Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Litteraire wandelingen (1906)

Informatie terzijde

Titelpagina van Litteraire wandelingen
Afbeelding van Litteraire wandelingenToon afbeelding van titelpagina van Litteraire wandelingen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.23 MB)

Scans (21.26 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.45 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Litteraire wandelingen

(1906)–Frans Erens–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 230]
[p. 230]

Een Belg over Hollandsche litteratuur.

Ik weet niet, of de opmerking reeds is gemaakt, maar de gevolgtrekking schijnt gewettigd, dat onze taal bestemd is ééne van de eerste onder de Europeesche te verdwijnen. Bij het einde der middeleeuwen was het Nederlandsch taalgebied een derde grooter dan het nu nog is. Embden, Keulen en Rijssel waren steden die Nederlandsch spraken, doch zijn nu aan onze taal ontvallen door het opdringen van machtiger volken, en het lijdt geen twijfel, dat ten slotte het Hoogduitsch eene volkomen overwinning zal behalen. Want van het oosten komt de heftigste druk. Vreemd is hierbij, dat Aken nooit tot het Nederduitsch taalgebied heeft behoord. Zoo zal ook eenmaal de taal van Finland verdwijnen voor de Russische. Het is een ijdel pogen en eene bekoorlijke naïveteit geweest van die uitgelezen schare van intellectuels, die aan de deur van den czaar ging kloppen om hem te verzoeken, aan Finland zijn rechten terug te geven. Wat wonder, dat hun niet werd opengedaan?

[pagina 231]
[p. 231]

En even naïef mag het heeten, een petitie aan de koningin van Engeland te richten, opdat zij de Transvaal zou sparen. De machtige stroomingen der volken laten zich niet tegenhouden en in de geschiedenis hebben de handigste diplomaten deze geëerbiedigd en zij waren des te gelukkiger, naarmate zij die stroomingen volgden. Slechts volkeren op het toppunt hunner evolutie gekomen, kunnen grootmoedig zijn, zooals het Fransche onder Napoleon III. Daarvan kunnen Polen en Italië spreken. Niettemin is er in de laatste jaren meer notitie van onze taal en letteren genomen dan sedert twee eeuwen het geval was. Het is vooral Couperus, wiens werken de grenzen hebben overschreden. Het cosmopolitisch karakter van zijn personen of liever hun cosmopolitisch vernis, hebben die belangstelling in het buitenland gewekt en inderdaad zijn de rijkdom zijner sentimenten, de voornaamheid zijner denkwijze deze belangstelling waard. Hij heeft een slag menschen gegeven, die tot nog toe in onze litteratuur niet door een werkelijk artiest waren behandeld. Hij kent zijn milieu en doet zijn personen er uit groeien als uit hun natuurlijken bodem. Zijn taal is de fluweelen grond waarop ze rusten in poses van weelde, en de fijn zilveren nevel van weemoed, waarin ze ademen. Het is alles fonkelnagelnieuw en niet alleen de stof maar ook de coupe der volzinnen, is van eene elegancie, zooals ze tot nog toe niet werd geleverd. Hij heeft onze taal ontdaan van het logge, dat haar bezwaart, haar licht gemaakt en haar de vleugelen

[pagina 232]
[p. 232]

gegeven, waarmede ze de grenzen is overgevlogen.

Een die zeker veel heeft bijgedragen tot de verspreiding van onze litteratuur in België en Frankrijk is de heer Van Keymeulen. Zijn boek: Esquisses flamandes et hollandaises, dat ik verzocht ben aan te kondigen, bevat onder andere een artikel over Couperus en over Multatuli en over de nieuwere Vlaamsche dichters. Het zijn opstellen, vroeger in de Revue des deux Mondes en de Revue Encyclopédique verschenen. Vooral de opstellen over Multatuli en zijn brieven zijn eene complete biografische studie. Al zijn de beschouwingen niet diep en niet altijd even belangrijk, het verhaal is piquant en tal van levensbizonderheden doen Multatuli's gecompliceerde persoonlijkheid helderder voor den dag komen. Deze is zeker een van de meest curieuse in de Europeesche litteratuur. Niemand heeft de verwantschap van gedachte en daad inniger gedacht, maar is dikwijls meer bedrogen uitgekomen. Man van gedachte, waar hij meende man van de daad te zijn, waren zijn daden sprongen en halsbrekende toeren, op wier steile punten hij zich niet altijd staande vermocht te houden. Zijn leven is een verwoede innerlijke strijd geweest tegen dit dualisme en hij is gestorven, zonder de overwinning op de daad te kunnen behalen. Doch zijn gedachte is een triomf geweest en zijn woord heeft in vele zielen gesneden. Hij was de speerwerper van het sarcasme; waar hij trof, was het raak en gromden de holle ingewanden der houterige regeeringsstelsels en verkalkte administraties. Hij is de eerste geweest, die heeft durven

[pagina 233]
[p. 233]

schrijven, zooals men spreekt en heeft daarom aan de conventioneele rethorica den genadeslag toegebracht. Alhoewel hij als denker veel gedwaald heeft, was het indringen van zijn geest in tal van psychologische problemen van een bewonderenswaardige scherpte en kracht. Doch wij staan heden nog verstomd, dat een geest die bewezen heeft zooveel te kunnen omvatten, in sommige opzichten zoo bekrompen was. Maar misschien dreef de sluiting aan de eene zijde zijne faculteiten in de verre richting aan de andere.

Het Fransch, dat de heer van Keymeulen schrijft lijkt me correct vertaald Hollandsch. Een Hollandsch semi-deftig, zooals onze groote bladen het schrijven. Een Hollandsch, dat niet den frac, maar den smoking aan heeft. Ik wil daarom niet zeggen, dat het slecht Fransch is, want dan zou de Revue des deux Mondes zijn opstellen niet hebben gepubliceerd, maar het verraadt den auteur en laat ons zien, dat hij in het Vlaamsch of Hollandsch denkt. Toch zijn zijn opmerkingen hier en daar goed, b.v. het slot van zijn artikel over Multatuli:

Il y a de quoi faire pardonner bien des erreurs de jugement, bien des écarts de conduite. Eut-il même prêché dans le désert, il faudrait lui pardonner encore, car il a possédé au plus haut degré deux des qualités, qui font le plus d'honneur à la nature humaine, la générosité native et la pitié désinteressée.

Al had Dekker niet geschreven, dan zouden deze hoedanigheden hem toch tot een groot man stempelen.

[pagina 234]
[p. 234]

En al hoort men in de laatste jaren vaak de tegenwerping: ‘Dekker was een goed schrijver, maar een slecht ambtenaar’, mij dunkt, dat de mensch moet voorgaan en pas in de tweede plaats de ambtenaar komt. Een staat, die aan zijn ambtenaren anders zou voorschrijven, zou zijn eigen doodvonnis onderteekenen, zijn eigen ledematen doen verdorren, zoodat ze zonder buigen gemakkelijk onder den eerst opstijgenden storm van anarchie zouden breken en vallen.

 

* * *

 

In een zijner laatste opstellen komt de heer Van Keymeulen op tegen eene zeer verspreide dwaling ten opzichte van het Vlaamsche ras.

Wanneer men de romanschrijvers wil gelooven, dan zijn de Vlamingen kolossen en hunne vrouwen Junonische gestalten. Maar het is vooral Rubens, die door zijne over de heele wereld verspreide schilderijen (volgens Jozef Israëls het geweldigste schilderstemperament, dat ooit heeft bestaan), het is vooral Rubens, zeg ik, die deze voorstelling in de hand heeft gewerkt. Zijn baardige kerels en hunne gespierde armen en beenen, zijne vleezige vrouwen zijn aan ieder bekend. In werkelijkheid, zegt de heer Van Keymeulen, is het ras verzwakt en vermagerd door drie eeuwen onheilvolle burger- en godsdienstoorlogen, die hun de meest krachtige en gezonde elementen hebben ontnomen.

‘Dit werk van degradatie is gevolgd door de armoede,

[pagina 235]
[p. 235]

door de slechte voeding en woningen, door het fabriekswerk en door het kantwerk.

Dit is juist. Vooral in Brugge onder de talrijke arme bevolking kan men deze woorden bevestigd vinden. De lichamen zijn verminderd, maar veler zielen hebben kracht behouden en diep onder zachten schijn vindt men veel vinnigheid.

Toch had de heer Van Keymeulen er bij kunnen voegen, dat het Rubenstype niet geheel is uitgestorven: men vindt het nog hier en daar op afgelegen dorpen, zelfs in de groote steden, schitterend vertegenwoordigd.

Toch wenschte ik den auteur te vragen, of Rubens niet de eenige is, die een dusdanig menschenslag heeft geschilderd, terwijl toch Memling, Pourbus en veel anderen gestalten hebben gegeven, ook twee à drie eeuwen geleden, zooals ze slechts nu nog in verzwakten toestand zouden bestaan volgens zijn meening. Zou het ras wel zooveel veranderd zijn?

 

* * *

 

Van de nieuwere Hollandsche litteratuur wordt door dezen Belg geen notitie genomen. Als wij Couperus, Hélène Lapidoth-Swarth en den terloops genoemden Frans Netscher uitzonderen, zwijgt hij over de andere nieuwere dichters en prozaschrijvers; toch heeft hun Couperus veel te danken. Over de andere Hollandsche auteurs luidt zijn oordeel aldus: Certains de ne jamais trouver le bout de la patience de leurs lecteurs, les autres ne leur

[pagina 236]
[p. 236]

font grace d'aucune particularité si oiseuse qu'elle soit, et après avoir employé trois pages à raconter qu'un de leurs personnages s'est gratté l'oreille, ils en consacrent six autres à des reflexions morales ou humoristiques sur cet évènement.

Nu weten wij het: Couperus alléén is niet langdradig of vervelend. Op wie de heer Van Keymeulen hier doelt, is niet duidelijk. Heeft hij het gemunt op de romans van Schimmel of mevrouw Bosboom-Toussaint; misschien doelt hij ook op Van Deijssel of Van Looy. Dan zou echter zijn voorstelling zeer gebrekkig wezen, zoo niet glad mis. In ieder geval dunkt me zijn kennis van onze litteratuur nog niet volledig. Hij zal nog veel moeten aanvullen. Er is in het Hollandsch toch meer geschreven, dat de moeite waard is gelezen te worden behalve de Vlamingen, Couperus en Multatuli. De heer Van Keymeulen kan nog veel voor onze letteren in het buitenland doen. Hij late dit niet na.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken