Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914 (1988)

Informatie terzijde

Titelpagina van De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
Afbeelding van De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914Toon afbeelding van titelpagina van De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.60 MB)

Scans (27.87 MB)

XML (2.06 MB)

tekstbestand






Editeur

H.A. Wage



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/brieven


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

214. Albert Verwey aan P.N. van Eyck, 25 december 1914

Noordwijk/zee 1 ste Kerstdag '14

 

Beste Van Eyck,

Daar was dan toch nog je brief, juist nadat ik mijn briefkaart had afgezonden, en juist vóor Kerstmis. Ik ontving hem gisteravond. Het was al dadelijk een bizonder bevredigend verhaal voor me dat Italië je boeit, dat je er werk vindt, dat de Renaissance je meer blijkt te zijn dan het koude, schematische waar je ze eerst voor gehouden had. Geloof me, de drang waarmee iedere tijd vroegere eeuwen van ontwikkeling wil uitschakelen, is een eerbiedwaardige, maar met dat al een bekrompene. Hij komt niet uit haat voort, maar wel uit een al te uitsluitende liefde. - Je velt over je zelf als dagbladschrijver een scherp oordeel. Ik geloof dat de waarde van je brieven sterk beïnvloed wordt door je onderwerp. Inspireert het je, dat geven ze een fijner genot dan doorgaans een krantenartikel. Laat het je onverschillig, dan mist je stijl - wat hij altijd mist: de loopjes waarmee een persmensch - geboren of ervaren - het onbeduidende smakelijk maakt. Desniettegenstaande zijn er dagbladschrijvers die ook zonder die

[pagina 46]
[p. 46]

loopjes op den duur gehoor afdwingen: de degelijken die voet bij stuk houden, en langzamerhand erkend worden vanwege hun zakelijkheid.

Wij schrijven maar altijd door, terwijl een halve dagreis hier vandaan millioenen menschen hun Kerstmis onder de kogels vieren. En het ergste is, dat die toestand ons meer en meer gewoon moet worden. Wij moeten zelfs trachten alle betrekkingen, binnen en buiten de grenzen, vasttehouden en voorttespinnen met een uitzicht op na de oorlog. Zelfs een platgebrand en uitgemoord België laten we naast ons liggen en verharden ons.

Je zult wel gemerkt hebben dat mijn voornaamste opzet, van Augustus af, dit weven aan de betrekkingen met Duitschland geweest is. Nooit heb ik zoo sterk gevoeld als sedert deze oorlog dat de europeesche gedachte - èn de kunst èn de poëzie - internationaal moet zijn of niet zijn. Er is niets meer aan te veranderen; en de internationaliteit van de gedachte is het eenige wat de oorlog tegenover zich vindt.

Ik schreef je, op mijn briefkaart, niet over de nieuwe gedichten van George. Ik hield ze voor mezelf apart, omdat zij alleen voor mij meer beteekenen dan al het andere. Ten eerste zijn drie ervan - Gebet, Hyperion, An die Kinder des Meeres - me een verrassing geweest. Ze zijn anders dan G's gedichten van de laatste jaren, naderen meer tot de bewogene soort waar ik een vriend van ben. Maar ten tweede zijn ze ook in George's werk een nieuwe staat, en wel een waardoor hij mij dichter nadert. Mijn opstel in het Jan i n zal er je over inlichten.Ga naar voetnoot119

Dat nummer is klaar. Ik begrijp heel goed dat je verdienste moet zoeken, maar - kan het zijn - stuur dan alles wat je daartoe help en moet, eerst aan mij. Gaat het met de Beweging boven verwachting, dan kan ik zien of onze belangen te vereenigen zijn. - Voorloopig niet meer. Een gelukkig jaar '15. Met hartelijke groeten, ook aan Nelly en van de huisgenoten

Je

Alb. V.

 

Van Querido zie ik nooit iets. Ook zijn Jordaan heb ik niet gelezen. Je gedichten zullen natuurlijk zéér welkom zijn. Het uitblijven van alle omvangrijker bijdragen werkt hoogst storend. Je gedichten-handschr. ligt hier veilig. - Gister zond Cronheim mij mijn N.jaarsmorgen volledig in het Duitsch vertaald.Ga naar voetnoot120 Morgen komt Else Bukowsky hier. -Ga naar voetnoot121

[pagina 47]
[p. 47]
Hyperion
 
1
 
Wo an entlegnem gestade
 
Muss ich vor alters entstammt sein
 
Brüder des volkes?
 
Dass ich mit euch wol geniessend
 
Wein und getreid unsres landes
 
Fremdling euch bleibe?
 
So wie ich sondert des sohns
 
Ahnender stolz von geschwistern
 
Späterer heirat
 
Selbst unter freundlichen spielen
 
Innerlich fern und versichert
 
Besseren vaters.
 
Ihr die in sinnen verstrickten
 
Ihr die in tönen verströmten
 
Schlaff dann beim werke:
 
Lernt nicht des tanzenden schritte
 
Holde gebärde der freude
 
Roh da ihr schwank seid,
 
Fruchtbarem bund nicht gefüge
 
Ihr auch zu zweien allein:
 
Ihr mit dem spiegel.
 
