Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Litteraire wandelingen (1906)

Informatie terzijde

Titelpagina van Litteraire wandelingen
Afbeelding van Litteraire wandelingenToon afbeelding van titelpagina van Litteraire wandelingen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.23 MB)

Scans (21.26 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.45 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Litteraire wandelingen

(1906)–Frans Erens–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 226]
[p. 226]

Zorrilla's ‘Don Juan Tenorio’.

Wanneer een buitenlander in een vreemde taal over onze litteratuur schrijft, moeten wij ons verheugen. We kunnen nu wel zeggen: ‘die vreemdelingen weten het toch niet’ en ons oprichten in fier isolement, we zullen ongemerkt de nadeelige gevolgen van dezen trots ondervinden. Een volk dat alléén tot zichzelf spreekt, zal zijn eigen groei verhinderen en zijn ziel doen ineenkrimpen. We mogen wel oppassen; onze grenzen zijn eng en niet lang behoeft een vogel te vliegen, om de torens van Dokkum en Maastricht onder zich te zien verdwijnen. Wij zijn de natie, van wier litteratuur het minst notitie wordt genomen; zoo mag zich b.v. de Deensche in eene veel grootere bekendheid verheugen. Op zichzelve is door die onbekendheid onze litteratuur nog niet veroordeeld, maar er ontstaat daardoor een vermoeden in haar nadeel.

Wanneer nu een talentvol auteur als Johannes Fastenrath de aandacht van Duitschland op ons vestigt, kunnen

[pagina 227]
[p. 227]

wij niet anders dan hem dankbaar zijn. Zoo heeft hij in zijn vaderland veel tot de verspreiding van de kennis van Vondel bijgedragen en laten we hopen, dat hij het daarbij niet zal laten. Wie weet, of hij nog niet eens een van onze goede auteurs in zijn voortreffelijk idioom zal overbrengen.

Zijn laatste werk is eene vertaling van José Zorrilla's Don Juan. In gladde en gemakkelijke Duitsche verzen vloeien de passieuitingen van Zorrilla's personen voor ons voorbij en boven den waterval der verzen bloeien de lichten van poëzie en humor.

In een zeer zaakrijke verhandeling, die aan het boek voorafgaat, geeft Fastenrath een overzicht der Don Juan litteratuur bij alle volkeren. Hij haalt daarin aan de woorden van Farinelli, die aan Molina het auteurschap van den Burlador de Sevilla betwist, doch, naar Fastenrath meent, ten onrechte.

Hoe het ook zij, de Don Juan van Molina wint het naar mijne meening in breede opvatting der hartstochten, in de groote forschheid van den dialoog, die vaster en toch levendiger in elkaar is geschroefd en in grootere zielsdimensie zich verspreidt met breedere galmen van vreugde en smart.

Fastenrath beweert verder, dat de sage van Don Juan haar oorsprong in het Noorden zou hebben. Gronden voor deze meening haalt hij niet aan; wel zegt hij dat de wetenschap, welke de ontwikkeling der sage bepalen wil, nog niet gecreëerd is. Het is echter de vraag of zulke wetenschap ooit tot stand zal komen, want welke

[pagina 228]
[p. 228]

bewijzen zouden er te vinden zijn, die met zekerheid aantoonen, hoe eene sage geboren wordt en aanwast. Zeer waarschijnlijk klinkt het ook niet, te zeggen, da de fabel van Don Juan uit het Noorden komt. Ja, de Faustlegende, zij is van Noorschen oorsprong. De drang naar weten van Faust, hij is Germaansch, maar de drang naar Liefde en Wellust openbaart zich in veel sterkere mate in het Zuiden dan in het Noorden. Mij dunkt, wanneer men geen afdoende gronden kan bijbrengen, zal men stellig beter doen het er voor te houden, dat Don Juan een zoon van de zonnige landen van achter de bergen is.

Don José Zorrilla werd geboren den 21sten Februari 1817 te Valladolid. Hij genoot zijn opvoeding in colleges te Sevilla en Madrid, waarna hij in Toledo de rechten ging studeeren, welke studie hij echter spoedig liet varen, om te Madrid als journalist werkzaam te zijn. Daar werd hij bevriend met de Spaansche letterkundige wereld. In 1854 ging hij naar Amerika, vestigde zich in Mexico, waar hij later voorlezer aan het hof van Maximiliaan werd en de ongelukkige keizerin Charlotte zooveel bewondering afdwong, dat zij zijn drama Don Juan geheel van buiten kende.

In Spanje teruggekeerd, leefde hij arm en verlaten, zooals iedere echte dichter. In Granada werd hij gekroond met eene gouden kroon, waarvan het goud uit den Darro afkomstig was. Omdat hij arm was, bracht hij ze kort daarop in de bank van leening. Hij stierf in 1893 in Madrid en de Koningin-Regentes kocht ze na zijn dood uit het pandjeshuis.

[pagina 229]
[p. 229]

Zijn werken zijn talrijk en bestaan voor een groot deel uit bundels gedichten en drama's. Zijn meest bekende werk is zijn Don Juan, ontelbare malen vertoond en nog steeds op het répertoire der schouwburgen van Madrid.

In het Hollandsch is het, voor zoover ik weet, niet vertaald.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken