Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 1 (1974)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 1
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.46 MB)

Scans (429.77 MB)

ebook (3.96 MB)

XML (2.40 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 1

(1974)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 761]
[p. 761]

V

Hij werd het er vrij gauw gewoon.

Het was een dikhuidige, lamlendige jongen, traag in zijn bewegingen, met op zijn bol gezicht iets kalms en tevens gluipends, dat weinig tot sympathie uitlokte.

Het duurde ook niet lang vóór men kon vaststellen dat hij volstrekt geen werker was. Hij ging schoorvoetend, als met weerzin, naar zijn bezigheid, elk ogenblik de arbeid onderbrekend om zich met allerhande beuzelarijen op te houden, voortdurend verstrooid door alles wat hij zag en hoorde, zó in-lui en lam van aard, dat hij, bij de minste ernstig volgehouden inspanning begon te hijgen en te zuchten.

Was het die ingewortelde vadsigheid, gepaard met die uiterlijke kalmte als van een beest zonder gepeinzen, die hem, van stonden af, aan de werkzame, nerveuze Jan, zo diep antipathiek maakte? Of was het de haat tegen de vader, overgebracht op de zoon? Of was het nog iets anders; iets dat hij voelde en niet kon ontleden? iets als het duister voorgevoel van een toekomende, hardnekkige strijd? Hoe dan ook, Jan kon zijn neef weldra niet uitstaan. Het was genoeg dat hij hem daar zag lopen, het lamme, dikke lijf lui waggelend op zijn trage benen, een kalme glimlach van wellustig gezond- en voldaanzijn op de bolle wangen, om ervan te sidderen van verontwaardiging, om zich te voelen overweldigen door de lust, door de behoefte, hem brutaal aan te porren, hem vooruit te duwen, te trappen. Soms moest hij bepaald de blik van hem afwenden, of hij zou het gedaan hebben. En zó sterk had hij een hekel aan de enkele gedachte met de ‘luiaard’, zoals hij Pol dadelijk noemde, enig gezamenlijk werk te verrichten, dat hij hem van stonden af, stelselmatig, voor alles wat zijn deel van de gemeenschappelijke arbeid betrof, als medehulp had uitgesloten. Hij had er, in zijn

[pagina 762]
[p. 762]

instinctieve haat, en niettegenstaande 't geldelijk belang dat zij eraan hadden hem zolang mogelijk in hun gemeenschap te houden, met zijn broeders een kwestie sine qua non van gemaakt: als de luiaard zich ooit waagde met de ossen te werken, of iets van landarbeid te verrichten, zou hij, Jan, op staande voet de ganse boel in de steek laten en er vandoor trekken!

Pier-Cies en Domien, ofschoon verbaasd door zulk een vreemde heftigheid, hadden voldoening aan zijn wil gegeven. In geen geval toch kon Jan op de hoeve gemist worden. En Pol, uit het soort bezigheid gesloten, dat de boerenjongens van zijn leeftijd doorgaans te beurt valt, verrichtte hoe langer hoe minder op de hoeve, weldra gedaald tot de betrekking van een soort huisknecht, en dan nog wel van een overbodige knecht, ternauwernood bekwaam om aardappels te schillen en de vuilnis van stallen en boomgaard weg te ruimen. Maar 't leek wel of het hem niet schelen kon, en van Jans vijandige stemming scheen hij in 't minst geen notitie te nemen. Hij hield zich zoveel mogelijk op een afstand van hem, uit een gevoel van instinctmatige verwijdering, en wendde zich bij voorkeur tot de andere huisgenoten, als hij iets te zeggen of te vragen had. Van Domien, die hij soms hulp bood bij de koeien, en van Pier-Cies en Marie, voor wie hij beuzelarijtjes verrichtte in de keuken, had hij dan ook niet te klagen. Domien was eerder onverschillig, en sprak soms, gedurende dagen, geen woord tot hem, net alsof hij niet bestond, maar de goede Pier-Cies, die immer allen poogde te verzoenen, kon wel eens echt vaderlijk met hem omgaan. Vaak vroeg hij hem of hij tevreden was met zijn nieuwe levenswijs, en 's zondags stopte hij hem soms tersluips een paar franken in de hand, zodat hij zich in 't dorp met zijn makkers kon gaan amuseren.

Aldus verliepen een paar jaren. Het leven op de hoeve ging stil voort zijn gewone gang, elk jaargetijde met zijn regelmatig terugkomende werkzaamheden en vermaken; de broeders, vooral de twee oudste, telkens wat meer vervallen en verzwakt, en Pol, integendeel opgroeiend in kracht en gezondheid. Hij was nu pas negentien, maar zó buitengewoon lichamelijk ontwikkeld, dat men er hem graag vijfentwintig

[pagina 763]
[p. 763]

zou toegekend hebben. Zijn bol gezicht had zich nog breder uitgezet, zijn schouders en armen waren dik als die van een hercuul, en ook zijn grove blauwe ogen kregen nu soms een uitdrukking van kracht en zelfvertrouwen, die er eertijds aan ontbrak. Maar wat hij van zijn vroegere jeugd behouden had was de gemeten traagheid, de lamlendige luiheid van de bewegingen, gepaard met dat iets gluipends en geniepigs in zijn ganse zijn, dat soms vermoeden deed dat er ook, achter dat rustig uiterlijk, geheimzinnig verborgen hartstochten schuilden.

Met dit alles, en niettegenstaande vele oorzaken tot onenigheid, was het leven toch draaglijk op de eenzame hoeve. Zij raakten zo langzamerhand aan elkander gewend, en zelfs Jan begon zijn instinctieve haat tegen zijn neef minder sterk te voelen, toen een gebeurtenis plotseling een nieuwe omkering teweegbracht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken