Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914 (1988)

Informatie terzijde

Titelpagina van De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
Afbeelding van De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914Toon afbeelding van titelpagina van De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.60 MB)

Scans (27.87 MB)

XML (2.06 MB)

tekstbestand






Editeur

H.A. Wage



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/brieven


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

215. P.N. van Eyck aan Albert Verwey, 26 december 1914

[Roma 26·XII 1914]

Zeergeachte Heer, Even kom ik mijn beste wenschen brengen,U en Mevrouw, de meisjes en de jongens. Die beste wenschen zijn van 't jaar bijzonder veelvuldig en ik zal ze wel niet hoeven op te sommen. Zij komen ook van Nelly.

Ik hoop gauw iets van U te hooren. Tusschenbeide voel ik mij erg afgesneden, en dan ben ik dolblij een brief te krijgen. Jacques, die erg gedrukt en lusteloos is, schrijft bijna nooit. Het bloemlezinkje v. J.Gresh. heb ik nog niet ontvangen.Ga naar voetnoot123 Ik heb geen proef gezien. U zult wel denken, dat proeven langzamerhand een soort nachtmerrie voor mij worden. Ik heb er weinig van te doen, in elk geval. Italië is dof-onverschillig. Het is merkwaardig. Er is letterlijk niets te merken. Wanneer ik vroeger aan de toekomstige Europa-oorlog dacht, had ik mij niet kunnen voorstellen, dat de rest v. Europa er zoo onverschillig onder kon blijven. Eigenlijk is 't verschrikkelijk. Stel dat Italië nu eens uit zijn hol kruipt, - een mooie rol is uitgesloten. Waar komt dan plotseling de golf van daan, die al die onverschilligheid wegspoelt? De plotselinge band moet dan toch van laag allooi zijn? Het gevoel van gevaar, het zelfde dat van een huis dat in brand staat twee kijvende echtelieden plotseling eendrachtig doet worden. En de Italiaansche kranten brallen intusschen voort en kleeden met ijver het rekensommetje van 's lands belangen in de kakelbonte japonnetjes van nationalistische leuzen en phrazen. ‘het heilig egoïsme van Italië’!Ga naar voetnoot124 Wat is Savornin Lohman losgeschoten in de Kamer!Ga naar voetnoot125 En de angst van Loudon, en de nog grootere angst van de verslaggever van mijn ge[ë]erd onzijdig blad!Ga naar voetnoot126

Ik schijn wat sarcastisch te worden. De Paus heeft de schijn zoo hoog willen houden, dat hij om een dag wapenstilstand vroeg! Enz. Het is om er wee van te worden. Ik hoop of[p?] een frissche, sterke storm, ook in Italië, ook in Nederland. Ik kreeg een brief

[pagina 50]
[p. 50]

v.Noordewier over de houd.v.Nederland (en de Rotterd.) Het rook naar duffe angstGa naar voetnoot127 Hartelijke groeten, geheel Uw

vE.

voetnoot123
Het Jaar der Dichters 1915 .
voetnoot124
De uitdrukking ‘sacro egoismo’ schijnt gebruikt te zijn door de minister van buitenlandse zaken in Italië, Antonio di San Guliano, toen hij de onzijdigheid van zijn land verdedigde tegenover hen die meenden dat Italië verplichtingen op zich genomen had door in 1882 tot de Triple Alliantie (Duitsland, Oostenrijk en Italië) toe te treden.
voetnoot125
Jhr. Alexander Frederik de Savornin Lohman (1837-1924) had in 1896 de Christelijk Historische Unie gesticht. Zijn brochure Gedachten over oorlog en vrede (1914) was door Verwey becommentarieerd in De Beweging 10 (1914) 12 (december), p. 240-246.
voetnoot126
Van Eyck doelde hiermee waarschijnlijk op H.J. Noordewier.
voetnoot127
Deze brief werd niet gevonden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • over Uren met Platoon

  • over De getooide doolhof

  • over Het ronde perk

  • over Uitzichten


auteurs

  • over Paul Cronheim

  • over J.C. Bloem

  • over Nine van der Schaaf

  • over [tijdschrift] Beweging, De

  • over P.C. Boutens

  • over Stefan George

  • over Geerten Gossaert

  • over Jan Greshoff

  • over Willem Kloos

  • over Aart van der Leeuw


landen

  • Italië


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 26 december 1914