Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Dit zijn zonnestralen (1873)

Informatie terzijde

Titelpagina van Dit zijn zonnestralen
Afbeelding van Dit zijn zonnestralenToon afbeelding van titelpagina van Dit zijn zonnestralen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.03 MB)

XML (0.09 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie
jeugdliteratuur

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Dit zijn zonnestralen

(1873)–Jan van Droogenbroeck–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 87]
[p. 87]

De Brand.

 
De Novemberavond was koud en guur;
 
Het regende en sneeuwde, buiten.
 
Wij zaten stillekens rond het vuur
 
En hoorden den schoorsteen fluiten.
 
 
 
Ons jongste zusterken kreunde en kreesch;
 
Grootvader keek ten gronde,
 
Hij kuchte en hoestte pijnlijk heesch...
 
- In de buurt huilden de honden.
 
 
 
En moeder, vader zwegen ook:
 
Ze schenen naar iets te luisteren,
 
En beschouwden treurig den grijzen rook,
 
Die opklom in den duistere...
 
 
 
Een naar gerucht, een ver geroep,
 
Dringt door 't windgebulder;
 
En sterker klinkt dit naar geroep:
 
‘Brand! het brandt bij den mulder!’
 
 
[pagina 88]
[p. 88]
 
En heller, feller gaat de galm
 
‘Brand! het brandt bij den mulder!’
 
De noodklok luidt met hol gegalm
 
Tusschen het windgebulder.
 
 
 
Grootvader beeft, moeder zucht,
 
Vader is rechtgesprongen:
 
Hij opent de deur: een stikkende lucht
 
Komt in huis gedrongen.
 
 
 
Honderd mannen snellen voorbij
 
Met emmers, ketels en vaten...
 
‘O lieve vader! blijf bij mij,
 
Ge zult er uw leven laten!’
 
 
 
De hemel kleurt in eens bloedrood
 
En schittert van gensters en vlammen:
 
‘Ach ginder dreigt een gewisse dood!
 
Wij voelen door schrik ons verlammen.’
 
 
 
Maar vader heeft een hart vol moed,
 
Al is hij wèl voorzichtig;
 
‘Wie zijnen naaste helpen moet
 
En aarzelt, is reeds plichtig.
 
 
 
Ik wacht daarom geen oogenblik
 
Vaarwel, gij lieve kinderen!
 
Bidt God, herstelt u van den schrik,
 
Niets zal uw' vader hinderen!’
 
 
[pagina 89]
[p. 89]
 
En vader neemt een goed besluit:
 
Niet achtend des regens kilte,
 
Gaat hij de deure haastig uit.
 
- Ik volg hem op in stilte.
 
 
 
Hoe akelig was het buiten nu!
 
Hoe woest ruischten de boomen!
 
In den eerste was ik bang en schuw;
 
- Maar een jongen mag niet schromen!
 
 
 
Wij stronkelen over stok en steen;
 
Dwars door wei en akker
 
IJlen wij naar den molen heen,
 
Die nog draait bij vlammengeflakker.
 
 
 
O welk gejammer, geschreeuw, getier
 
Ontschiet de verwarde scharen!
 
‘Uit den weg! water! brengt water hier!
 
Wij moeten het huis bewaren!’
 
 
 
Ik zie de balken der groote schuur
 
Tusschen den rook nog gloeien.
 
De stalling geraakt in volle vuur;
 
Daarbinnen loeien de koeien.
 
 
 
Het huis! het huis! Er komt eene vlam
 
Plots door het zoldervenster!
 
Ach daar lag vlas, zoo droog als zwam,
 
Het brandde met d'eersten genster!
 
 
[pagina 90]
[p. 90]
 
Men sleurt met meubels, kleedergoed,
 
Met kisten kasten, bedden;
 
Helaas! dat zooveel er blijven moet!
 
Want niemand kan meer redden!
 
 
 
Balken, muren vallen neer,
 
De smook gaat ons versmoren.
 
O wee! Ik zie mijnen vader niet meer!
 
Ik heb mijnen vader verloren!
 
 
 
Ik ween, ik roep zoo luid ik kan:
 
‘Waar is mijn vader, mijn vader?’
 
Daar komt op eens een zwarte man...
 
't Was hij, het was mijn vader!
 
 
 
Hij nam mij vriendelijk bij de hand.
 
Wen tranen zijne oogen ontsprongen
 
Sprak hij: ‘Ziet ge dien ijslijken brand?
 
Speel nimmer met vuur, mijn jongen!’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken