Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Refreinenbundel (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Refreinenbundel
Afbeelding van RefreinenbundelToon afbeelding van titelpagina van Refreinenbundel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.08 MB)

Scans (7.35 MB)

XML (0.94 MB)

tekstbestand






Editeur

C. Kruyskamp



Genre

poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Refreinenbundel

(1940)–Jan van Doesborch–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 87]
[p. 87]

[XLII] Refreyn Ga naar eind*

Ga naar margenoot+ [houtsnede]

 
O Rijck god wat si solaes ghewinnen
 
si twee die deen dander ionstich minnen
 
met trouwen eenen ghelijc ghebonden,
 
eens int herte eens inden sinnen,
5[regelnummer]
eens int voleynden eens int beghinnen,
 
eens int volwercken eens van monden,
 
ten sou gheen menscelic sin connen gegronden
 
die iubilacie die si bedriuen,
 
ia waren alle lieden pennen geuonden
10[regelnummer]
ken souts te vollen niet connen ghescriuen.
 
 
 
Wats meerder dan lief bi lief te sine,
 
wats meerder vruecht dan lief ter pijne, Ga naar eindvs. 12
 
Ga naar margenoot+ wat troost is beter dan troost van lieue,
 
wats hogher dan troost in minnen fijne Ga naar eindvs. 14
15[regelnummer]
wats meerder dan troost van liefs aenschijne,
 
wats soeter dan lief lief wacht van grieue?
 
al waert dat ic alle herten besieue
 
die oyt minden van man oft wijue
 
en tvelt ware ghelijc eenen brieue, Ga naar eindvs. 19 en 29
20[regelnummer]
ken souts te vollen niet connen scriuen.
 
 
 
Die grote solasen die lieuers versieren,
 
die minlike woorden die gelieuen verchieren,
 
die melodie die daer beghint, Ga naar eindvs. 23
 
die reyne ghelaten, dat suet regieren,
25[regelnummer]
dat herten, suchten, dat hoghe hantieren, Ga naar eindvs. 25
 
dat suet verbaren datmen daer vint Ga naar eindvs. 26
 
daer lief sijn lief met trouwen mint,
 
sulck vruecht te noemen moet mi ontbliuen,
 
want al ware al dat water ynt, Ga naar eindvs. 29
30[regelnummer]
ken souts te vollen niet connen ghescriuen.
[pagina 88]
[p. 88]
 
Daer lief bi lieue mach sijn beloken,
 
bevrijt bewaert voor nijders treken,
 
daer is volmaecte volle vruecht.
 
wat minliker woorden machmen daer spreken,
35[regelnummer]
wat sueter accoort wert daer ontploken, Ga naar eindvs. 35
 
Ga naar margenoot+ wat troosteliker sin wert daer verhuecht,
 
wat honich der talen sprect elck ter duecht,
 
haer scheyden dunct hem een ontlijuen,
 
al had ic den wensch der weerelt iuecht Ga naar eindvs. 39
40[regelnummer]
ken souts te vollen niet connen bescriuen.
 
 
 
Daer is onsprekelic een verblijden,
 
daer sijn vergheten stont en tijden,
 
daer is een iaer naw een huere,
 
daer is secretelic hertelick lijden,
45[regelnummer]
daer is sulcke vruecht in allen siden
 
tontvecht subtijlheyt elcks natuere. Ga naar eindvs. 46
 
o vruechdelike minne, o rieckende guere,
 
dijn vermanen doen mi dooghen wrijuen, Ga naar eindvs. 48
 
al screuic dijn lof mijn leuen duere
50[regelnummer]
ken souts te vollen niet connen ghescriuen.
eind*
Stok. Vgl. Hand. d. Amour. Cc 8 v°: ‘De Poëten en zouden in gheen legenden schrijven Het solaes dat twee Ghelieven bedrijven.’
margenoot+
[f. 64 r°]
eindvs. 12
ter pijne: als men ongelukkig, in nood is?
margenoot+
[f. 64 v°]
eindvs. 14
fijne: lees wsch. ten fijne.
eindvs. 19 en 29
Vgl. P. Champion, Hist. poétique du XV e s., II, 405: A propos de sa dame Molinet osera dire que si les présétaient des feuilles de parchemin et 1'eau courante du ruisseau de 1'encre, il ne saurait venir à ses fins’.
eindvs. 23
melodie: vreugde.
eindvs. 25
herten: lees wellicht: hertelijc.
eindvs. 26
verbaren: (zich) toonen, gedragen.
eindvs. 29
ynt: inkt.
eindvs. 35
ontploken: ontvouwd, ten toon gespreid.
margenoot+
[f. 65 r°]
eindvs. 39
Wsch. ietwat corrupt; misschien is eeuwige jeugd bedoeld?
eindvs. 46
tontvecht enz.: wsch. corrupt.
eindvs. 48
doen: lees wellicht doet. - dooghen wrijuen: van verwondering?

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken