Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tondalus' visioen en St. Patricius' vagevuur (2 delen) (1914-1917)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.85 MB)

XML (0.26 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

visioen(en)
legende-mythe-sage


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tondalus' visioen en St. Patricius' vagevuur (2 delen)

(1914-1917)–H.J.E. Endepols, René Verdeyen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Die glorie vanden heiligen moniken nonnen ende canoniken

MEr doe deze ziele eernsteliken om sach. Soe sach sij als scharen. ende voel tenten van purpere. ende mit silver ende mit sijdene in wonderliker kostelheit ghemaket. Daer in songen orgalen Cymbalen. herpen. bongen ende ander manieren van sueten geluede. ende sij sechde totten engel. Dese tenten ende pauwalionen. wat zielen

[Folio 163a]
[fol. 163a]

hoeren sij toe Die engel sechde Dit is der heiliger moniken ende nonnen ruste Die blidelic ende mijnlic volgede hoere ghehoersamheit ende voldeden sij die sij hoeren oversten ghelaeft hadden. Die meer verbliden onder te wesen dan boven Die hoeren eigenen wil lieten. ende eens anders wille deden Soe dat sij ghewaerlic moegen seggen. Du setteste menschen boven onse hovede Wij ghinghen doer vuer ender doer water ende du heves ons uut gheleit in vercolinghe Die in dien tijden dat sij inden lichaem sijn hemelsche dinge smaken. ende hoer tonghe wachtede niet alleen van

[Folio 163b]
[fol. 163b]

quaden spreken mer oec om die mijnne des swyghens soe breidelen si se somtijt van gueden spreken Di[e] tot onsen here seggen moeghen. Wij hebben gheswegen ende sijn veroetmodiget. swygende van goede. ende mytten hoeren waren wij dij ghehoersam. Dusdane menschen hebben tronen ende pauwelionen. daer sij sonder aflaeten in sijnghen. ende loeven onser [alre] verloeser ende den ghever alles guedes. Doe sechde die ziel Ist dij lief. soe wil ic daer naerre gaen ende sien die ghene die daer bijnnen sijn. Die engel sechde: Het is mij lief dat du se sieste ende hoer\ste.

[Folio 163c]
[fol. 163c]

Mer du en salste niet tot hem in gaen Want dese ghebruken die tegenwoerdicheit der heiliger drievoldicheit. Ende soe wie eens tot hem in gaet hi verghit alle dat voerleden is ende en wort nummermeer verscheiden vander heiliger gheselscap. Behalven een joncfrou die verdiende te werden ghevoeget mitten choren der engelen. Doe ghijnghen sij daer naerre Ende sagen daer bijnnen moniken ende nonnen die waren gelijc den engelen Ende hoer stemmen schenen in sueticheiden ende ghenoechlicheiden boven al instrumenten van sueten geluede Ende al wast dat alle die zielen die sij te

[Folio 163d]
[fol. 163d]

voeren had ghesien mit seer grooter claerheit blinckende Nochtant ghinc dese claerheit en hoer ghenoechlike roeke ende dat suete geluut boven alle die glorie die sij voer ghesien hadde Alle die instrumenten gaven hoer geluut sonder iements arbeit. Mer boven alle dese sueticheit soe ghync sueticheit vander geesten stemmen Ende sij en hadden in hoeren stemmen lude op te heffen ghenen arbeit Want sij en schenen hoer lippen niet te rueren Ende sij en rukende oen niet op te heffen totten instrumenten [der] sueten gheluude. Nochtant gaven [sij] gheluut alsoe een iegelic wolde want dat firmament

[Folio 164a]
[fol. 164a]

te dat boven hoeren hovede was luchtede seer Ende daer aen hingen kettene nederwart van fijnen golde. Daer onder waren ghemenget roedeken van silver mit herden schonen manigherhande menghinge te gader gemaket. Daer aen hingen gulden nappen, fiolen, cymbalen ende schelleken, lelien ende dreiende scijven van golde ende onder dese dingen vloech een grote schare van engelen die gulden vloegelen hadden Ende mit lichten vloge vliegende onder den kettenen. die alte suete geluut den ghenen gaven die dat hoerden


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken