Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Refreinenbundel (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Refreinenbundel
Afbeelding van RefreinenbundelToon afbeelding van titelpagina van Refreinenbundel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.08 MB)

Scans (7.35 MB)

XML (0.94 MB)

tekstbestand






Editeur

C. Kruyskamp



Genre

poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Refreinenbundel

(1940)–Jan van Doesborch–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

[CXXVIII] Refreyn Ga naar eind[CXXVIII]

Veel stoffen behoeft tot horenneers

 
ONlancx lach ick in fantasijen
 
Besich metter eedelre scutterijen
 
Vanden voetboge, vaet mijn bedien,
 
Waer de horenneers waren diemen in voirleden tijen
5[regelnummer]
Plach te voerne in stormen in strijen
 
Ende diemen met eenen spanhake spien.
 
Eenen boochmaker ginc ic vragen tgescien
 
Waer dese armborsten waren veruaren. Ga naar eindvs. 8
 
Hi seyde: vrient ick hebber veele gesien
10[regelnummer]
Ga naar margenoot+ Mer en maecte noyt gene in seuen iaren.
 
De redene waer omme wilt mi openbaren,
 
Ic bens v biddende ende ick begheers.
 
Willic v dan, seydi, de redene verclaren:
 
Men macher genen cost aen sparen,
15[regelnummer]
Veel stoffen behoeft tot horenneers.
 
 
 
Veel stoffen, meester, maect mi dat vroet,
 
Hoe comt datmen tot horenneers meer stoffen doet
 
Dan tot grote windaes bogen.
 
Als ick immers die waerheit ontdecken moet,
20[regelnummer]
Horenneers vrient verwarmet bloet, Ga naar eindvs. 20
 
Si moeten met geclopte zenuwen zijn ouertogen,
 
Dan heet gelijmt, ten sal anders niet dogen;
 
Daer op dan vernist, dats de maniere,
 
Dan moeten horenneers biden winde drogen
25[regelnummer]
Want sulck lijm en droocht niet biden viere.
 
Dan behoeft tot horenneers een ronde telliere, Ga naar eindvs. 26
[pagina 231]
[p. 231]
 
Wel gefautsoneert, aent eynde wat leers
 
Stijf aengetogen dat niet en faelgiere,
 
Dus seg ic als die niet luyde en cryiere:
30[regelnummer]
Veel stoffen behoeft tot horenneers.
 
 
 
Vrient wilt alsulcke redene staken,
 
Ga naar margenoot+ Maer condi aen oude horenneers gheraken
 
Proeftse eer ghise coopt, hoet si,
 
Ende gaeter mede schieten tusschen twee staken
35[regelnummer]
Ende eest dat ghi dwitte cont ghenaken
 
Driewerf achter een, so staet hi schoon vri.
 
Tes v profijt, verstaet wel mi,
 
Siet dat ghi mijn redene wel onthot,
 
Handelt horenneers sachte ende siet dat ghi
40[regelnummer]
Die pese te degen legt inde not, Ga naar eindvs. 40
 
Want waert dat alleene ghinge tslot, Ga naar eindvs. 41
 
Den boge waer in vresen lancx en dweers,
 
Dat waer voorden scutter een cranc beschot, Ga naar eindvs. 43
 
Dus wacht v daer vooren ende sijt niet sot;
45[regelnummer]
Veel stoffen behoeft tot horenneers.
 
 
 
Prince
 
Prince, horenneers en sijn niet te scuwene.
 
Eens iaers placht te sijne tbeste paymint, Ga naar eindvs. 47
 
Men plachse te vouden, te croken, te duwene
 
Gelijc oude braspenningen diemen nv luttel vint.
50[regelnummer]
Mer horenners diemen metter halue winden wint
 
Ende spannen moet met eenen verhale,
 
Die sijn den ouden schutters wel bekint
 
Ga naar margenoot+ Dier met schieten tusschen twee bosschale. Ga naar eindvs. 53
 
Nv prijsen dees iongers al bogen van stale;
55[regelnummer]
Schieten daer mede die willen, ic ontbeers, Ga naar eindvs 55
 
Ic bliue bi mijnder eerster tale
 
Als dier bi comen sijn inde quale:
 
Veel stoffen behoeft tot horenneers.

[houtsnede]

eind[CXXVIII]
Stok horenneers: hoornen bogen. De dubbelzinnige bedoeling van het heele refrein behoeft wel niet nader verklaard te worden: ‘vaet mijn bedien’ (vs. 3).
eindvs. 8
veruaren: gevlogen, gebleven.
margenoot+
[f. 179 v°]
eindvs. 20
verwarmet: lees: verwarment.
eindvs. 26
telliere: de gleuf van den boog waar de pijl in wordt gelegd.
margenoot+
[f. 180 r°]
eindvs. 40
not: ‘nootvormige haak aan de veer van een armborst, waarachter de gespannen pees wordt opgehouden’ (Mnl. Wdb. IV, 2557; zie ook S. IV, 61).
eindvs. 41
dat alleene ghinge tslot: dat de boog vanzelf afging; vgl. S. IV, 21.
eindvs. 43
een cranc beschot: een droevig resultaat.
eindvs. 47
paymint: kan beteekenen betaaldag, afrekening (Mnl. Wdb. VI, 13); hier is de zin echter niet duidelijk.
margenoot+
[f. 180 v°]
eindvs. 53
bosschale: bosschages.
eindvs 55
ic ontbeers: ik zie er van af, wil er niet van weten.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken