Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Algemeen letterkundig lexicon (2012-....)

Informatie terzijde

Titelpagina van Algemeen letterkundig lexicon
Afbeelding van Algemeen letterkundig lexiconToon afbeelding van titelpagina van Algemeen letterkundig lexicon

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave




Downloads

Lexicon van drama en theater (5.97 MB)

Lexicon van de poëzie (8.51 MB)

Lexicon van de retorica (3.19 MB)

Lexicon van de verhaalkunst (6.00 MB)

Lexicon van literaire genres (18.94 MB)

Lexicon van de literatuurgeschiedenis (22.09 MB)

Lexicon van de algemene literatuurwetenschap (4.89 MB)

Lexicon van handschriftenkunde, boekwetenschap en editietechniek (23.36 MB)

XML (11.77 MB)

tekstbestand



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Algemeen letterkundig lexicon

(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

natuurlyriek

Vorm van lyriek waarin flora en fauna centraal staan. De middeleeuwse literatuur kent geen natuurlyriek in strikte zin, wél topische (topos) natuurbeschrijvingen, met name in de hoofse poëzie, bijv. de locus amoenus, de locus terribilis en de Natureingang.

In de renaissance gaat de natuurbeschrijving in poëzie een zelfstandiger rol spelen, blijkend uit bijv. de cultivering van een genre als het hofdicht. Terwijl de natuurlyriek in renaissance en classicisme veelal generaliserend van aard is (vgl. arcadia en idylle) gecombineerd met een nauwkeurige verzorging van de uiterlijke vorm (strofenbouw, rijm en metriek), gaat men in de romantiek individualiserend te werk, naar inhoud en vorm. De dichter legt een verband tussen zijn innerlijke stemming en de gevoelens die door de natuur worden opgeroepen, dan wel op de natuur worden geprojecteerd (het z.g. ‘paysage de l'âme’). Men denke aan A. de Lamartine met zijn beroemde gedicht ‘Le lac’, en in de Nederlandse letterkunde aan poëzie van Guido Gezelle en Herman Gorter. Bij veel symbolisten (symbolisme) neemt de aandacht voor de natuur af. Dat de natuur ook in de 20ste eeuw bij sommige dichters een belangrijke rol blijft spelen, blijkt uit het werk van dichters als Hans Warren, M. Vasalis en Habakuk II de Balker. Zie ook dierengedicht.

Lit: M.M. Prinsen, De idylle in de achttiende eeuw in het licht der aesthetische theorieën (1934) • Th.J. Beening, Het landschap in de Nederlandse letterkunde van de Renaissance (1963) • A.N. Paasman, ‘Loopt, geitevoeten’ in Studia neerlandica 1 (1971) 5, p. 1-41 • W.B. de Vries, ‘Toetsing van een genre; vier onbekende achttiende-eeuwse hofdichten’ in Nieuwe Taalgids 78 (1985), p. 110-126.

natuurbeschrijving natuurzelfdruk
thematisch veld:

Lyrische en poëtische genres
Natuurlyriek: pastorale en bucolische poëzie

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken