Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 1 (1974)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 1
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.46 MB)

Scans (429.77 MB)

ebook (3.96 MB)

XML (2.40 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 1

(1974)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 1090]
[p. 1090]

II

In het begin van maart, op een van die ellendige dagen van modder, regen, sneeuw en wind, die je 't klimaat doen verwensen waarin je geboren bent, had het huwelijk plaats. Er werd een grote pracht ten toon gespreid van equipages, bloemen en toiletten, en ‘heel de stad’ kwam kijken, op het stadhuis en in de hoofdkerk in twee dichte rijen op de doortocht van de bruidsstoet geschaard. Florence werd algemeen ‘superbe’ gevonden.

Alfred had graag de huwelijksreis over Algiers en Tunis willen maken, maar Florence, en ook haar ouders - vooral haar moeder - hadden dat afgeraden. Het was zo ver en zo vermoeiend door de zeereis, en niet eens zo bijzonder interessant of mooi, en vuil, zei men, en zelfs enigszins gevaarlijk. Waarom niet eerst een week te Parijs doorgebracht, en dan naar de Rivièra, en als ze dan nóg verder wilden naar Italië.

- Nice is zo snobbish, zo banaal, had Alfred bedeesd tegengeworpen; maar wat kon hij anders dan 't verlangen van zijn aanstaande, aangebeden vrouw inwilligen? Hij had al spoedig toegestemd, Parijs en Nice slikkend voor wat Italië hem toch als hoogste kunstgenot beloofde.

Wat kon het hem trouwens ook schelen, nu ze voor altijd de zijne was geworden? Zijn geluk was volmaakt, volmaakt! Er ontbrak niets aan, het overtrof zijn hoogste en hartstochtelijkste verwachtingen. 't Was hét geluk, het groot, uniek, volmaakt geluk.

- Ja, o ja, alles wat je wilt, alles wat je verlangt, antwoordde hij onveranderlijk en onvoorwaardelijk op al haar vragen: - Alles, álles, als ik jou maar heb, als ik je maar geen ogenblik verlaten moet!

En alles wat zij verlangde gebeurde.

Evenals de meeste vrouwen vond ze 't heerlijk in Parijs. En

[pagina 1091]
[p. 1091]

die heerlijkheid bestond vooral, bijna uitsluitend, in het bezoeken van winkels en bewonderen van toiletten. Zij kocht er veel, heel veel, voor 't eerst genietend van een weelde die zij in het enigszins, verarmd, ouderlijk huis niet gekend häd. Van 's ochtends liepen zij op de boulevards en in de drukke winkelstraten, elk ogenblik vóór de schitterende uitstallingen stilhoudend, geduwd, gestoten, op de voeten getrapt, maar onvermoeibaar, onverveelbaar, zij tenminste.

Hij onderdrukte 't gevoel van matheid en verveling dat soms in hem opkwam, om te genieten van haar naïeve, kinderlijke opgetogenheid en vreugde.. Wat was ze prachtig en verleidend-mooi wanneer haar ogen van bewondering straalden! Wat zou het heerlijk zijn wanneer ze zich zo voor het ware schone van de kunst en het genie bezielde!

Hij nam geduld, eindeloos geduld. Hij dacht: als ze hier eenmaal alles goed gezien heeft zal ze wel naar iets anders gaan verlangen, en dan zal ik, langzaam-aan en voorzichtig, met haar ware opvoeding, met haar hogere vorming kunnen beginnen.

Hij bracht haar weldra in het Louvre, om haar eens op de proef te stellen.

- Kijk daar eens naar, sprak hij, haar voor het beeld van de Gioconda brengend.

Zij bewonderde, met vage, stille woorden. Maar hij merkte plotseling, met een soort van schrik, dat zij op een schilderij daarnaast keek.

- Neen, daar niet, liefste, dáár, dáár, sprak hij ontroerd, met de hand naar het meesterstuk wijzend.

- O, dát! antwoordde zij bedeesd. En weer liet ze woorden van stille bewondering horen.

Roerloos stonden zij beiden daar een ogenblik, de ogen op het schilderij gevestigd. Toen keek ze naar hem op, en merkte dat hij tranen in de ogen had.

- Alfred, wat scheelt je! riep ze angstig uit.

- O, het grijpt me zo aan, antwoordde hij.

En in de blik waarmee hij haar aankeek, lag iets van bedroefd verwijt, alsof hij van diepe teleurstelling weende.

- Kom, sprak zij, - laten wij verder gaan; die emotie is niet goed voor je.

[pagina 1092]
[p. 1092]

Zij drongen verder in de zalen, en af en toe hielden zij stil om te bewonderen. Zij had zijn arm genomen en vlijde zich strelend tegen hem aan, met belangstelling luisterend naar zijn uitleggingen, telkens bewonderend wat hij bewonderde. En zacht doordrong hem het gevoel dat hij haar tóch zou kunnen vormen, dat zij, onder zijn strelende, beschermende inwijding, de heerlijkheid van de ware kunst zou leren kennen en waarderen.

Hij ontweek de zaal van de kostbare oude meubels en juwelen, en bracht haar in de galerij van de gebeeldhouwde werken, beneden aan de trap, vóór de Victoire de Samothrace. Daar kon hij nooit zonder trillende emotie naar zien. De bovenmenselijke schoonheid en volmaaktheid van dat beeld ontroerde en verrukte hem telkens tot in 't diepste van zijn ziel.

- O, kijk eens, sprak hij, zenuwachtig haar hand grijpend, - kan je je iets zuiverder, iets grootser voorstellen? Is dat niet werkelijk het zweven, het puur ten hemel stijgen van de Victorie, niet enkel in lichamelijke gedaante, hoe prachtig ook het beeld in werkelijkheid daar staat, maar ook het zweven en stijgen in geest, de geest van de zegepraal die uit dat heerlijke en volmaakte vrouwenlichaam op haar nobele vleugelen ten hemel stijgt! Dat éne been naar voren, die vleugelen naar achter, die peplum wapperend en waaiend in haar goddelijk-enthousiast stijgen, o, het is 'n glorie, de schepping van een bijna bovenmenselijk genie!

- O ja, hoe prachtig! hoe prachtig! murmelde zij, zacht tegen hem aangevlijd. - Wat jammer toch dat ze geen hoofd en geen armen meer heeft!

Hij trilde, als onder een schok van nuchtere werkelijkheid uit het heerlijk-verhevene van zijn ideaal gerukt.

- Kom, sprak hij stil, - laten we nu maar buiten wat gaan wandelen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken