Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 3 (1975)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 3
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.45 MB)

ebook (4.02 MB)

XML (2.33 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 3

(1975)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 707]
[p. 707]

VI

't Viel inderdaad bijzonder mee. Zij hoorden van andere mensen in 't dorp, die bitter klaagden; maar, wat hen betrof, 't had slechter, oneindig veel slechter gekund.

De dokter was, zoals Leonard gezegd had, een door en door beleefd, vriendelijk en behulpzaam man. Madam was een paar dagen met zware hoofdpijn te bed moeten blijven, gevolg van de doorgestane emoties en vermoeienissen en hij had haar geneesmiddelen gegeven en met de grootste toewijding verzorgd. De freiherr, daarentegen, was en bleef een beetje stug en dat was jammer, wijl hij zo gemakkelijk Frans sprak; maar hij bleef, ondanks zijn onmiskenbare trots, toch altijd zeer correct. Hij hield zich op een afstand, ook wel van de beide anderen, en dat maakte de gemeenschappelijke intimiteit aan tafel moeilijk. Wat de derde gast betrof, die was grof in zijn manieren; hij at en dronk overdadig en scheen verder geen behoefte tot toenadering of gezelligheid te voelen.

Zij hadden elk hun bezigheid, die vrijwel al hun tijd in beslag nam. De dokter had zijn zieken en gewonden in de jongensschool, die tot lazaret was ingericht; de freiherr had het toezicht over de ruiterij afdeling, die in het dorp gelegerd was en de heer Bode was veearts en had de paarden onder zijn beheer. De drie ordonnansen, serviele, reeds bejaarde, geëffaceerde wezens, huisden in de bijgebouwen en schenen het met Leonard en de drie meisjes goed te kunnen vinden.

En het werd zo langzaam aan een soort van normaal leven. De strijd raasde nu ver van hen, in 't zuiden en in 't westen, waar zij aanhoudend het gedonder van de kanonnen hoorden. Ieder van hen had dienaangaande zijn eigen gedachten en verlangens; maar daar werd liefst niet over gesproken en wanneer er al over gesproken werd, dan was het niet om die

[pagina 708]
[p. 708]

of die vijand, maar om de oorlog zelf te verafschuwen en te verfoeien. Vooral wanneer beiden, de freiherr en de veearts, weg waren, kon de dokter daar met hen wel eens vertrouwelijk over praten. Hij had al heel spoedig wat meer Frans en Vlaams geleerd en de bewoners van 't ‘Kasteelken’ spraken nu ook enkele woorden Duits; en zo ging het wel: zij verstonden elkander en waren het dikwijls over vele dingen eens.

- 't Is zo jammer, meende meneer Aamidé, - dat wij als vijanden tegenover elkander moeten staan. Wij, Belgen, hadden niets tegen de Duitsers, wel het tegendeel; maar 't is zo jammer, dat ze door ons land gekomen zijn. Wat konden wij anders doen dan ons verdedigen?

De struise dokter had een vriendelijke glimlach door zijn dikke, breed-uitstaande snor en antwoordde:

- Jawohl... jawohl... maar 't een is het gevolg van 't andere. 't Was militaire noodzaak voor ons om door België te komen.

- Uw Keizer... waagde meneer Aamidé. Maar de dokter tilde vermanend de hand op en, met een wantrouwige blik naar de deur, zei hij fluisterend:

- Ach! denk toch niet dat de Keizer enige persoonlijke verantwoordelijkheid heeft. En nog stiller:

- De Keizer is niets dan een willoze pop in de handen van het Groot Hoofdkwartier. Die bevelen en hij moet gehoorzamen. Zij zijn slechts enkele mannen, enkele ‘tirannen’, fluisterde hij, - die het lot der mensheid in hun macht houden: bij ons, bij u, bij al de andere strijdende volken, en dat is de vloek van het militarisme in alle landen, waarvan wij allen, die niets dan vrede wensen en verlangen, de weerloze slachtoffers zijn.

Hij wond zich op, hij staarde uitdagend naar de deur, hij bromde een verwensing en uitte dan nijdig:

- Weisskirch en Bode vinden dat goed; dat zijn in hart en ziel militaristen. Maar ik niet, ik niet! Ik ben voor de vrede.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken