Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De lof der zotheid (1952)

Informatie terzijde

Titelpagina van De lof der zotheid
Afbeelding van De lof der zotheidToon afbeelding van titelpagina van De lof der zotheid

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.16 MB)

Scans (17.27 MB)

ebook (5.86 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Editeur

A.H. Kan

Illustrator

Hans Holbein de Jonge

Vertaler

Johannes Benedictus Kan



Genre

proza

Subgenre

lofdicht(en)
satire
vertaling: Latijn/Neolatijn / Nederlands


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De lof der zotheid

(1952)–Desiderius Erasmus–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Hoofdstuk XLVIII
Verschillende soorten en vormen der Zotheid.

Mocht iemand soms meenen, dat deze beweringen meer aanmatigend dan waar zijn, welnu, dan willen wij even een blik slaan in het leven der menschen, opdat het ons klaar worde, niet alleen hoeveel zij mij verschuldigd zijn, maar ook hoe hoog zij mij schatten, de hoogsten even goed als de laagsten. Wij zullen het leven van elkeen wel niet behoeven na te gaan, want dit zou al te veel tijd kosten, maar alleen dat van de hoogst geplaatsten, naar wie men de overigen zeker gemakkelijk kan afmeten. Want waartoe zou het dienen, te spreken over Jan Rap en zijn maat, die toch zonder kwestie geheel mijn eigendom zijn? Zij vertoonen immers de Zotheid overal in zulk een rijkdom van vormen en verzinnen dagelijks zooveel nieuwe, dat

[pagina 95]
[p. 95]

zelfs geen duizend DemocritussenGa naar eindnoot215) daarover genoeg zouden kunnen lachen: alhoewel er voor die Democritussen zelf dan weer een andere Democritus noodig zoude zijn. Ja, gij kunt u zelfs niet voorstellen, wat al stof tot gelach, spotternij en vreugde die menschenkinderen dagelijks den Goden verschaffen. Deze besteden namelijk de voormiddaguren, wanneer ze nog nuchter zijn, aan beraadslagingen, die veelal in twisten ontaarden, en aan het luisteren naar geloften. Later, als zij reeds vol nectar zijn en geen lust meer gevoelen om zich met iets ernstigs bezig te houden, dan gaan ze zitten op het plekje van den hemel, dat het meest naar voren uitsteekt, en nemen, met het hoofd voorover, een kijkje van hetgeen de menschen zooal doen. Ze kennen geen prettiger schouwspel. Lieve hemel, wat is dat voor een tooneel! Wat krioelen de zotten dooreen! Want ik pleeg ook zelf nu en dan in de rijen der dichtergoden zitting te nemen. Hier is er een smoorlijk verliefd op een meisje en, hoe minder zij van hem houdt, des te vuriger wordt zijn hartstocht. Daar trouwt er iemand een bruidschat, niet een huisvrouw. Een derde heeft zijn vrouw voor ieder veil. Weer een ander is jaloersch en bewaakt haar gangen als een ArgusGa naar eindnoot216). Daar hebt ge iemand, die in rouw waarlijk ongeloofelijke dwaasheden doet en zegt en zelfs als het ware tooneelspelers huurt om de rouwkomedie op te voeren. Nog een ander stort tranen bij het graf van zijn stiefmoeder. Deze legt alles, wat hij maar heeft kunnen bijeenschrapen, aan zijn buikje ten koste, om na een korte poos dapper honger te lijden. Het grootste geluk van gene bestaat in slapen en leegloopen. Er zijn ook menschen, die het zich zeer druk maken met het behartigen der zaken van anderen, maar hun eigen verwaarloozen. Enkelen leenen geld en, terwijl zij in schulden steken wanen zij zich rijk, maar zij gaan spoedig over den kop. Voor een ander is het een zaligheid zelf armoede te

[pagina 96]
[p. 96]

lijden om zijn erfgenaam rijk te maken. Deze vliegt om een klein en dan nog wel onzeker winstje te behalen over

illustratie

alle zeeën en geeft aan de golven en de winden zijn leven prijs, dat voor geen geld weer te koop is. Gene wil zich liever door den oorlog schatten verwerven dan zijn leven veilig in rust thuis doorbrengen. Er zijn er ook, die meenen, dat men door jacht te maken op de erfenissen van kinderlooze grijsaards het allergemakkelijkst tot rijkdom geraakt, en het ontbreekt ook niet aan dezulken, die hetzelfde doel liever najagen door smoorlijk te verlieven op oude vrouwen met veel geld. Maar dan eerst vermaakt zich het godenpubliek het meest ten kosten van die twee soorten van lieden, als die visschers van menschen in hun eigen netten gevangen worden. De allerzotste en gemeenste slag van menschen echter zijn de kooplieden, daar zij het allergemeenste beroep uitoefenen en dat wel op de gemeenste wijze. Alhoewel zij bij elke gelegenheid liegen, valsch zweren, stelen, bedriegen en zwendelen, houden zij toch hun stand voor den hoogsten op grond hiervan, dat zij om alle vingers gouden ringen dragen. Het ontbreekt dan ook niet aan vleiende kloosterbroertjes, die hen bewonderen en openlijk achtbare lieden noemen, natuurlijk met het doel om zelf ook een beetje te krijgen van het onrechtvaardig verworven goed. Elders kan men eenige PythagoreeërsGa naar eindnoot217) zien, die alles zoo zeer als gemeen goed beschouwen, dat zij al wat zij ergens onbewaakt aantreffen, kalmpjes wegnemen, alsof het hun bij erfenis ware ten deel gevallen. Er zijn er ook, die alleen rijk in hun wenschen

[pagina 97]
[p. 97]

zijn en meenen, dat eenige lieflijke droombeelden die zij zich scheppen voor hun geluk voldoende zijn. Sommigen willen gaarne buitenshuis

illustratie

voor rijk doorgaan en lijden thuis met mannenmoed honger. Deze haast zich al wat hij bezit, door te brengen, gene gaart schatten bijeen door alle geoorloofde en ongeoorloofde middelen. Deze werft om de volksgunst en eereambten, gene vindt zijn genoegen aan den huiselijken haard. Niet weinigen voeren eindelooze processen en doen om strijd hun best ten einde een steeds uitstellenden rechter en een even oneerlijken advocaat te verrijken. Deze zint op nieuwigheden, gene zet iets groots op het touw. Een ander gaat naar Jeruzalem, Rome of naar den heiligen JacobusGa naar eindnoot218), waar hij niets te maken heeft, terwijl hij thuis vrouw en kinderen achterlaat. Kortom zaagt ge die ontelbare beroeringen onder de menschen van de maan af, zooals vroeger MenippusGa naar eindnoot219), dan zoudt ge meenen een troep vliegen of muggen te zien, die met elkander twisten, oorlog voeren, elkaar lagen leggen, rooven, spelen, dartelen, geboren worden, vallen en sterven. Neen, het is haast ongelooflijk, welk een beweging zulk een klein en kort levend schepseltje maakt en hoeveel treurigs het te zien geeft. Want menigmaal ziet men het geweld zelfs van een onbeduidenden oorlog of van een besmettelijke ziekte vele duizenden te gelijker tijd wegsleepen en verdelgen.

eindnoot215)
Over Democritus zie Voorrede.
eindnoot216)
Zie hoofdst. XIX.
eindnoot217)
De leerlingen van Pythagoras (zie hoofdst. XI) vormden een soort van broederschap, die in gemeenschap van goederen leefde.
eindnoot218)
Ligt begraven te Compostella in Spanje.
eindnoot219)
Lucianus (reeds meermalen genoemd) laat in een van zijn geschriften den satyricus Menippus een reis naar den hemel ondernemen, waarbij hij o.a. op de maan aanlandt. Hij beschrijft dan, wat hij van daaruit al zoo op aarde ziet gebeuren.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken