Sijs



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuwe wyn in oude le'erzacken

(2010)–Johan de Brune (de Oude)–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Dienst, dienaer, loon.

GHeen meester was-er oyt zoo hert, / Als is een knecht, die meester wert.
Die dient en niet en vveet vvaerom, / Ist vvonder, dat zijn hand vvert crom?
Men vint gheen mes dat scherper snijt, / Als is een knecht, die heer ghedijt.
Die vvel dient en is ghetrouw, / Van een meyssen vvert een vrouw.
Die aen zijn heer doet dienst en eer, / Wert van een knecht wel zomtijds heer.
Een man die dient en niet verdraeght, / Zijn loon en gunste van hem jaeght.
Ist gelt ontfangen, De armen hanghen.
[pagina 333]
[p. 333]
Een peerd dat is zijn voeder vveerd.
Gheld om dienst by een vergaert, / Dat en is gheen danckens waert.
Gheen man en heerschte oyt van pas, / Die niet te vooren dienstbaer was.
Geen mensch met zulck een konste dient, / Dat hy zy Gods en 's weerelds vriend.
Het werck ghedaen, 't Gheld moet daer staen.
Een trouwe knecht, die 't wel maer vat, / Is in een huys een groote schat.
Het is een dienst, met eer ghepaert, / Die naer den tijd vvat buyght zijn aerd.
Die niemant oyt was onderdaen, / Kan met 'ghebied niet omme-gaen.
Zoo ghy wilt zijn ghedient te recht, / En bidt gheen meyssen oyt, of knecht.
Die deught wilt hebben van zijn kind, / Of van zijn dienaer, dien hy mint,
En moet haer niet, met groot fatsoen, / Te veel toe-gheven, in haer doen.
Die meyssens heeft of cleyn of groot, / Heeft gheen uyt-draeghster meer van nood.
Een dienstknecht hebb' een verckes mond, / En wacker beenen van een hond,
Een ezels ruggh', een koopmans oor, / En daer een huyd by van een moor.
Die dient, en niet zijn dienst vol-trect, / Verliest zijn loon, en zich bevlect.
Den loon van 't hebben wel-ghedaen, / Ist zelve werck, dat is begaen.
[pagina 334]
[p. 334]
God dienen, met een recht ghemoet, / Is heerschen, tot ons eeuwigh goed.
Geen mens men dient met meerder moeyt, / Als die in dienst is op-ghegroeyt.
Een rechte slaef, En wert noyt graef.
Geen mensch en kond' oyt wel ghebien, / Dan die wel diende eerst de lien.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken