Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Toetzsteen der ware leeraren (1631)

Informatie terzijde

Titelpagina van Toetzsteen der ware leeraren
Afbeelding van Toetzsteen der ware leerarenToon afbeelding van titelpagina van Toetzsteen der ware leeraren

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.84 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/filosofie-ethiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Toetzsteen der ware leeraren

(1631)–D.V. Coornhert–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Cort besluyt van dit Boecxken

So heeftmen hier voor nu mogē sien, wat een 1 oprecht Leeraar is, oock sijn 3. 4. Sendinge en̄ 6 Merckteckenen, alles sodanigh Mette H. Schrift betuyght, dat de Leeraar inden welcken alle sulcx is, wel sekerlijck voor een oprecht Leeraar mach ghehouden worden: sonderlingen als sijn leven ende doen over een stemt metten 7 Namen ende 8 Bynamen die hem worden, ende hy oneens is met die hem nyet 9 worden, gegeven vande Waarheyt, ende dan alle sulcx streckt tot het 10 eynde, daar toe hy werdt gesonden van Gode. Die dan oock nyet en laat sijnen Dienaar te voorsien met het ghene hem van 11 noode is, tot bedieninghe van so hoogen 12 Ampt, d’welck alle ware Leeraar getrouwelijck bedient, dat nyet verborgen en mach blijven, voor sijnen Hoorders of Leerlingen. Die derhalven oock lichtelijck oordelen moghen (so sy maar met ernst willen) of hy ’t gene dat tot sijnen Ampte noodigh is, oock heeft in sich, ende of hy sijn ampt oock te recht bedient dan nyet. T’welck sich claarlijck openbaart in des Leeraars 13 wercken. Want zijn die soo’t een Predicant na sijn ampt betaamt, ende doet hy nyet die 14 wercken die hem nyet en betaamen, so blijckt dat hy sijn ampt te recht bedient ende dat hy een oprecht Predicant is. Maar aangesien dat eens Pedicants voorneemlijckste werck is anderen te onderwijsen of leeren, soo mach oock ontwijfelijck sijn oprechtigheydt bekent worden, so aan’t ghene dat hy 16 leert, als aen sijn 17 maniere van leeren. Want handelt hy in’t leeren voornemelijck tot aftreck van’t quade, tot aanwijsinge van’t goede, en̄ dit door’t ware middel Iesum Christum, ende leert hy sulcx bescheydelijck, getrouwelijck, ende vrymoedelijck, men heeft waarlijck groote redenen om nyet te twijffelen, dat hy een warachtigh Leeraar zy. Bysonder noch als die Leerling aande goede vruchten des Leeraars bevindt in sich, dat die Leeraar ende die Leere in hem vruchtbaar is. Daar inne dat die Hoorders sijn Leeringe trouwelijck na volgende inder waarheydt bevoelen, dat sy veranderen uyt quade, zondige ende siecke Menschen na der zielen, in goede, heylighe, ende ghesonde luyden. T’welck dan vernomen zijnde by den vyandt des Menschelijcken gheslachts te4 strecken tot verminderinge sijns Rijcx, verweckt hy terstont daar tegen op alle Duysterlingen, die dan sulcken oprechten Leeraar onder den valschen name van een Verleyder ende Ketter doet lachteren, haten, ende 18 vervolghen van allen hoogh gheachten Schijndeugden ende Pharizeen, ende dit met des duyvels wapenen die een moorder is, te weten met vuyr, met water, strick, en̄ swaart. Daarom dan ooc vevrolght te worden altijts

[Folio 68v]
[fol. 68v]

meer dan het vervolghen vermoeden geeft van een warachtigh Leeraar. Want dese en vervolght noch en doet nyemandt vervolghen na den lichame, ende en bruyckt oock gheen sienlijcke wapenen: maar vervolght die Ketteryen ende Loghenen met d’onsienlijcke Waarheydt des Godelijcken woorts. Dit zijn sijne geestelijcke wapenen waar mede hy in desen gheestelijcken strijde oock die gedachtē vander Waarheyts vyanden verstoort ende allen ghemoede ghevanghen neemt onder die gehoorsaamheyt Christi. Waar voor dese gheestelijcke Ridder oock krijght 20 belooninghe, te weten vande Gheloovighe Leerlingen blijtschap over henluyder goetwordinghe, ende van Gode die eeren-croone des rechtvaardigheydts. Wt alle welcke saken, als kenlijck zijnde voor alle aandachtighe ende opmerckende hoorders, en̄ hen aldaer en̄ elck van henluyder saligheydt hoogh aangaande4, syluyden vermoghen inden Heere en̄ oock behooren te oordeelen vande Oprechtigheydt der Leeraren. Om t’ welcke noch te lichter en̄ sekerder by elcken, dient ernst is, te mogen ghedaan worden, ick den arbeydt hebbe ghedaan van u Godtvreesende Leser, t’ ghene voorsz staat voor ooghen te stellen, als een tafereel, afbeeldinghe, ofte afmalinge eens waren Leeraars. So staat u nu toe vlijtigh op mercken te nemen, eerst of dees mijne schilderije, genomen uyt de heylighe Schrifture, daar mede oock te recht over een stemt Lende bevindy ja, dan voorts, of die Leeraren, welcker leere ghy navolght, met dit voorbeelt oock overeen comen ende ware gelijckenisse daar mede hebben. Ist nu dat ghy sulcx met sodanige vlijtigheyt doet om u selfs saligheyt wille, als ick vlijtigh ben gheweest in dese saken uyter H. Schrift by een te vergaderen, om u luyder wille, so suldy ontwijfelijck moghen verstaan of ghy navolgers zijt van ware, dan van valsche Leeraren. Maar ist oock dat ghy inder Waarheydt verstaat hoe sorghlijck het is Verleyders der zielen blindelijck na te volgen, dwelck dieven zijn en̄ moorders, so sal u die kennisse vande grootheyt van uwer zielen pericule in dese tijden onder so veelrelye valsche Leeraren, wel sorghvuldelijcken op alle sulcx acht doen nemen ende vlijtelijck doen opmercken. D’welck in u te mogen geschieden huyden inden tijt der genaden, tot saligheydt uwer zielen, wensche ick u allen van God den Vader, en sijnen lieven Sone, door de verlichtinge des heyligen Geests, Amen.

Ghedaan den 15. Novemb. 1581.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken