Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 5 (1978)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 5
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 5Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 5

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.77 MB)

Scans (0.79 MB)

ebook (9.66 MB)

XML (2.55 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 5

(1978)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 641]
[p. 641]

Het Gestolen Bos

Het droeg geen andere naam in gans de omtrek. Het rees, in zijn eenzaamheid, groots en somber, op een helling tussen magere landerijen, en ieder kind in 't dorp wist er de geschiedenis van te vertellen.

Poorter, de kluizenaar, had dat bos geërfd als enig bezit van zijn vader, die het, destijds, van de oude baron cadeau gekregen had. Vruchteloos beproefde de baron jarenlang iets op die schrale bodem te doen groeien. Hij werd er eindelijk kregel onder en eens, in een onbewaakt ogenblik, zei hij tot Poorter, die tuinman bij hem was:

- Als je daar ook maar één boompje van een drie voet hoogte kunt doen wassen, geef ik je 't hele stuk cadeau.

De oude Poorter zorgde er wel voor, dat daar boompjes van drie en meer voet hoogte kwamen groeien. Elk vrij ogenblik en al zijn zon- en feestdagen besteedde hij aan dat harde en ondankbaar werk. Het was een strijd zonder verpozing tegen de slopende krachten van de natuur. Een boompje groeide even en de oude Poorter triomfeerde. Het werd een strijd tussen de twee mannen, meer nog dan een strijd tegen de weerbarstige natuur. De oude baron wilde gelijk halen, en de oude, hardnekkige Poorter wilde dat hij ongelijk kreeg.

Poorter probeerde met allerlei: met zaden en met heel kleine plantjes, die hij zijn zoontje in de bossen deed zoeken; en dan weer met grotere boompjes, die hij rechts en links in de omtrek ging... stelen. En tot zijn niet geringe verbazing, kon hij weldra vaststellen dat de ietwat grote boompjes beter groeiden dan de kleinere. Dat was voor Poorter een voldoende aanwijzing. Hij ging er halve nachten met zijn zoon op uit; en weldra stond daar op de kale helling een bos, van klein gewas nog wel, maar dat toch eindelijk groeide en, dank zij hun onverpoosde zorgen, scheen te willen gedijen. De

[pagina 642]
[p. 642]

oude baron bad zijn weddenschap verloren; het stuk land behoorde toe aan Poorter; en de mensen die wel wisten hoe 't ontstaan was, noemden het nooit anders als 't Gestolen Bos.

 

De oude baron stierf, en de oude Poorter stierf, en van lieverlede werd de jonge Poorter ook een oude Poorter. Zijn leven, van kindsbeen af, was om zo te zeggen samengegroeid met het wassend leven van het bos. Elk boompje was door zijn medezorgen boom geworden; en toen zijn vader dood was en hij het eigendom voor zich alleen had, ging hij naar het bos toe en staarde naar die hooggeworden groen-gewelven, naar die glad-glanzende stammen, naar al die schoonheid, die hem plotseling doordrong als een overgrote, ongekende weelde.

Hij, de arme sjouwer, voelde zich plotseling een rijk en machtig man geworden; en hij rekende na hoeveel het bos hem wel zou opbrengen als hij het aan een meneer verkocht die er een kasteel wou laten bouwen. Hij dacht daarover na, lange dagen, lange nachten. Met dat geld zou hij een klein boerderijtje kunnen kopen, en dan trouwen, en een gelukkig leven hebben. Hij was nog niet te oud en hij kende een vrouw, die hem wel aanstond, en misschien zou willen: Eulalie, de oudste dochter van de varkensslager! Zij was dik en struis en had een vuurrood gezicht met blauwe ogen; hij vond dat heel mooi.

Hij liep in zijn bos en een wondere liefde en emotie drong diep en onbewust in hem door. Hij voelde, dat hij niet goed van het bos zou kunnen scheiden. Hij snoof de wrange geuren op van 't hout en het bedwelmde hem. Hij hoorde de wielewalen fluiten en het was alsof hij ze voor 't eerst in zijn leven hoorde en hij had het gevoel alsof hij zou schreien van heimwee en verdriet als hij ze niet meer horen mocht. Hij wist niet wat er in hem omging; hij voelde zich week en zwak als een klein kind. Zou Eulalie er niet voor te vinden zijn om met hem in het bos te wonen?

Hij liep daar enkele dagen zwaar over te tobben en toen was zijn besluit genomen. Hij zou het bos niet verkopen. Hij zou er zich een houten hut bouwen en dan Eulalie gaan vragen! Hij bouwde zijn hut in een mooie, open ruimte van kleine

[pagina 643]
[p. 643]

heesters en bloeiende hei; en toen het klaar was ging hij Eulalie vragen. Eerst begreep zij niet wat hij wou. Maar toen zij eindelijk begrepen had, lachte zij hem zó honend uit, dat hij met gloeirode wangen naar zijn bos terugvluchtte. Zij wilde niet. Goed. Nu wist hij wat hij verder doen zou. De liefde voor het bos was sterker dan de liefde voor de vrouw: hij trok zich in het bos terug en leefde er als een kluizenaar, met de heesten en de bomen.

 

Toen brak de oorlog uit en de Duitsers kwamen in het dorp. Een van hun eerste opeisingen was: hout en bomen. En daar eenieder er vooral op uit was om zijn eigen goed te redden, wezen allen de vijand de weg naar Poorter, de kluizenaar van het Gestolen Bos.

Gestolen!... Dat klonk goed in de oren. Daar wisten zij van mee te praten. Zij glimlachten voldaan en kwamen bij Poorter.

Poorter begreep hen niet. Hij dacht, dat ze kwamen om zijn bos te kopen; en hij schudde energiek het hoofd, dat hij niet verkopen wilde. De Duitsers, echter, maakten korte metten. Zij tekenden een aantal van de mooiste bomen met de bijl en begonnen erop los te hakken.

Het was of Poorter droomde. Hij stond daar bij, roerloos, doodsbleek, met starre ogen. Het was alsof elke houw van de bijlen diep tot in zijn vlees drong. Toen de eerste boom met een krakend gedruis neerstortte en zijn gebroken bomenhart in witte splinters openspatte, kreeg Poorter als 't ware een elektrische schok en stoof hij recht op de vernielers af.

- Wat! Wat! Wat! gilde hij rauw, met fonkelende ogen en geknelde vuisten.

Ruw werd hij met een spotgrijns opzij geduwd, maar bliksemsnel sprong hij weer dreigend op de kerels toe.

- Wat! Wat! Wat! herhaalde hij krijsend.

- Dát! zei een van de vijanden, hem een revolver vóór de neus houdend.

Er was een korte, doodse stilte. De vijanden keken elkander aan, met ogen als kogels.

- Wat! gilde Poorter voor de derde maal. En zijn lippen sprongen van elkaar, om te bijten.

[pagina 644]
[p. 644]

Het schot knalde! En het was alsof Poorter, met razende mond, de kogel inslikte. Zijn keel hikte vervaarlijk; hij sloeg zijn beide armen in de hoogte en stortte ploffend achterover. Hij verroerde niet meer.

De Duitser stak zijn rokende revolver weer in het foedraal en gaf schreeuwend het bevel om voort te hakken.

Tot het laatste struikje werd het Gestolen Bos kaal gehakt...


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken