Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Liederen. Deel 4 (1920)

Informatie terzijde

Titelpagina van Liederen. Deel 4
Afbeelding van Liederen. Deel 4Toon afbeelding van titelpagina van Liederen. Deel 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.29 MB)

Scans (4.41 MB)

ebook (2.89 MB)

XML (0.07 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Liederen. Deel 4

(1920)–A. van Collem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Nieuwe liederen der gemeenschap


Vorige Volgende
[pagina 28]
[p. 28]

XII.

 
Van alle dingen is de wind de stem,
 
Hij is hun ziel, hij rust in hen, hij stijgt
 
Wanneer zij zich uitspreken, willig op,
 
En roept alle de stoffen ten verzaam,
 
Om uit te wisselen hun leefgeheim,
 
Dat hij vermengt tot een zeer wijd gerucht,
 
Omcirkelend de hoogten en de diepten;
 
Het zeer verwijderde en het dichtbij
 
Gelegene, brengt hij, de menger van
 
Den geur, den klank, de lijn, tot hun verwondering
 
Te zaam. Daar staan zij dan, het sprakelooze riet,
 
De bergen en de heuvels en afgronden
 
En voelen zich besproken door de stem
 
Der zee, die wind heeft in zich opgenomen
 
En uitgeworpen tot een stuivend vocht
 
Van zilte zaden over de afgronden,
 
De zeeën en de luchten kussen zich;
 
De wind, hij is de groote makelaar
 
Van alle huwelijken in de ruimte,
 
In 't gouden voorjaar staat hij op en vliegt
 
De wereld rond en buigt zich tot den struik,
 
En zegt een woord, de aarde opent zich,
 
Dan trekt hij verder, hooge wandelaar,
 
Zijn adem is een teelt om al wat wacht,
 
Hij raakt de takken in de boomen aan
 
Zij sidderen heftig en inwendig splijt
[pagina 29]
[p. 29]
 
De schil waaruit het nieuwe leven stort,
 
Hij loopt de bergen af en een rumoer
 
Ontstaat in hen, zij barsten uit tot sap,
 
Het eeuwig star opstaande gaat dan stroomen,
 
Het eeuwig stroomende wordt weder star.
 
Dat doet de wind, hij zegt iets aan het dier
 
En plotseling ontwaakt het en het wéét,
 
En gaat zich zelf uitstortend, zich bestendigen,
 
Opdat het stervende en eeuwig zij,
 
Niets doen de dieren, dan de eeuwigheid
 
Van hunne weergeboorte binnengaan,
 
En stervende, uw adem uit te zeggen
 
O wind, die aan hun arme harten klopt,
 
Gij dooder van het Al, gij levenwekker,
 
Beschadiger, die uit uw sterke keel
 
Bazuint den dood opdat het leven kome,
 
U wachten de ravijnen en afgronden,
 
U wacht het blad, U wacht de naakte zee,
 
U wacht de duisternis, U wacht het licht,
 
U wacht het vlakke en het halfgebogene,
 
U wacht het schip des hemels en de man
 
Die in de gele maan nadenkend zit,
 
U wacht de zon, u wachten alle sterren,
 
Gij die Gemeenschap zijt, u wacht het Al,
 
Want kwaamt gij niet, gij twister met afgronden
 
Uitbrenger van het wit kristallen licht,
 
De wereld zonk in een, en in zich terug,
 
Een Chaos werd het Al zooals het was
 
Toen gij nog niet geboren waart O wind,
 
Gij drager van het leven in gemeenschap.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken