Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tondalus' visioen en St. Patricius' vagevuur (2 delen) (1914-1917)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.85 MB)

XML (0.26 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

visioen(en)
legende-mythe-sage


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tondalus' visioen en St. Patricius' vagevuur (2 delen)

(1914-1917)–H.J.E. Endepols, René Verdeyen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Van der ierster pijnen

DOe sij lange te samen ghijnghen. ende gheen licht en saghen. behalven die claerheit des engels. Soe quamen si ten lesten tot enen dale. dat doncker was ende overdect mit donckerheit der doot. Want het was herde diep ende vol bernender kolen Ende het had een yseren ovecdecsel dat dicke scheen te wesen, vi. cubytus. dat myt groeten

[Folio 138d]
[fol. 138d]

gloyene was boven bernende kolen Ende die stanc hijr af ghinc boven al die pine die die ziele toe nu toe geleden hadde want op dat geloiende overdecksel quam neder een voelheit van onselighen zielen. ende brieden daer op Tot dat sij als brade die in eenre panne braden ende al ghesmolten waren Ende dat swaerre is, sy worden doer dat overdecksel alsoe doerghedronge. als ghesmolten was doer enen doeck Ende inden bernenden colen worden sy weder vernyet toe der pijnen. Doe dese ziel dat sach. waert sij seer verveert. ende sprac toe den engel. Och mij lieve here ic bidde di oftu my seggen

[Folio 139a]
[fol. 139a]

wilste wat quade dese zielen ghedaen hebben. om dat sij gheordelt sijn tot dusdanen pijnen Die engel antworden. Dese sijn manslachtichgen vader ende bruderslachtich Dit is die irste pijne der gheenre die dusdane dinghen doen. Ende tot dusdanen dinghen hoeren volbort doen Ende dan dese pijne na die du noch sien salste Doe sprac die ziele: Ende sal ic dese pijnen oec lijden Die engel antworde. Du hebste sij niet verdient. daer om en salstu er niet lijden. Want al en bistu noch vader noch moeder noch bruederslachtich. [nochtant bistu manslachtich.] Mer men en sals di niet ghelden. Mer

[Folio 139b]
[fol. 139b]

als du weder tot dijnen lichaem comest soe hoede di dattu dese pijne of meerre niet en verdienes Ende hi sechde hoer: Gaen wij voert. want wij hebben noch voel weges te gaen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken