Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Refreinenbundel (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Refreinenbundel
Afbeelding van RefreinenbundelToon afbeelding van titelpagina van Refreinenbundel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.08 MB)

Scans (7.35 MB)

XML (0.94 MB)

tekstbestand






Editeur

C. Kruyskamp



Genre

poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Refreinenbundel

(1940)–Jan van Doesborch–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Ga naar margenoot+ [XIX] Refreyn

 
VAlsche Fortune tfy, die my heeft getoghen
 
tot reynder liefden, tmoet mi mishaghen,
 
want noyt lief en was noyt van liefden soe bedroghen
 
als ic diet al moet verdraghen.
5[regelnummer]
mi deert dat mijn oogen haer oyt aensagen
 
en dat ic mi duer haer ionstighe daet
 
heb mi laten van haerder liefden duerknagen, Ga naar eindvs. 7
 
ghelijc een scaepken dat die wolf verslaet.
 
och hoe mach si gheuinden in haren raet
10[regelnummer]
dat si als die weerhaen met allen winden
 
haer herte gekeert heeft, noyt arger quaet;
 
mer want icse nv met dobbelen gronde vinde Ga naar eindvs. 12
 
so mach ic wel segghen nacht ende dach:
 
adieu die alderliefste die ic te minnen plach.
[pagina 49]
[p. 49]
15[regelnummer]
Al had si die siele wt mijnen lichame Ga naar eindvs. 15 en 16
 
en duyterste begheerte van mijnen bloede
 
en al dat wesen mach in mijnen name
 
Ga naar margenoot+ mi toebehorende van eertschen goede,
 
so soudict hebben tot haren voorspoede
20[regelnummer]
ionstelic geschoncken met vieriger trouwen
 
om dat icse so reael sach van moede Ga naar eindvs. 21
 
int schijn der liefden, na haers woorts ontfouwen,
 
die als een riet seer wanckelbaer schijnen. Ga naar eindvs. 23
 
dus moet mi die tijt en huere berouwen
25[regelnummer]
dat icse oyt sach met vruechden verkeert in pijnen. Ga naar eindvs. 25
 
ic segt als nv en tot allen termijnen,
 
nv doende mits desen als vore ghewach:
 
adieu dalderliefste die ic te minnen plach.
 
 
 
Al heeftse getrouwicheyt aen mi gewonnen,
30[regelnummer]
al heeftse mi cathoen wten ooren gesponnen Ga naar eindvs. 30
 
mits liefde die in mijn herte was gheseten,
 
daer en leyt niet aen, ic moetse wel vergeten;
 
mer het deert mijnder herten bouen natuere.
 
duer mi so moet haer sijn verweten
35[regelnummer]
die grote ontrouwicheyt mijn leuen duere,
 
och daer si so ghetrou scheen van labuere
 
int stroyen der woordekens vol minnen gesayt
 
tot miwaert als een die alderliefste figuere
 
daer mijn herteken somtijts bi was ghepayt;
40[regelnummer]
Ga naar margenoot+ mer want si alst rat van fortunen drayt,
 
contrarie haers wesens, ic wel seggen mach:
 
adieu die alderliefste die ic te minnen plach.
 
 
 
Prince
 
Die princesse die ic onghetrouwich scriue,
 
het scheen bouen alle princessen eene
45[regelnummer]
amoreuser te sijn van haren bedriue
 
en ghetrouwigher tot miwaert alleene
 
dan alle deedelste princessen ghemeene
[pagina 50]
[p. 50]
 
die oyt tot haren prince ghestadich
 
liefde droeghen met ionsten reene.
50[regelnummer]
want icse nv vinde so onghenadich
 
als een die de quale mijnder herten
 
met wanckelbaerheyt wil maken beladich,
 
so seg ic nv adieu met droevige smerten,
 
dus wacht v voor al sulcke perten, Ga naar eindvs. 54
55[regelnummer]
so en durfdi niet seggen dit swaer geclach:
 
adieu die alderliefste die ic te minnen plach.

[twee fleurons]

margenoot+
[f. 35 r°]
eindvs. 7
mi is overbodig.
eindvs. 12
mer want: aangezien; vgl. vs. 40
met dobbelen gronde: dubbelhartig; vgl. S. CCVII, 11; ABN. I, a, 9, en vele andere dergelijke uitdrukkingen: dubbelen aert (S. CCXXXII, 29); dubbel dierken (S. LXXXVI, 6); -velleken (S. LXXVII, 29); -wijf (CCXV, 35).
eindvs. 15 en 16
zijn wsch. ietwat corrupt; voor had leze men wellicht bad, voor en: in of met
margenoot+
[f. 35 v°]
eindvs. 21
reael ... van moede: betrouwbaar, rechtschapen; vgl. Hand. d. Amour. G 4 r°: reael van herten.
eindvs. 23
schijnen: blijken.
eindvs. 25
vruechden verkeert: vreugde die veranderd is.
eindvs. 30
cathoen wten ooren gesponnen: voor den gek gehouden (Ndl. Wdb. VII, 1838).
margenoot+
[f. 36 r°]
eindvs. 54
perten: streken.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken