Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Stichtelycke rymen (1624)

Informatie terzijde

Titelpagina van Stichtelycke rymen
Afbeelding van Stichtelycke rymenToon afbeelding van titelpagina van Stichtelycke rymen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.19 MB)

XML (0.38 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Stichtelycke rymen

(1624)–Dirk Rafaelsz. Camphuysen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina III]
[p. III]

Aen den Christelijcken Lezer.

HEt is my (beminde Lezer) vry wat tegen, dat ick juyst mede een Boeck in de werelt moet brengen, ende (ten minsten na schijn) oock deel hebben aen de algemeyne zotheydt van boeck-maeck-lust, inzonderheydt in deze tijden, waer in dagelijcks de Werelt met Boecken, en voor al met Rijmerijen, zoo gepropt wordt, dat het eenen vervelen mochte, alleen maer de tijtels en opschriften, 'k zwijge de Boecken zelfs, te lezen. En evenwel (hoewel onwilligh) moet ick, en vinde my (om verscheyden redenen) zoo veel als gedwongen. Zal derhalven (dewijl 't nu doch zoo is als 't blijven moet) t'uwer onderrechtinge, een weynigh zeggen van't Boeck zelfs. Daer in hebbe ick voor eerst voor gehadt, dat alle Rijmen hare mate ofte voeten en gelijck-matigh getal van syllaben zouden hebben, om zoo wel gelezen als gezongen te konnen worden: nadien doch alle Rijm ofte gedicht, (na oudt gebruyck en oock aert van de zake) behoort zoo wel leesselijck als zingelijck, en zoo wel zingelijck als leesselijck te zijn. leesselijck, zegge ick, op zekere mate ende voeten. 't welck van weynige Rijmers doorgaens nagekomen wordt. want gemeynlijck leydtmen de syllaben na den zang of getal der toonen; daer nochtans veel eer de zang moeste geleydt zijn na de syllaben en dicht-mate. Hier door was ick genoodtzaeckt vele zangen of wijzen (zoomen 't noemt) anders te berijmen danze voorhenen berijmt zijn geweest; die oock te dier oorzake (hoewel andersins genoegh bekent) op Musijck-noten zijn gestelt; gelijck mede alle andere zang, die of teenemael nieu en ongehoort, of nooyt voor dezen berijmt, of eenighsins ('t zy veel 't zy weynigh) verandert is. In de zake zelfs binde ick my niet zoo zeer aen woorden en ma-

[pagina IV]
[p. IV]

nieren van spreken, ('t welck oock in 't rijmen niet wel doenlijck ende niet zeer aengenaem en is) als aen zin van de heylige schrifture. Zoo ick daer in, yeuwers mochte missen: die in deze wat beters voortbrengt, zal my ende allen vromen dienst doen. In mijn rijmen en dichten zullen, zonder twijffel, de rechte oordelaers en konst-hebbers vele fauten zien, doch mischien op ver na zoo veel niet als ick zelfs. Wat raedt? het oordeel gaet wijder dan de konst. ick zieder meer in, dan ick altijdt doen kan. en tegen danck moet ick somtijdts een faute lijden. Volheydt en aerdicheydt van zin (die voor al moet gaen) en bevallicheydt van woorden en syllaben, willen niet altijdt t'samen. immers met my niet. Eenige, die, zelfs ketters in de konst zijnde, andere nochtans daer voor, ende haer zelven alleen voor de rechte houden, zullen vele vande fauten die eygentlijck fauten zijn, over 't hooft zien, maer ondertuschen lichtelijck 't heele werck voor een faute en voor konsteloos houde[n]. Zeer wel. 'k Gun een yeder 't vermaeck van zijne opinie. Ick ben voldaen, als maer 't Boeck zijn Opschrift voldoet, dat is, dat het u, Christelijcke (of tot-Christelijckheydt-bereyde) Lezer, stichte, en met eenen vermaecke, 't zy door de stof of konst, (waer toe voor al van nooden is dat het klaer en verstandelijck zy. In 't welcke, hoe grooten vlijt oock aengewendt is, ick evenwel my zelven niet allesins hebbe konnen genoegh doen; gelijck ick oock duchte den Lezer niet te zullen gedaen hebben) De rest al t'samen, is ydel en buyten ons, die nergens van werck moeten maken dan van 't gene dat vorderen kan tot onzer onsterffelyck- en heerlyc -wordinge, die ick u van herten toewensche; Godt biddende u daerin by te zijn met zoodanige genade en hulpe als zyne wysheydt u van nooden acht.

Vaert wel.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken