Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Brieven van Louis Couperus aan zijn uitgever (1977)

Informatie terzijde

Titelpagina van Brieven van Louis Couperus aan zijn uitgever
Afbeelding van Brieven van Louis Couperus aan zijn uitgeverToon afbeelding van titelpagina van Brieven van Louis Couperus aan zijn uitgever

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.37 MB)

ebook (10.60 MB)

XML (1.01 MB)

tekstbestand






Editeur

F.L. Bastet



Genre

proza

Subgenre

non-fictie/brieven


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Brieven van Louis Couperus aan zijn uitgever

(1977)–Louis Couperus–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 125]
[p. 125]

VIII. Maart 1897-Maart 1898 (Brief 161-189)

Terug in Den Haag, gaat voor Couperus het voorjaar zonder bijzondere gebeurtenissen voorbij. In April/Mei 1897 moet het bekende portret door H.J. Haverman ontstaan zijn, dat op Couperus' voorstel aan Metamorfoze wordt toegevoegd (brief 167).Ga naar voetnoot106 Behalve met de publicatie van dit boek, houdt het echtpaar zich bezig met vertalingen. Typerend en niet zo verbazingwekkend is Couperus' voorkeur voor Oblomow,Ga naar voetnoot107 een boek dat enige invloed gehad lijkt te hebben op Metamorfoze.

Begin Juli gaat hij naar Heidelberg, hoofdzakelijk om er te wandelen en er te luieren, maar ook wel met het plan 's middags weer wat aan het schrijven te gaan. Hier ontmoeten hij en Elisabeth Dr. P. Th. L. Kan en diens jonge vrouw. Kan, die later te Leiden hoogleraar in de keel-, neus- en oorheelkunde zou worden, verbleef toen voor studiedoeleinden in het zelfde pension als de Couperussen.Ga naar voetnoot108 Op 6 Augustus begon Couperus hier aan Psyche. In dit boek schijnt de naam van Emeralda een idee van Mevrouw Kan te zijn.Ga naar voetnoot109 Het presentexemplaar dat Couperus later laat zenden (brief 209) kreeg de opdracht ‘Aan de petemoei van Emeralda’ mee. Psyche zou een paar maanden later te Dresden worden voltooid. Nog schrijvend aan dit werk denkt Couperus al aan illustraties van Toorop. De eerste druk van Psyche verscheen in 1898, in een band van diens ontwerp.Ga naar voetnoot110

Op 31 Augustus 1897 wordt Couperus naar aanleiding van de verjaardag van Koningin Wilhelmina geridderd tot officier in de orde van Oranje Nassau. Veen, die hem naar aanleiding daarvan gelukwenst (brief 177), is niet de enige geweest. De oude heer Couperus zond zijn zoon onmiddellijk de bijbehorende decoratie.Ga naar voetnoot111 Couperus' dankbaarheid voor de ridderorde uitte zich in het zenden van presentexemplaren van Metamorfoze aan de ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie. Zelfs aan Koningin Emma werd gedacht, maar daar kwam hij later op terug. Overigens valt het op, dat er ook een presentexemplaar naar Pier Pander

[pagina 126]
[p. 126]

gaat. Deze speelt een rol in Metamorfoze onder de naam Fedder.Ga naar voetnoot112 Dat Jhr. J.H. Ram behalve een presentexemplaar ook het manuscript van Metamorfoze krijgt in plaats van Veen, is meer dan een Freudiaanse vergissing, als wij bedenken, dat Ram waarschijnlijk voor een deel de stof van het Boek van Anarchisme geleverd heeft.Ga naar voetnoot113 Couperus heeft op 5 December Ram verzocht, het manuscript alsnog aan Veen te zenden, maar Ram schijnt dat niet gedaan te hebben (brief 192). Couperus' verzoek om Maurits Wagenvoort ook een presentexemplaar van Metamorfoze te zenden (brief 180), berust op zijn bewondering voor diens Maria van Magdala,Ga naar voetnoot114 waarvan hij de lectuur ook aan Ram aanbeval.

Midden December wordt Couperus te Dresden wat ziek. Het echtpaar blijft nog tot 16 Februari 1898 in die stad, om vervolgens via Berlijn, waar zij kennissen gaan opzoeken, begin Maart weer naar Den Haag te gaan.

161

Vrijdag [6.III.97]

 

Waarde Heer Veen.

Den brief etc. in orde ontvangen: hartelijk dank.

Het doet mij genoegen, dat M. U bevalt. Ik zend U de copie, zoodra ze overgeschreven is.

Mocht U eens in den Haag komen, kom ons dan eens zien en blijf lunchen of dineeren, naarmate het uitkomt.

 

Steeds gaarne

Uw dw

L.C.

162

70H. - Javastraat
Zondag [7.III.97]

 

Waarde Heer Veen.

Wij zullen U zeer gaarne Donderdag ontvangen: meld ons dan hoe laat U komt. Else O. zeurt geweldig om de proeven van M.: kan ik haar die nu zenden? Ze zoû gaarne tegelijk met de Gids in Duitschland haar vertaling publiceeren.

 

Steeds gaarne

Uw dw.

L.C.

[pagina 127]
[p. 127]

163

Vrijdag [z.j.]

 

Waarde Heer Veen.

Ziehier slot Nirwana en begin Peter Halket.Ga naar voetnoot115 Ik zal de proeven van Peter corrigeeren. Zend s.v.p. Nirwana na lezing aan papa Van Hall.

Ik ben nog onder mijne boeken kwijt:

Extaze met sterretje

Lent v Vaerzen met sterretje

IJdel Geld, ingebonden. (dat bestaat immers?)

Zoû U zoo vriendelijk willen zijn, die lacune aan te vullen? Doe er dan ook bij Noodlot met sterretje: dat vertelde U mij immers dat een nieuwigheid was?

Ik dank U zeer voor de boeken, die U mij zond.

Wij vonden het heel gezellig U verleden eens bij ons te zien. Herhaal dat, als het nog eens te pas komt.

Met vriendelijke groeten ook van mijne vrouw

 

Steeds gaarne

Uw dw

L.C.

164

[z.j.]

 

Waarde Heer Veen.

Hierbij het derde gedeelte ter lezing, maar lees het zoo gauw mogelijk en zend het binnen een paar dagen s.v.p. naar Van Hall. Het slot zend ik U spoedig.

 

Met vriendelijke groeten

Steeds Uw dw.

L.C.

165

Vrijdag [3.IV.97]

 

Waarde Heer Veen.

Brief met inhoud in orde ontvangen: hartelijk dank. Ook het pakket met boeken. Ik mis nog Williswinde: zoû ik U daarom ook nog mogen vragen? Pas langzamerhand ontdek ik al mijne verliezen: het is een razzia geweest! Zal U Nirwana spoedig aan papa v H. zenden: het moest er al zijn! Spoedig zenden wij U copie van Peter H.

[pagina 128]
[p. 128]

166

den Haag.
7.4.97

 

Waarde Heer Veen

Dank voor Williswinde: ik geloof, dat ik nu alles compleet heb. Ik zal U spoedig de Gids zenden, maar wil nog een tijdje geduld hebben. Ik geloof, dat éen proef van Peter Halket voldoende is, niet waar? De vertaling vordert goed.

 

Steeds gaarne

Uw dw.

L.C.

167

Den Haag
70 Javastraat
6.V.97.

 

Waarde Heer Veen

Ik heb U over veel te schrijven, en begin dus maar:

Den aangeteekenden brief in orde ontvangen, hartelijk dank.

Copie Halket zal U gezonden worden.

Verder zal ik U de Gidsnummers van Metamorfoze zenden, maar over eenigen tijd, omdat ik mij toch nog niet wijden kan aan de proeven van het boek, voordat alle Gidsproeven zijn nagezien. Laat ons dus nog wat wachten met drukken.

Het oorspronkelijk Ms. zal ik U als souvenir zenden, zoodra Metamorfoze in de Gids verschenen is.

Zoû ik voor de volgende maand kunnen rekenen op het honorarium Halket en dat van de Duitsche vertaling Metamorfoze, of wanneer zoû U dit laatste van Mej. Otten ontvangen?

U schreef mij verleden naar Parijs, dat er wellicht een 2de editie Hooge Troeven mogelijk was: kan ik hierop rekenen voor dezen zomer?

Zoû U als U het een en ander in couranten of tijdschriften omtrent Metamorfoze ziet, mij dit nu al willen zenden? Mij ontgaat bijna alles van dien aard. U zoû er mij zeer meê verplichten. Wij hebben nog geen contract gemaakt Metamorfoze: zoû U mij dit willen zenden, met betrekking tot de volgende uitgaven.

Vervolgens dit: Haverman teekent mij voor Woord en Beeld: hij heeft twee portretten gemaakt, een met hoed, een gewoon, beide zeer goed: zoû U er een willen hebben voor Metamorfoze?Ga naar voetnoot116 Het was een idee van hem en ik zoû het uitstekend

[pagina 129]
[p. 129]

vinden. Lacht het U toe, schrijf hem dan:

1 Kasuariestraat, alhier.

Ziedaar een heeleboel wissewasjes.

Met vriendelijke groeten van ons beiden

 

Steeds Uw dw.

Louis Couperus

168

Pinksteren [97]

 

Waarde Heer Veen.

Hierbij het contract geteekend terug. Den aangeteekenden brief in orde ontvangen. Ik had gaarne een proef ontvangen van den Brief uit Venetië: is het hiervoor te laat?Ga naar voetnoot117 Er komen anders licht vergissingen met namen.

Metamorfoze kunt U uit den Gids laten nadrukken, maar ik verwacht natuurlijk de proeven, als gewoonlijk.

Het derde deel zend ik U spoedig.

 

Steeds Uw dw

L.C.

169

den Haag
Zaterdag. [z.j.]

 

Waarde Heer Veen.

De laatste proeven van Peter H. verzend ik U.

Ik zie op de laatste bladzij bij de annonce's een tweeden druk van Reisimpressies?? Ik hoorde er nog niets van, van U.

U weet, dat U er den Venetiaanschen brief uit de Gids kan bijvoegen. (Ik bezit die Gids niet meer.)

Zullen wij niet de contracten van Metamorfoze eens teekenen? Maar de tweede druk en volgende waren vastgesteld: ƒ 1800; ten minste U vond dat indertijd goed, zooals ik uit onze correspondentie zie.

 

Steeds gaarne

Uw dw

L.C.

 

Heeft U de Gidsen ontvangen?

[pagina 130]
[p. 130]

170

Dinsdag [10.VI.97]

 

Waarde Heer Veen.

Ik hoor van artikels, die verschijnen over Metam.; mocht U eens wat tegenkomen, zend mij het dan s.v.p.; bv. de groene Amsterdammer: daar moet wat in staan. Ik krijg anders niets onder oogen!

 

Uw dw.

L.C.

171

[12.VI.97]

 

Geachte Heer Veen,

Ik heb de Schetsen in LavendelGa naar voetnoot118 gelezen en vind ze nog al aardig geschreven, maar verder gaat mijn oordeel niet. Toe, leest u ze zelf ook eens? Heeft u nog een tweede ex. of wil ik u dit terug zenden?

 

Met groeten

Uw dw.

E. Couperus

172

Heidelberg.
Pension Internationale
Anlage 10.
6 Juli [97].

 

Geachte Heer Veen,

Heeft u het ‘Lavendel’ boek gelezen, en wat vindt u er van? Geschikt of niet? Ik las een dezer dagen ‘Der Absturz’ van Gontscharow, heel mooi, en ik zou wel lust hebben het te vertalen, als u het zou willen nemen. Of vindt U het een bezwaar dat ik het uit het Duitsch zou vertalen, want Russisch ..., helaas, daar moet ik mijn onmacht voor bekennen. Ik zou u gaarne het boek ter lezing zenden, maar heb het niet in eigendom en las het ook van een ander. Of kent u het misschien? Het is van de zelfde schrijver van ‘Oblomow’ een boek waar mijn man mee dweept.

Toe, denkt u er eens over en leest het als u tijd heeft, ik zou weer gaarne wat onder handen hebben; en ik heb er nu alle tijd voor, want al zijn Heidelbergs om-

[pagina 131]
[p. 131]

streken nog zoo mooi, een mensch kan niet altijd wandelen. Hoe staat het eigenlijk met Troeper Pieter,Ga naar voetnoot* is hij al verschenen?

Met vriendelijken groet ook van mijn man

 

Uw dw:

Elisabeth Couperus.

173

Heidelberg.
Pension Internationale
[9.VII.97]

 

Waarde Heer Veen

Ik betuig U mijn zeer hartelijken dank voor Uw zoo gracieus cadeau, dat ik volgaarne aanneem en op hoogen prijs stel.Ga naar voetnoot119

Wil U het voor mij bewaren tot ik weêr in den Haag kom, heel graag. En is U daarbij nog zoo vriendelijk het te encadreeren; dan zoû ik zeggen: een eenvoudigen eikenhouten lijst. Nogmaals hartelijk, hartelijk dank.-

Metamorfoze gedecideerd in één deel. Dat mag niet anders. Anders breekt U den ‘bouw’ van mijn boek barbaarsch in tweeën! Het boek is geheel geschreven als éen deel.

Heel gaarne ontvangen wij hier éen troepertje, om te zien hoe het boek er uit ziet: ik denk, dat Jufvr. Boelen Uw pakket netjes heeft opgeborgen.

Met vriendelijke groeten ook van mijne vrouw.

 

Steeds Uw dw.

L.C.

174

[Heidelberg 3.VIII.97]

 

Waarde Heer Veen

Ik krijg de proeven terug, zonder dat men aan de drukkerij nota gelieft te nemen van mijn aanmerkingen.

De proeven klopten niet, sluiten niet aan elkaár, en ik kan ze dus niet corrigeeren.

 

Gaarne Uw dw.

L.C.

[pagina 132]
[p. 132]

175

[z.j.]

 

Waarde Heer Veen.

Het motto staat voor het geheele boek; en moet dus gedrukt worden voór het titelblad van het Boek van Torquato Tasso en niet er na. Wil U dit dus aanwijzen s.v.p.- Ik kan niet voort met de proeven, want ze kloppen niet en ik ben bang, dat er vergissingen gebeuren, als ik voortga.

Ook vel 6 en 7 kloppen niet. Laat U dit dus eens nazien. Zijn de Gidsbladzijden weg, dan zal ik het wel uit het hoofd nazien, maar eerst moet de boel kloppen.

 

Steeds Uw dw.

L.C.

176

Heidelberg
Pension Internationale.
11.8.97.

 

Waarde Heer Veen.

Ik kan de proeven onmogelijk verder nazien, voor alles in orde is. De kwestie is deze: de proeven 5 en 6, en 6 en 7 klopten niet: ik heb hier noch de Gids, noch eenig manuscript, waarnaar ik kan nazien, wat er moet staan. Ik kan dus met de beste wil van de wereld niet verder, want ik kan toch niet aan U of aan de drukker overlaten in te vullen wat vergeten is te drukken. Ik zie er niets anders op, dan dat U een nieuwe Gids neemt, en daarnaar laat corrigeeren. Het treft ook ongelukkig, dat de eerste zending van Proef vel 5 verloren is. Wat Mej. Boelen zondt, was het Gidsnummer van Juli, dus had niets met de proeven te maken. Het is waarlijk geen kwade wil, dat ik niet verder corrigeer, maar ik heb eenvoudig niets om naar te corrigeeren.

Laat dus zoo spoedig mogelijk hier in voorzien. Het spijt mij zeer, dat ik geen oude copie van Metamorfoze bij mij heb. Maar het is nu eenmaal niet anders.

 

Steeds gaarne Uw dw.

L.C.

177

Dresden
Pension Mehring
22 Walpurgisstrasse.
[11.IX.97]

 

Waarde Heer Veen.

Ziehier ons nieuwe adres!

Hartelijk dank voor Uwe felicitatie.

Ik ontving nog geene proeven van Anarchisme.

 

Steeds gaarne

Uw dw.

L.C.

 

In haast.

[pagina 133]
[p. 133]

178

Dresden.
Pension Mehring.
Maandag. [4.X.97]

 

Waarde Heer Veen.

Hierbij de proeven van Metamorfoze: Mijn compliment aan de drukkers: alles is mooi uit de Gids overgedrukt geworden. Revizie is alleen noodig van die vellen, waaruit ik eenige bladzijden geschrapt heb; bladzijden, in de Gids nog op hun plaats, maar niet in het boek. Hoe staat het met de band, en wie teekent die?

Mijne vrouw is druk bezig aan Jerôme: ik zal U spoedig een 6 vel copie ervan zenden.

Heel interessant vind ik die bundel niet. Maar ik zal de proeven ervan nazien. Ik ontving gaarne een ex. van de Reisimpressies, waarin de Venetiaansche Brief werd opgenomen.

Als het niet indiscreet is, wees dan zoo vriendelijk en zend s.v.p. twee presentex: (gebonden) van Majesteit en Wereldvrede - ik meen van ieder: een - aan mijn nichtje in Indië Mej. Stanny Valette te Buitenzorg,Ga naar voetnoot120 met deze kaartjes in de boeken gelegd. U zoû mij er veel genoegen mede doen. Ik voeg hierbij een lijstje van de presentex: van Metamorfoze.

Ik ben druk bezig aan het schrijven van een symboliek sprookje: Psyche., dat heel aardig wordt. Het zoû zeer geschikt zijn om door onze symbolieke jongere artisten geïllustreerd te worden ...

Zend U mij s.v.p. de overgedrukte vellen van M.?

Met heel veel groeten ook van mijn vrouw.

 

Steeds gaarne

Uw dw.

L.C.

 

N.B. Ik zal U die visitekaartjes later zenden: meld mij dan even wanneer U de verzendingen doen wil.

Zou U Peter Halket willen zenden aan

Mevrouw Baud-Steenstra-Toussaint

Koffieonderneming Gabroe-Birnie

Blitar Kedirie

Java.

Wil U in de presentex. van M. een kaartje leggen. (zie boven) De twee beschrevenGa naar voetnoot* kaartjes zijn voor Mej. Valette (Majesteit en Wereldvrede).

[pagina 134]
[p. 134]

Aan Z.E. den Minister van Binnenl. Zaken Goeman-Borgesius

Aan Z.E. den Minister van Justitie,

Mr. Cort van der Linden

Mr. J.R. Couperus - den Haag

Dr. J. ten Brink - Leiden

Mevrouw Baud-Steenstra-Toussaint

te Gabroe-Birnie, Blitar, Kedirie

Java.

Dr. Van Praag. OudewaterGa naar voetnoot121

Pier Pander, Via Gaëta, Rome

Mej. M. Baud (ten huize Dr. Versteeg), BarneveldGa naar voetnoot122

Mej. S. Valette (Buitenzorg)

Java

Bar.nesse Taets van Amerongen.

Laussanne, ten huize van Jhr. H. van Lawick.

Gai-Côteau, Avenue des Alpes

Teodor de Wyzewa.

Revue des Deux Mondes, Paris

Jhr. J.H. Ram.

93 Willemstraat

Den Haag

Voor mij 2 exemplaren

Misschien dat ik ook een ex: zend aan de Koningin-Regentes, door Jhr. de Ranitz, maar dat zal ik U nog schrijven.

[pagina 135]
[p. 135]

179

Dresden
22 Walpurgisstrasze
13.XI.97.

 

Waarde Heer Veen.

Noodkreet van den Boheemschen post-assistent, dat hij geen 100 Mark betalen kan. Hij vraagt mijne permissie, en vrijstelling van de 100 Mark. Ik schreef hem, dat ik, voor mij, niets tegen zijne vertaling had, maar dat U steeds een financieele vergoeding voor de vertalingsrechten vroeg, die meestal werd toegestaan.

Wat wil U doen? Hij kan toch vertalen, zonder te betalen. Wees dus zoo goed en schrijf hem Uw laatste woord.

Psyche is af, en komt in Januari in de Gids. Wil ik Toorop er eens over schrijven?Ga naar voetnoot123 Het leent zich geheel en al tot illustraties.

Ik zie iederen dag uit naar Metamorfoze. Wat duurt dat lang?

Meld mij even, wanneer U de visite-kaartjes wilt hebben.

 

Steeds gaarne

Uw dw.

L.C.

180

Dresden.
22 Walpurgisstrasze
19.XI.97

 

Waarde Heer Veen.

Ik ontving de beide exemplaren van Metamorfoze: het boek ziet er mooi uit en ik dank U van harte voor den grooten zorg, die U steeds besteedt aan de verschijning van mijn geesteskinderen! Het portret dunkt mij door de verzachte tint der reproductie iets aangenamer: maar dwepen doen wij er niet mee, mijn vrouw noch ik. Ik geloof, dat het papier iets dunner is dan gewoonlijk: werd het boek anders te onhandig dik? Alleen heb ik deze aanmerking, waarop U waarlijk eens goed moet letten een volgenden keer; er staan telkens letters los van elkaar, zooals bv. op bl. 60 z wering, s temming (onderaan). Dat is door het heele boek heen en gebeurt altijd met het afdrukken, want in de proeven corrigeer ik die losse letters altijd. En het staat zoo slordig.

[pagina 136]
[p. 136]

De band van Toorop dunkt mij heel mooi gevoeld. (Mijne vrouw vindt dien te onrustig). Mij dunkt de ‘Metamorfoze’ wel mooi weêrgegeven in die ‘wordende’ figuur en die kronkelende lijnen. Toorop zoû Psyche wel mooi kunnen doen. Ik hoop van harte, dat wij het eens kunnen worden. Als ik rijk was, zoû ik zoo gaarne U Psyche voor niets afstaan om er een prachtig boek van te maken! Maar nu, al geeft de critiek mij ook altijd de reputatie van in ‘weelde’ te leven, mag ik dat niet doen. Die ‘weelde’ is maar erg betrekkelijk en sluit dit jaar met een flink te kort! Ik kan nog niets zeggen van grootte: ziet U maar zelve in Januari, in den Gids; dan kunnen wij ook over het honorarium praten.

Ik zal Toorop er eens over schrijven en U dien brief adresseeren, omdat ik zijn adres niet weet.

Wij zullen maar geen ex. aan H.M. zenden.

De kaartjes verzond ik U gisteren.

Ik wensch U van harte voorspoed toe met Metamorfoze!

 

Steeds Uw dienstw.

Louis Couperus.

 

Mag ik rekenen, dat U mij de ‘lauwers en disteltakken’ zend? Ik lees hier bijna nooit Nederlandsche periodieken, en weet toch gaarne wat ze van Metamorfoze gaan vertellen.

Gaarne had ik dat U nog een ex: zond aan Maurits Wagenvoort (Vosmeer de Spie), maar ik weet zijn adres niet. Kan U daar achter komen? En ook aan Frans Netscher, te Rotterdam. Dan is het genoeg.

Else Otten schrijft, dat ze nog maar geen uitgever vindt, maar houdt zich toch steeds gerecommandeerd. Zoû U haar later over Psyche willen schrijven?

181

Dresden.
22 Walpurgisstrasze.
24.11.97.

 

Waarde Heer Veen.

Uw beide brieven ontvangen: het is jammer, dat U zelve minder tevreden is, maar waarlijk, ik krijg toch een mooien indruk van het boek. Ik vind de band zeer origineel en kijk er met pleizier naar. Wat het standje aan den drukker betreft: fouten zijn er niet in, maar losse letters: en daar ik die altijd samenvoeg in de proeven, gebeurt dat door slordigheid met overdrukken.

Uw eerste brief heeft mij een schrik bezorgd ... U herinnert me aan een belofte, die ik tot mijn schande ... vergeten was! En nu heb ik het manuscript van Metamorfoze al weggegeven aan mijn vriend Ram! Het doet mij verbazend leed, en mijne vrouw heeft er mij al over onderhouden. Als U mij nu ook een standje maakt, dan buig ik deemoedig het hoofd, want ik kan er niets tegen zeggen. Maar een mensch kan zich altijd pogen te verbeteren, en als ik U nu beloof het manuscript van Psyche, dat ik U zenden zal, zoodra de novelle in Januari verschijnt,

[pagina 137]
[p. 137]


illustratie
Bandontwerp door Jan Toorop voor Metamorfoze, 1897.


[pagina 138]
[p. 138]

mag ik dan hopen, dat U mij niet een al te grooten woordbreker vind? Intusschen, duizend excuses: het doet mij waarlijk leed, dat ik zoo suf ben geweest!

Psyche is uitstekend geschikt voor prachtwerk: het is een sprookje, en al zeg ik het zelf, een mooi dingetje. Ik zoû er ook dolgaarne iets heel moois van maken, waar het zich uitstekend toe leent, beter dan een van mijn andere werken. Als nu die lamme geldkwesties maar niet tusschen beide moeten komen! Ik zoû er ook gaarne aan den eenen kant een opoffering voor doen, maar aan den anderen kant moet ik den laatsten tijd zoo rekenen, en ik ben dus in een tweestrijd. Enfin, wij zullen zien, en afwachten tot U in Januari zelve oordeelen kunt. Want als ik U nu over grootte etc schrijf, dan kan ik mij vergissen, en kan U toch nog niet zuiver berekenen.

Ik dank U zeer voor Uw allervriendelijkst postscriptum. Op het oogenblik echter gaat het nog al, en is het maar verstandiger nog niet Uw hulp in te roepen. Intusschen, hartelijk dank voor Uw vriendelijk woord.

Ik zend U hierbij een aanvraag: moeten wij hier op reageeren en zijn er ‘voorwaarden’ te stellen? De keuze laat ik den bloemlezer over.

Vele groeten van mijne vrouw en steeds gaarne

 

Uw dw.

Louis Couperus

 

Noodlot van Jäger is niet in druk verschenen, maar ik weet niet waar het Ms. is.Ga naar voetnoot124 De familie van mijn overleden vriend heeft weinig égards gehad voor zijn werk en papieren. Misschien zoû U er Mevrouw de Wed. Jäger naar kunnen vragen te Utrecht (directrice van het Ooglijdersgesticht); maar misschien is het tooneelstuk wel ... weg! Wie vroeg U er naar? Jäger had ook een tooneelspel voltooid: De laatste koning, waar veel goeds in was. Ik had het er verleden met Van Nouhuys over. Maar de familie is voor den doode, die voor hen alles was, eenvoudig schandalig onverschillig geweest.-

182

Dresden
22 Walpurgisstrasze.I
11.XII.97.

 

Waarde Heer Veen.

Daar ik den laatsten proef van de Gids ontving, kan ik U nu zekere gegevens voor Psyche geven. De novelle beslaat 96 Gidsbladzijden en is dus een werk, zoo groot als Extaze, dat, als ik mij wel herinner 90 Gidsbladzijden telde. Van Else Otten hoorde ik reeds van Uw fameuse buitenlandsche plannen. Ik hoop van harte dat er iets zeer moois van worden kan.

[pagina 139]
[p. 139]

Toen ik de novelle geschreven had en nog niet aan de prachtuitgave dacht, berekende ik het honorarium op ± ƒ 1200. Nu, met de prachtuitgave, en mij Uwe woorden van vroeger herinnerende, zoû ik U de handen wat vrij willen laten, en niet dadelijk een vaste som vragen. Maar daar staat tegenover, dat ik in het begin van het volgende jaar eenig slijk der aarde noodig heb! Nu wilde ik U het volgende voorstellen:

Is er kans in '98 op een tweede druk Wereldvrede, en zoû U mij de ƒ 1500.- van dien tweeden druk in Febr. Maart en April kunnen voorschieten? Zoo U hier kans toe zag, zoû ik U geheel vrij spel met Psyche geven en U zeggen: maak er in binnen- en buitenland van wat U kan, en geef mij ervan wat U mogelijk is, en bedenk zelve de condities etc. Ik hoop, dat het slot van de affaire mij dan niet al te veel tegenvalt. In alle gevalle wil ik het wel eens probeeren om iets heel moois van Psyche te maken. Maar ik zie er alleen mogelijkheid toe, als de 2de druk Wereldvrede mogelijk zoû zijn, omdat ik in het begin van het volgende jaar waarlijk wat geld moet hebben.

Ziedaar de zaak geexpliceerd en antwoord mij nu spoedig wat Uw denkbeeld is.- Hartelijk dank voor de verschillende toezendingen: (ik meen de critieken). Veel zaaks is het nog niet!

Vele groeten van mijn vrouw en steeds gaarne

 

Uw dw.

Louis Couperus

183

Dresden.
6.1.98.

 

Waarde Heer Veen.

Het liefst had ik U vrij spel met Psyche gegeven: jammer dus, dat Wereldvrede nog niet kan. Als de twee andere werkjes kunnen herdrukt worden, zoû ik U voorstellen:

Illuzie ƒ 300.

Hooge Troeven 300

Psyche 1200

Alzoo ƒ 1800, welke som dan verdeeld kan worden over eenige termijnen, b.v. over 6 maanden, als U dit zoû willen. Is het U geen bezwaar in eéns te betalen, dan heb ik dit liever, maar het komt er niet veel op aan. Dan zouden wij Wereldvrede nog vooreerst kunnen laten, tot de tijd werkelijk daar is.

Ik zie in het contract Antonius-Hooge Troeven voor de volgende drukken ƒ 600 vermeld: vindt U dus ƒ 300 voor Hooge Troeven goed? Er was toen met het contract nog geen sprake van de splitsing in twee werken, als U U herinneren zal. Dank voor de toezendingen van kritieken etc. Ze zijn nog al minzaam tegen Metamorfoze. De kwestie manuscript laat ik maar aan U en den heer Ram over, ook al beken ik de schuldige te zijn. Peccavi!

[pagina 140]
[p. 140]

Mej. Otten schrijft me een briefkaart over Psyche: ze is altijd bang, dat iemand haar voor zal zijn.

Ontvang ons beider hartelijke wenschen voor een goed en gelukkig Nieuw Jaar!

 

Steeds gaarne

Uw dw.

L.C.

184

Dresden.
22 Walpurgisstrasze
30.1.98.

 

Waarde Heer Veen.

Ik hoor nog maar niets van U omtrent Psyche etc.! Is U al met Toorop in onderhandeling? Op mijn brief, dien ik hem begin December schreef, werd ik niet vereerd met een antwoord.Ga naar voetnoot125 Ik kan dus niet zeggen dat zijn eerste optreden tegenover mij - of liever niet optreden - zeer innemend was. Ik ben zoo bitter weinig gewend geen antwoord te krijgen op mijn brieven! Hoe gaan Uw onderhandelingen met hem? Als ze niet glad gaan, zoû ik hem laten schieten. Ik vind in die dingen: graag of niet. Mocht U met Toorop niet klaar komen, wat zoû U dan denken van Bauer? Bauer is eigenlijk toch nog fijner en delicater.

Ik krijg vele brieven over Psyche van vriendelijke bewonderaars. Misschien zal U wel gauw tot een gewonere editie ook moeten overgaan, daar sommigen mij nu al schrijven, dat ze een geillustreerde niet willen hebben! U ziet, er zijn vele smaken in de wereld.

Verkoopt Metamorfoze goed? Er is nog niet veel over verschenen, maar wat er over verscheen, was gunstig; ook over dat boek kreeg ik veel brieven.

Hartelijk dank voor al Uw toezendingen: kritieken etc. Schrijf mij eens ... als U nog wat schrijven kunt.Ga naar voetnoot*

[pagina 141]
[p. 141]

185

Dresden
Zondag. [z.j.]

 

Waarde Heer Veen.

Het is wel jammer, dat de geillustreerde uitgave weêr stuit op financieele bezwaren: zooals U zich herinneren zult, had ik U gaarne, wat mij betrof, carte blanche gegeven. Aan den anderen kant vind ik echter, dat een uitgave met 8 teekeningen op steen toch nog niet het ware zoû zijn. Ik vind 8 nog te weinig, en ... zou U dus op nog meer kosten jagen. Enfin, dan maar de illuzie bewaren voor een volgende gelegenheid ...

Eén teekening voor in het boek heb ik liever echter niet. Ik zal U zeggen, waarom. Gaf Toorop eene serie van teekeningen, dan zoû zijne kunst zich denkelijk wel harmonieeren naar de mijne, en zoû het boek een geheel worden. Geeft hij er echter eéne, dan wordt dit perse een hors d'oeuvre, en een speciale opvatting van hem. Hij kan zich dan onmogelijk inwerken in het geheel. Ik kan mij vergissen, maar zoo zie ik het voor me. Liever dus niet eéne teekening. Wat de band betreft, dat is natuurlijk goed.

Mijn brief, die U verloor, handelde geloof ik verder alleen over geldzaken. U sprak van herdrukken Illuzie en Hooge Troeven. De laatste is in het contract vereenigd met Antonius. Ik dacht dit dus op de helft te brengen: ƒ 300. Illuzie is in herdruk ƒ 300.- Psyche 1e druk ƒ 1200.- Samen ƒ 1800.- Mocht U mij deze som reeds nu kunnen overmaken (aan de Heeren Scheurleer en Zoon, Den Haag, Spuistraat), dan zoû ik U zeer verplicht zijn. Anders in termijnen, die ik aan U overlaat. Wij laten dan Wereldvrede nog maar rusten.

Aardsch slijk? Helaas, ja ... Het is den laatsten tijd nooit erg modderig om me heen!!

 

Steeds gaarne

Uw dw.

L.C.

 

Ik ga den 16den a.s. naar Berlijn. Pension Von Behr.

2II Neue Wilhelmstrasze.

1 Maart ben ik in Den Haag, Pension Boelen.

186

Berlijn
Pension Von Behr
2 Neue Wilhelmstr.
[z.j.]

 

Waarde Heer Veen.

Totnogtoe heb ik nog niets van Scheurleer vernomen omtrent de ƒ 1800.- Ik heb Scheurleer geschreven. Ik hoop, dat alles toch in orde is ...?

 

Steeds t.t.

L.C.

[pagina 142]
[p. 142]

187

Berlijn [23.II.98]

 

Waarde Heer Veen

Scheurleer zond bericht: dus is de zaak in orde.

Mevrouw Anna Lopez-Suasso-Aletrino (Parijs, 4 rue Chalgrin) vraagt om Noodlot te vertalen: wat vindt U? Wie is zij?Ga naar voetnoot126 Kent zij Fransch??? Mag ik haar naar U verwijzen?

 

Steeds Uw dw.

L.C.

188

Berlin
2 Neue Wilhelmstrasze.
Pension Von Behr.
[z.j.]

 

Waarde Heer Veen.

Ik ben U zeer dankbaar dat U zoo spoedig aan mijn verzoek heeft voldaan: hoewel ik nog geen bericht van Scheurleer heb, zal de zaak wel in orde zijn. Wil ik U, om zakelijk te zijn, nu eene kwitantie zenden van 1e druk Psyche ƒ 1200.- en ƒ 300. voorschot op een volgende herdruk (wij laten dan nog in het vage wat)? Willen wij dan ook het contract teekenen en vindt U ƒ 800.- voor de volgende drukken Psyche goed?

Zoo ja, dan zendt U mij wel de contracten ter teekening. Nogmaals hartelijk dank: U heeft mij zeer zeker geholpen, want hoewel ik mijn credietbrief altijd op reis heb en dus feitelijk nooit in geldverlegenheid ben, moet de put aan de andere kant, helaas, weêr gedempt worden ...

Zeker, ik heb aan het manuscript gedacht en zal het U uit Den Haag zenden. Nu zit het ergens in een koffer, maar het is er. Hoe is de kwestie manuscript-Metamorfoze afgeloopen? Is U edelmoedig geweest en mocht de heer Ram het behouden? Hij is een slechte briefschrijver en schreef er niets van.

Met heel veel genoegen zal ik Uw geschenk ontvangen, (1 Maart zijn wij in Den Haag): en ik apprecieer het zeer. Ik laat de keuze van de lijst vol vertrouwen aan Uw smaak over: ik zoû denken, een eenvoudige eiken lijst zal het beste zijn, denkt U ook niet?Ga naar voetnoot127

De schoone Else zullen wij voor morgen te dineeren vragen, maar ... de zaken met haar onderhandelen onder invloed van de mooie oogen ... ik beken mijn onmacht. Is het niet beter, dat U het maar blijft doen? U kan het beter dan ik ...

[pagina 143]
[p. 143]

Ik krijg vele brieven over Psyche en het schijnt al veel succes te hebben. Het is ook een aardig, frisch dingetje: de menschen moeten het nu alleen niet al te diep opvatten: zoo diep is het heelemaal niet ... Ik heb nog een ander sprookjes-idee; maar werk niet veel den laatsten tijd. Drukke dagen in Berlijn: kennissen; gisteren den heelen dag in Potsdam, hagelstorm, maar onderkomen gehad bij ... Seine Majestät!!

Vele groeten van mijne vrouw, die in Den Haag de vertaling spoedig zal afmaken.

 

Steeds gaarne Uw dw.

L.C.

189

Den Haag [1.III.98]

 

Waarde Heer Veen.

Psyche kan naar De Gids nagedrukt worden.

 

Uw dw.

L.C.

voetnoot106
Van Booven, Leven en W., t.o. blz. 164. Louis Couperus (Schrijvers Prentenboek 9), Den Haag, 1963, blz. 21 afb. 57.
voetnoot107
I.A. Gontsjarow (1812-1891) publiceerde Oblomow in 1859. Couperus las het boek waarschijnlijk in de Franse vertaling. - Zie voor het ontstaan van Metamorfoze Van Booven, Leven en W., blz. 142-150 en passim; Vogel, Man m. orch., blz. 84 e.v.
voetnoot108
Prof. Dr. P. Th. L. Kan (1872-1940), gehuwd met Johanna A.J. Peelen. Van Booven, Leven en W., blz. 155; Vogel, Man m. orch., blz. 87-89.
voetnoot109
Van Booven, Leven en W., blz. 155.
voetnoot110
Braches, Boek als N.K., blz. 174, 281 en 282.
voetnoot111
Van Booven, Leven en W., blz. 156, citeert een brief van Couperus aan Marie Vlielander Hein waarin we lezen: ‘Ik vond het een alleraardigst idee van hem en was er zeer door getoucheerd, ik hoop dat hij dat uit mijn brief gezien heeft. Als het eens te pas komt, zeg dan aan opa, beste Mies, dat ik waarlijk zeer getroffen was door zijn cadeau! 's Avonds draag ik nu mijn oranje roos, maar of ik het altijd zal doen weet ik niet, ik voel me een beetje schichtig met die eerwaardigheid aan mijn knoopsgat ...’. De brief dateert van 7 September 1897, zie ook Maatstaf 11, juni/juli, 1963, blz. 166; Vogel, Man m. orch., blz. 88.
voetnoot112
J.P. Wiersma, Pier Pander, een Friese beeldhouwer in Rome, Drachten, 1966, blz. 120; 126. Van Booven, Leven en W., blz. 187.
voetnoot113
Van Booven, Leven en W., blz. 151.
voetnoot114
Verschenen in 1897. Vgl. noot 96. Van Booven, Leven en W., blz. 156: eind 1897 schreef hij aan Ram, ‘dat hij zich ziek voelde, maar hij was erg getroffen door Maurits Wagenvoort's Maria van Magdala, en noemde het een mooi boek dat R. bepaald moest lezen’.

voetnoot115
Olive Schreiner, Trooper Peter Halket of Mashonaland, London, 1897. Gepubliceerd door Elisabeth Couperus als Peter Halket van Mashonaland, in 1897. Herdrukt in 1899 en 1903.

voetnoot116
Vergelijk noot 106. Van Booven, Leven en W., blz. 291, noemt eveneens de twee portretten: een tekening in zwart/wit en een andere in kleur. Het tweede portret, met hoed, zou zich in het Haags Gemeente Museum moeten bevinden volgens Van Booven, maar is daar niet (meer?) aanwezig, naar de conservator van het Prentenkabinet, Drs. C.H.A. Broos mij vriendelijk meedeelt. (In 1933 zou het daar nog geweest moeten zijn). In Woord en beeld, 1897, blz. 288-294 schreef Frans Netscher het artikel over Louis Couperus, waarbij het portret zonder hoed als illustratie over een hele pagina is gereproduceerd. - In dit te weinig geciteerde stuk toont Netscher de grote invloed van Mr. Carel Vosmaer op Couperus aan, naast de invloed van Potgieter.

voetnoot117
Bedoeld voor een nieuwe editie van Reisimpressies, zie brief 178.

voetnoot118
Jerôme K. Jerôme, Lavender Sketches, die Elisabeth Couperus anoniem zal vertalen als Schetsen, Amsterdam, 1899.

voetnoot*
Schertsenderwijs voor Trooper Peter, naar de Engelse titel. Vgl. ook brief 173: ‘troepertje’.

voetnoot119
Waarschijnlijk heeft Veen (zie brief 167) van Haverman één van de twee voor Woord en Beeld getekende portretten gekocht - dat zonder hoed werd in Metamorfoze als frontispice afgedrukt - en dit vervolgens aan Couperus geschonken. Eén van de portretten was in 1933 nog in het bezit van de uitgeverij. Vergelijk noot 116. - Zie ook brief 188.

voetnoot120
De in 1878 geboren dochter van Couperus' zuster Geertruida.
voetnoot*
Doorgehaald.
voetnoot121
In Oudewater praktizeerde Hendrik Pieter van Praag (1870-1948), zoon van de gelijknamige arts die in 1827 geboren werd. Het betreft hier ongetwijfeld de zoon.
voetnoot122
Dit moet Dr. Jan Versteeg geweest zijn (1835-1911), die in Barneveld vele jaren een praktijk heeft uitgeoefend, namelijk van 1879 tot 1906, waarna hij naar Huis ter Heide ging. Gehuwd met Jacoba Johanna Immink, kreeg hij 8 kinderen. Naast zijn huisartsenpraktijk deed hij dienst als gemeente-geneesheer en was voorzitter van de Gezondheidscommissie Nijkerk. Versteeg verwierf zich faam als zenuwarts, en stond aan het hoofd van een kleine particuliere inrichting. Hij bewoonde een pand aan de Schoutenstraat, later verbouwd tot onderwijzerswoning voor de School met den Bijbel. In het daar tegenover gelegen buitengoed ‘Duinkerken’ opende hij na 1893 een inrichting voor zenuwlijders. Gedeeltelijk bestaat dit huis nog, zie R.H. Nijhoff, Groeten uit Barneveld, Alphen a/ Rijn, 1974, nr. 112. - Minta Baud is hier waarschijnlijk als patiënte opgenomen. Reminiscenties hieraan lijken in De Boeken der Kleine Zielen te zijn verwerkt (Zielenschemering, I), waar Couperus het nabije Nunspeet in de plaats van Barneveld heeft gesteld, en Ernst gaat logeren in ‘een lieve villa’ bij dokter Van Heuvel, die ‘enkele zenuwpatiënten’ heeft. ‘Zijn kamer is lief, het uitzicht vrolijk ... dokter Van Heuvel en zijn vrouw zijn hartelijke, eenvoudige menschen ... Het zal zelfs geen isolatiekuur zijn’. ‘Het huis lag van den weg af in een grooten tuin van rustige schaduw’, etc. - Daar de figuur van Ernst geïnspireerd lijkt te zijn op Couperus' oudste broer, die lange tijd in Meerenberg te Santpoort werd verpleegd, heeft de auteur hier vermoedelijk twee motieven dooreen geweven. In de zenuwzieke Marietje kunnen trekken van Minta Baud zijn overgenomen. Bij gebrek aan familiecorrespondentie blijft dit alles helaas echter in de hypothese steken.
voetnoot123
Couperus schreef Toorop zes dagen later, d.d. 19 November 1897. Zie Braches, Boek als N.K., blz. 281. Tekst van deze brief in Maatstaf 11, juni/juli, 1963, blz. 166-167, waarin o.a.: ‘Veen sprak U reeds over Psyche, en ook ik neem de vrijheid Uw aandacht te vestigen op mijn sprookje, dat in Januari in De Gids verschijnt. Het zoû mij een groote vreugde zijn zoo U er motief ter illustratie in vond, en zoo wij er samen een mooi boek van konden maken. Terwijl ik er aan schreef, heb ik dikwijls aan U gedacht, en ik geloof bijna zeker, dat U er iets in vinden zal’. In dezelfde brief geeft Couperus uiting aan zijn ingenomenheid met Toorop's band voor Metamorfoze. Zie ook brief 180, en het negatieve oordeel van Elisabeth.

voetnoot124
Gerrit Jäger bewerkte Noodlot voor het toneel. Vgl. noot 21. Van Booven, Leven en W., blz. 130-131. Vogel, Man m. orch., blz. 77-78.

voetnoot125
Couperus vergist zich met de datum, de brief is van 19 november (zie noot 123). Deze passage laat hem zien als wel zeer lichtgeraakt. Tijdens het schrijven van Psyche zal hij toch niet ook dikwijls aan Bauer gedacht hebben. - Zie ook zijn latere oordeel over Toorop in brief 211. - Marius Alexander Jacques Bauer (1864-1932), schilder, etser en lithografisch tekenaar, die in Den Haag geboren werd en aldaar zijn opleiding kreeg. Hij maakte grote reizen naar het oosten en het zuiden. Zijn visionaire trant van werken maakte hem ook gezocht als illustrator van romantische verhalen, zodat Couperus' sympathie niet onbegrijpelijk is.
voetnoot*
Het vervolg van deze brief is er afgeknipt.

voetnoot126
Volgens een kleindochter van deze dame - schoonmoeder van Henri van Booven! - heeft zij nooit veel gepubliceerd: slechts enkele kleine artikelen. Van een vertaling van Noodlot van haar hand is het nooit gekomen.

voetnoot127
Zie noot 119 en de brieven 190 en 191.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • F.L. Bastet

  • over L.J. Veen


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 6 maart 1897

  • 7 maart 1897

  • maart 1897

  • 3 april 1897

  • 7 april 1897

  • 6 mei 1897

  • 6 juni 1897

  • juni 1897

  • 10 juni 1897

  • 12 juni 1897

  • 6 juli 1897

  • 9 juli 1897

  • 8 maart 1897

  • augustus 1897

  • 11 augustus 1897

  • 11 september 1897

  • 4 oktober 1897

  • 13 september 1897

  • 19 september 1897

  • 24 november 1897

  • 11 december 1897

  • 6 januari 1898

  • 30 januari 1898

  • februari 1898

  • 23 februari 1898

  • februari 1898

  • 1 maart 1898