 
 
2
 
Ahnung gesellt mich zu euch
 
kinder des Inselgebiets
 
Die ihr in anmut die tat
 
bilder in hoheit ersannt
 
Spartas gebändigten mut
 
Ioniens süsse vermählt.
 
Jugendlich tanzt Der den chor
 
helden gestaltend als mann
 
Lieblichen gastmahls ist herr
 
lenker in staates gefahr
 
Und keine weisheit bis heut
 
hat dort die Gründer vertieft.
 
Was diese meere befuhr
 
was diese küsten durchzog!
 
Wo als die neige schon nah
 
unter zypressen des tals
 
Weitester lehrer der zeit
[pagina 48]
[p. 48]
 
adligsten schuier geführt.
 
Ihr habt Erlesne des glücks
 
wo ihr auch griffet gesiegt
 
Die ihr von greisen den schatz
 
enkeln gesammt übertrugt
 
Die ihr in fleisch und in erz
 
muster dem menschtum geformt
 
Die ihr in reigen und rausch
 
unsere götter gebart.
 
Weh! ruft der tausende schrei
 
dass dies musst untergehn!Dass nach dem furchtbaren fug
 
leben am leben erstirbt
 
Weh! auf des Syrers gebot
 
strüzte die lichtwelt in nacht.
 
 
 
3
 
Ich kam zur heimat: solch gewog von blüten
 
Empfing mich nie..ein pochen war im feld
 
In meinem hain von schlafenden gewalten,
 
Ich sah euch fluss und berg und gau im bann
 
Und brüder euch als künftige sonnen-erben:
 
In eurem scheuen auge ruht ein traum
 
Einst wird in euch zu blut der sehnsucht sinnen..
 
Mein leidend leben neigt dem schlummer zu
 
Doch gütig lohnt der Himmlischen verheissung
 
Dem frommen..der im Reich nie wandeln darf:
 
Ich werde heldengrab, ich werde scholle
 
Der heilige sprossen zur vollendung nahn:
 
MIT DIESEN KOMMT DAS ZWEITE ALTER, LIEBE
 
GEBAR DIE WELT, LIEBE GEBIERT SIE NEU.
 
Ich spräch den spruch, der zirkel ist gezogen..
 
Eh mich das dunkel überholt entrückt
 
Mich hohe schau: bald geht auf leichten sohlen
 
Durch teure flur greifbar im glanz der Gott.

Hyperion is die van Hölderlin, uit wiens boek de twee regels kapitaal met een kleine wijziging zijn overgenomen.

Holst 2 de druk heb ik niet ontvangen.Ga naar voetnoot122 Ik ben benieuwd naar de reorganisatie van de Zilverdistel.Er is in je brief nog meer waar ik op zou willen antwoorden maar ik vind het

[pagina 49]
[p. 49]

beter telkens maar te sturen wat ik op 't papier gooi. Mijn geest staat tegenwoordig ook in de loopgraaf. O ja, nog 't adres van Hellingrath. Hij zelf staat misschien in een werkelijke, als hij nog staat. Hij woonde (Norbert v.H.): 23 Ungererstr, 56IIr (welke hiëroglyphen me niet helder zijn) München. Tegelijk hiermee als drukw. 3 Kath. Rheims.

voetnoot119
De Beweging 11 (1915) 1 (januari), p. 1-17 zou met Verweys ‘Nieuwe duitsche gedichten’ openen.
voetnoot120
De musicoloog Paul Cronheim (1892-1975) studeerde te Leipzig staatswetenschappen. In 1917 zou hij bij de Insel-Verlag te Leipzig een bloemlezing met vertaalde gedichten van Verwey publiceren. Hij was bevriend met Anton Kippenberg, de directeur van deze uitgeverij; mede door zijn toedoen zou in 1919 bij dezelfde uitgeverij ook Verweys Europäische Aufsätze in de vertaling van Cronheim verschijnen. (Zie Uyldert III, p. 39-40.)
voetnoot121
Else Bukowsky (1893-1931) was een Duitse dichteres en vertaalster. In De Beweging 11 (1915) 2 (februari), p. 125-129 en 3 (maart), p. 211-213 zouden gedichten van haar worden geplaatst.
voetnoot122
De tweede druk van Verzen door A. Roland Holst was in 1914 bij C.A.J. van Dishoeck te Bussum verschenen. (Zie ook n. 114.)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • over Uren met Platoon

  • over De getooide doolhof

  • over Het ronde perk

  • over Uitzichten


auteurs

  • over Paul Cronheim

  • over J.C. Bloem

  • over Nine van der Schaaf

  • over [tijdschrift] Beweging, De

  • over P.C. Boutens

  • over Stefan George

  • over Geerten Gossaert

  • over Jan Greshoff

  • over Willem Kloos

  • over Aart van der Leeuw


landen

  • Italië


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 25 december 1914