Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De blauwe boekanier (1964)

Informatie terzijde

Titelpagina van De blauwe boekanier
Afbeelding van De blauwe boekanierToon afbeelding van titelpagina van De blauwe boekanier

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.76 MB)

Scans (72.58 MB)

ebook (5.86 MB)

XML (0.07 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

novelle(n)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De blauwe boekanier

(1964)–Tonke Dragt–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[p. 39]

6
Nog een blauwe fles

Op de tafel in de kajuit liggen vele paperassen: vellen papier waarop de schatten beschreven staan die de Blauwe Boekanier in de afgelopen dagen heeft verhandeld, zijn logboek en een fraai getekende landkaart met aanwijzingen in geheimschrift. Maar bovenop ligt een stukje perkament waarop hij een gedicht geschreven heeft. Eronder staat met blauwe letters: 15° N.B. 75° W.L.

illustratie



illustratie

Maar Porto Pesto bevindt zich niet op 15° noorderbreedte en 75° westerlengte!

 

De volgende morgen worden de trossen los gegooid en de Blauwe Boekanier kiest weer zee. Als het land nog maar een vage streep is, komt de kapitein aan dek en werpt met een krachtige zwaai iets overboord. Joris, die aan de verschansing staat, heeft gezien wat het is: een blauwe fles.

Aarzelend vraagt hij: ‘Wat zit er in die fles?’ De Blauwe Boekanier trekt zijn wenkbrauwen op. ‘Wat dacht je?’ zegt hij. ‘Een schatkaart?’ ‘Nee, misschien een gedicht.’

Het immer kalme gelaat van de Blauwe Boekanier weerspiegelt enige verbazing. ‘Hoe weet je dat?’ vraagt hij.

[p. 40]

Joris aarzelt even voordat hij antwoord geeft. ‘Ik heb verzen gelezen die in blauwe flessen gesloten waren,’ vertelt hij dan. ‘Mijn oom verzamelt ze.’

De Blauwe Boekanier neemt Joris scherp op en vraagt plotseling: ‘Heet je oom ook Jas?’

‘Ja kapitein.’

‘Die naam kwàm me al zo bekend voor,’ zegt de boekanier peinzend. ‘Hij was kapitein van de Swajurka, nietwaar?’

‘Ja kapitein,’ antwoordt Joris.

‘Een wonderbaarlijk toeval,’ zegt de Blauwe Boekanier, zijn snor opstrijkend. ‘Of misschien géén toeval?’ Weer kijkt hij Joris aan.

‘Ik... ik weet het niet,’ stamelt deze.

‘Wel, wel,’ spreekt de Blauwe Boekanier spottend, ‘een eerzaam kapitein verzamelt de coupletten van mijn zeeroversrijm!’

Joris kijkt boos, maar hij zegt niets.



illustratie

De Blauwe Boekanier draait zich om en wandelt weg, zonder nog naar hem te kijken.

[p. 41]

Joris voelt zich wat bezorgd. Heeft hij te veel gezegd? Dan denkt hij plotseling aan het onderschrift van elk vers. 15° noorderbreedte en 75° westerlengte. Nergens is meer land te bekennen; waar is het Eiland Zonder Naam? Hij spreekt de zwartbaardige bootsman aan.

‘Waar zijn we?’

‘Op zee,’ is het antwoord.

‘Ja, maar wáár? Op welke lengte en breedte?’

‘Waarom wil je dat weten?’ vraagt een stem achter hem.

Wat geschrokken kijkt Joris om; daar staat weer de Blauwe Boekanier.

‘Z... zomaar,’ stottert hij.

‘Weet je niet hoe je de positie van je schip kunt bepalen, door te kijken naar zon en sterren?’

‘Nee kapitein,’ zegt Joris.

‘Ik zal het je leren,’ zegt de Blauwe Boekanier, ‘want er steekt een goed zeeman in je. Alleen voor piraat deug je niet.’

‘Dat verheugt me alleen maar,’ antwoordt Joris beledigd.

‘Je hoeft niet in herhalingen te vervallen,’ spreekt de Blauwe Boekanier koud. ‘Kom mee, dan zal ik je vertellen hoe je met een sextant om moet gaan.’ Nu komt Joris er achter dat hij op zijn reis nooit de plaats heeft bereikt die ligt op 15° N.B. en 75° W.L. Waarom staat die plaatsbepaling dan toch onder de gedichten?

 

De matrozen van de Zeezweep zijn knorrig.

[p. 42]

Wat mankeert hun kapitein, de dappere Blauwe Boekanier? Jaren hebben ze onder hem gevaren en rijk is steeds de buit geweest. Waarom maakt hij dan nu geen plannen voor een nieuwe rooftocht? Joris hoort ze mompelen en morren. Hij hoopt half en half dat een van hen de Blauwe Boekanier zal besluipen en aanvallen. Dan zal hij - Joris Jas - dat verhinderen en zo zijn schuld aan de zeerover hebben betaald. Maar dat gebeurt niet; de Blauwe Boekanier heeft de wind eronder en bovendien gaat hij nooit slapen zonder een geladen pistool onder zijn hoofdkussen.

‘Ik wilde dat ik hem nooit ontmoet had!’ zegt Joris tot zichzelf. ‘Nu zit ik, een Jas, aan boord van een gestolen schip. Was ik maar nooit naar zee gegaan!’ Dat laatste meent hij niet echt, want hij houdt van het zeemansleven.

De Blauwe Boekanier laat een kist uit het ruim halen en geeft elke man (behalve Joris) een gouden staaf als extra uitkering. Meteen keert de tevredenheid terug. Hoe schittert het aan boord, als de matrozen schertsend schijngevechten houden met hun gouden staven!

Dan zegt de Blauwe Boekanier, met een blik naar Joris Jas: ‘Wij zetten nu koers naar een eiland dat ligt op 15° noorderbreedte en 75° westerlengte.’

‘Welk eiland?’ vraagt een der zeerovers.

‘Het heeft geen naam,’ zegt de Blauwe Boekanier.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken