Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 3 (1975)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 3
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.45 MB)

ebook (4.02 MB)

XML (2.33 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 3

(1975)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 328]
[p. 328]

XXXV

Meneer De Beule hield stug en hardnekkig woord. Hij ging zelf al de deuren van de fabriek op slot doen, overtuigde zich dat Stien de Leugenoare en zijn knecht Komijl voorlopig de paarden zouden voeren en verzorgen; en toen Vloaksken, de enige arbeider die zich bereid had verklaard in de fabriek te komen werken, in de loop van de morgen verscheen om te horen wat zijn taak zou zijn, ontving meneer De Beule hem koel en nurks en verklaarde hem op zeer besliste toon, dat hij zijn fabriek gesloten had en er voorlopig niet aan dacht die weer in gang te zetten.

Enige dagen verliepen. Meneer De Beule liep als een dondergod heen en weer, zonder eigenlijk iets uit te voeren. Meneer Triphon, die nu absoluut niets meer te doen had, drentelde insgelijks doelloos rond en trachtte vooral elke ontmoeting met zijn vader te vermijden; en madam De Beule was een en al klagen en zuchten, terwijl in de keuken de doodse stilte heerste als van een graf. Alleen Eleken bleef nog steeds gejaagd heen en weer rennen en dit prikkelde meneer De Beule zo buitenmate, dat hij haar eens tegenhield en, wijl hij nu op niemand meer te brommen had, eensklaps heftig tegen haar begon te ‘schieten’.

- Nondedzju! woarveuren luept-e gij azue standvastig over end were! brulde hij woedend.

- Ha, om mijn wirk te doene, meniere, schrikte 't meisje hevig.

- Keunt-e da nie wa rustiger doen,... verdome! raasde meneer De Beule.

Het meisje zei niets meer, schoof schuchter weg, met zachter gefladder van rokken; maar heel die middag liep ze met betraande ogen rond en 's avonds kwam Sefietje met roodgevlamde konen aan madam De Beule mededelen, dat Ele-

[pagina 329]
[p. 329]

ken waarschijnlijk met het eind van de maand vertrekken zou.

Over de stemming onder de stakende werklui waren diverse geruchten in omloop. Het heette dat zij vastbesloten waren al hun eisen onvoorwaardelijk vol te houden, maar er werd ook verteld, dat de vrouwen van enkelen, minder met het besluit ingenomen, begonnen te klagen en te mopperen en aandrongen om hun mannen weer aan 't werk te krijgen.

De stakers liepen soms slenterend door de straten en trokken dan bij voorkeur voorbij meneer De Beules huis, als bij wijze van protest of uitdaging. Enkelen hadden het socialistisch krantje in de hand en lazen dit met opzet, zodat men het vanuit meneer De Beules woning goed kon zien. Er hadden reeds twee artikels in gestaan over de staking, waarin natuurlijk hun partij genomen werd en waarin meneer De Beule, met een zinspeling op zijn naam, als een beul en bloedhond afgeschilderd en uitgescholden werd. Bedoelde krantjes werden dan ook telkens heimelijk in meneer De Beules brievenbus gestopt.

Pierken voerde de bende aan en hield soms in de straat drukke betogen. Fietriene liep naast hem, meestal de enige vrouw; een enkele maal vergezeld door Lotje of door Zulma. Free, Poeteken, Leo, Fikandoes-Fikandoes, Bruun de stoker, Miel da kalf uek! en nog een paar anderen kuierden mee, met de handen in hun broekzakken, blijkbaar zich vervelend, in doelloos wachten op een oplossing, die maar niet scheen te zullen komen. Berzeel was niet te zien. Het heette dat hij naar zijn gemeente terug was. De mensen kwamen nieuwsgierig op hun drempels staan waar de stakers voorbijtrokken en heel het dorp was plotseling verbazend stil geworden, sinds men er de hoge schoorsteen van de fabriek niet meer zag roken en er het bonzend gedreun der op en neer dansende heien niet meer hoorde.

Soms liepen Stien de Leugenoare en zijn knecht Komijl een eindje met de stakers mee. Dat was een hele gebeurtenis geweest. Toen meneer De Beule dat voor 't eerst van achter zijn gordijnen zag, ontvlamde hij in zulk een heftige woede, dat hij op staande voet de beide mannen uit hun betrekking bij de paarden wilde ontslaan. Het smeken van zijn vrouw

[pagina 330]
[p. 330]

en het nuchter besef dat hijzelf dan wel gedwongen zou zijn de dieren te verzorgen en te voeren, bracht hem echter tot een rustiger beschouwing van 't geval en hij besloot, alvorens zulk een krasse maatregel te nemen, Stien en zijn knecht eens over de zaak te onderhouden. Hij ging naar de stal toe op het uur dat hij wist dat ze daar waren en zei, met moeite zijn ziedende toorn beheersend:

- Stien, 'k hè ou doar van den uchtijnk mee de voagebonden zien luepen!

- Joajik meniere, antwoordde Stien, die dadelijk begreep waarover meneer De Beule het had... - Joajik... en 'k zoe wille zien dat dat onnuezel spel gedoan woare.

- Veur mij mag het tien joar lank duren! blufte hoog meneer De Beule.

- Veur mij niet, meniere; veur mij niet! riep Stien met nadruk. - Ik ben d'r uek mijn wirk mee kwijt in de fabrieke. Ik zoe willen hên da ge van weerskanten overienkomt!

Stien, die gek deed als hij dronken liep en opepitade, kon, als hij nuchter was, wel eens goed en zuiver oordelen, evenals hij goed werken kon, wanneer hij maar wilde. Hij kende ook geen schuchterheid en durfde doorgaans flink de dingen zeggen. Hij keek meneer De Beule met vrank-eerlijke ogen aan en voer voort:

- 'k Hè mee allemoal gesproken en d'r zijn goeje en slechte onder, meniere. Pier vroagt te vele en 't es hij die d'ander opmoakt. Fietriene es mee hem en Fikandoes uek. Moar 'k 'n hè d'r gien doekskes aan gedoan; 'k hè ulder gezeid da ze te vele vroegen en da z'ongelijk hán. Moar als d'ander iets kregen, meniere, ze zoen kontent zijn en were kome wirken. - Niets. Giene cens! brulde meneer De Beule.

- G'hèt ongelijk, meniere! G'hèt gruet ongelijk! antwoordde Stien vrijpostig.

- 't Koud Kieken hee mijn peirden zonder eten loate stoan! hikte meneer De Beule, rood van toorn.

- 't Spijt hem meniere; hij 'n zoe 't nie mier doen, verzekerde Stien. En Komijl herhaalde Stiens woorden, even wrijvend aan zijn rode, dikke neus, alsof dit orgaan mee zijn mening bekrachtigde:

- Nie,... noeit mier doen.

[pagina 331]
[p. 331]

- As ze moar ‘iets’ 'n kregen! drong Stien de Leugenoare aan. - Bij veurbeeld: telkens twie dreupels in ploatse van ienen; en 's oavens ten halver achten uitschien in ploatse van ten achten. 'k Gelueve da ze doarmee bijkans allemoal kontent zoen zijn. Van Free, en Pee, en Ollewaert, en Berzeel weet ik het zeker. En d'ander zoen woarschijnlijk volgen...! - Joa, twie dreupels in ploatse van ienen, echode Komijl. En zijn rode neus bewoog in zijn roetig gezicht, alsof hijzelf die heerlijkheid reeds proefde.

- Niets! Niets! herhaalde stug meneer De Beule, met nog sterkere nadruk. En hij verliet de stal om aan 't gesprek een eind te maken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken