Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Lexicon der poëzie (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Lexicon der poëzie
Afbeelding van Lexicon der poëzieToon afbeelding van titelpagina van Lexicon der poëzie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.73 MB)

Scans (6.38 MB)

XML (0.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Lexicon der poëzie

(1968)–C. Buddingh'–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 80]
[p. 80]

K

Karelromans zie: Frankische romans

Keerrijm zie: Stock, Referein

Keltische romans zie: Britse romans

Kenning standaard-omschrijving of -metafoor uit de vroege Noorse, Anglo-Saksische en overige Germaanse poëzie, als ‘de helm van de nacht’ voor de duisternis en ‘de walvisweg’ voor de zee. Analoog aan het Griekse epitheton ornans.

Ketendicht gedicht waarin het slotwoord van de ene regel op het beginwoord van de volgende rijmt; een geliefkoosde vorm bij de rederijkers. Soms - zeker in de Engelse poëzie - wordt er ook onder verstaan: een gedicht waarvan de strofen door herhaling van hetzelfde rijm of herhaling van eenzelfde regel aan elkaar worden geklonken. Zo wordt het villanelle (zie aldaar) in de Anglo-Saksische dichtkunst als een vorm van ketendicht beschouwd.

Kettingrijm ook: Overlooprijm het rijmen van het laatste woord van een versregel met het eerste van de erop volgende. Men vindt het in de eerste plaats in de kettingrijmen der rederijkers, doch ook in hedendaagse poëzie komt het voor, zij het incidenteel:

 
Bonsbuikje laait met
 
gebed voor geluk...
 
 
 
Leo Vroman ‘Jeldican en het woord’

Kinetiek door Charles Olson ingevoerde term: ‘A poem is energy transferred from where the poet got it (he will

[pagina 81]
[p. 81]

have some several causations), by way of the poem itself to, all the way over to, the reader. Okay. Then the poem itself must, at all points, be a high-energy construct and, at all point, an energy-discharge.’

Klinkdicht zie: Sonnet

Klinkerrijm zie: Assonance

Klucht kort toneelstuk waarin een komisch voorval uit het dagelijks leven op boertige wijze behandeld wordt, voortgekomen uit de middeleeuwse sotternieën, esbatementen en cluyten en zelf een overgangsvorm naar het latere blijspel. Enkele bekende kluchten zijn Huygens' Trijntje Cornelis, Breero's Klucht van de Koe en Focquenbrochs Klucht van de Quacksalver.

Kluchtboek vijftiende en vooral zestiende eeuwse volksboeken met kluchtige verhalen.

Kniedicht bij rederijkerswedstrijden: vers dat ‘op de knie’ geschreven moest worden in antwoord op een door de leiding vastgestelde versregel, werd beoordeeld op kwaliteit en snelheid van ontstaan.

Knittelvers met opzet onbeholpen (vooral metrisch stuntelig) geschreven verzen. In onze poëzie bij De Schoolmeester, maar ook in deze ‘Palinodie’, van J. Slauerhoff, het tweede gedicht van ‘De Ardennen, Een (gebroken) Sonnettenkrans, door Jacquelin’:

 
De Amblève, die zachtzinnig zinnelijk ruischte...
 
Wat stond het nevelhemd met spitse kant van dennen
 
Den heuvelboezems goed. De maan scheen, een der kuischten
 
Die ooit glimlachte over de ongerepte Ardennen.
 
 
 
Mijn reisgezellin zuchtte: een niet te miskennen
 
Vermaning tot mijn plicht. Tweestrijd. Was dit wel 't juiste
 
Terrein voor honigmaan die tegen der Ardennen
 
Zedige traditiën toch te zeer indruischte?
 
 
[pagina 82]
[p. 82]
 
Perk en Mathilde! Chloë en Daphnis! Héloïse
 
En Abélard! (Die paren!) Dante en Beatrice!
 
Kwamen mij levendig herinneren aan 't onkiesche
 
 
 
Nog een geliefde aan het hart te willen drukken,
 
Terwijl zij op eerbiedger afstand zich ontmoetten.
 
 
 
En ik besloot mijn overtreding zwaar te boeten:
 
Nooit meer waar vrij te zijn, luisterend naar de wetten,
 
Mij nooit weer te vergrijpen aan sonnetten...
 
En liet dit laatste als zoodanig reeds mislukken!

Kreeftdicht zie: retrograde

Kruisend rijm gekruist rijm, zie aldaar.

Kruisstelling chiasme, zie aldaar.

Kwantiteit in de Griekse en Latijnse prosodie, waar lettergrepen niet werden onderverdeeld in beklemtoond en onbeklemtoond, maar in lang en kort: de tijd nodig om een lettergreep uit te spreken. Een lange lettergreep bevatte hetzij een lange klinker, hetzij een korte klinker plus twee of meer medeklinkers; de tijdsduur van een lange lettergreep werd twee maal zo lang als van een korte gerekend; deze verhouding was de basis voor de zgn. substitutie (zie aldaar).

Kwantitatieve poëzie poëzie, zoals de klassieke Latijnse, die niet op beklemtoning was gebasseerd, doch op kwantiteit.

Kwatrijn gedicht of strofe van vier regels; sedert de vertaling van het werk van Omar Khayyám door Edward Fitzgerald, in het bijzonder: vierregelig, uit vijfvoetige jamben bestaand gedicht met rijmschema a a b a, een vorm o.a. door Boutens toegepast in zijn ‘Hollandsche Kwatrijnen’ en ook wel Oosters kwatrijn genoemd. Kwatrijnen noemt men ook de beide eerste coupletten van een in strofen verdeeld sonnet, tezamen vormen zij het

[pagina 83]
[p. 83]

octaaf. Een bekend Nederlands dichter van (niet-Oosterse kwatrijnen) was Jacob Israël de Haan, een van zijn bekendste luidt:

Verlaten
 
Niet één heeft zóó goed het goede geweten.
 
Niet één heeft zoo slecht het slechte gedaan.
 
En nu: verlaten voor mijn vuur gezeten,
 
Zie ik mijzelven aan.

Als voorbeeld van een Oosters kwatrijn, Boutens'

 
De ruchtige belijders van een naam
 
Zijn grif ook tot verloochenen bekwaam.
 
Die 't onuitspreeklijke niet leert verzwijgen,
 
Verslingert tusschen ijdel woordgekraam.
 
 
 
‘Hollandsche kwatrijnen’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken