Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De jacht op de spiegel (1952)

Informatie terzijde

Titelpagina van De jacht op de spiegel
Afbeelding van De jacht op de spiegelToon afbeelding van titelpagina van De jacht op de spiegel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.84 MB)

Scans (28.60 MB)

XML (0.30 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De jacht op de spiegel

(1952)–HenriĆ«tte van Eyk–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 202]
[p. 202]

XXXIV

De volgende morgen, toen het helder licht was, klauterden Jock en Marlotje voorzichtig met de spiegel langs het sokkentouw naar beneden.

Nog wat slaperig van het feest, hingen de mensen en dieren op het bordes en in het park om. Maar toen ze Jock en Marlotje langs zagen komen, werden ze ineens klaar wakker.

‘Wat gaan jullie doen?’ vroeg de giraffe, en toen zei Jock, dat ze de spiegel gingen neerzetten op de bank bij de goudvissenvijver. ‘Dan kan iedereen er in kijken. Dat had jij toch zo bedacht?’

De giraffe, die op de bank onder de bruine beuk zat, sprong verheugd overeind, dook onder de takken uit en brabbelde van alles door elkaar, zó blij en verbaasd was hij, dat de spiegel niet tegelijk met de Kristallen Dame was verdwenen. ‘Ik dacht al,’ zei hij, ‘wat heb je daar onder je arm. Ja, ja, we gaan ieder op zijn beurt...’ Maar toen liet hij er plichtsgetrouw op volgen: ‘Daarna moeten we het ding dan wel meteen afleveren aan het paleis. Bevel van de koning! Leve de koning.’

‘Nu ja, daarna...’ Het veulen, dat had liggen slapen tussen de frambozenstruiken, sprong met een verrukt hinnikje overeind. ‘Ieder op zijn beurt! Marlotje heeft de hare natuurlijk al gehad.’

Maar Marlotje zei: ‘Nee hoor. Ik heb eerlijk gewacht op jullie. Mijn beurt is pas helemaal aan het eind.’

De baron, die een kamer had gehuurd in hotel Het Zilveren Hoofd, kwam aangewandeld langs de helio-

[pagina 203]
[p. 203]

throop en de reseda. ‘Wie is dat jongetje ook weer? zei hij toen hij Jock zag. ‘Ik meen me te herinneren, dat ik een dergelijk jongetje al eens eerder heb gezien...’ Hij had een pelsjas geleend van een minister. Hij zette zijn kraag op en rilde. Het was koud in de zon.

‘Het is Jock,’ zei Pang. ‘Het is het jongetje van de maan... Hij is naar het dak gegaan om te vechten met de Kristallen Dame. En hij heeft de spiegel mee terug gebracht...’ Ze streek met haar handjes het gladde houten schortje nog gladder; ze boog haar houtwollen krullenbol en keek naar haar schoentjes, die versleten waren van het dansen...

‘Dacht ik het niet!’ riep de baron, plotseling een en al jovialiteit. ‘Beste kerel, dat moet een nachtje voor je zijn geweest daar op dat dak! Overigens had je bij de hofmaarschalk een vergunning moeten aanvragen om daar te mogen zijn. Als alle onderdanen van Zijne Majesteit zomaar op Zijn dak zouden klimmen, is het eind er immers van weg. Zijne Majesteit had dat nu wel bevolen, maar een dak is een dak, en de hofmaarschalk is een neef van me en geen kwaje jongen. De omstandigheden echter in aanmerking genomen... Je hebt nuttig werk gedaan. En gisteren was de toestand zó, dat zelfs ik er niet aan heb gedacht je te waarschuwen voor mijn neef. Als er moeilijkheden komen, mag je mijn naam noemen. En wáár is nu die spiegel?’

‘Hier,’ zei Jock. Hij had de spiegel neergezet op de bank bij de goudvissenvijver. De reuzenkikkers stapten twee aan twee, nog een beetje draaierig van het feest, uit het riet, en zetten een kruispolka in. En toen begon het défilé.

[pagina 204]
[p. 204]

Eerst de giraffe. Maar toen de giraffe zichzelf zag, schrok hij van zijn lange hals. En de baron schrok van zijn pyama, en Pang van haar houten jurk, en de witte muis van zijn staartje, en de koe van haar ogen...

De honden vonden zichzelf te klein, en de paarden vonden zichzelf te groot, en de ezels keken onthutst naar hun oren. Het veulen werd helemaal bedroefd toen het zijn onnozel, verwonderd hoofd en zijn raar geplaatste lange benen zag, en de ratten tuimelden wenend in elkaars poten omdat ze - ieder voor zich - nooit geweten hadden, zó lelijk te zijn...

De mensen en dieren vielen zichzelf niet mee. Stil dropen ze af, naar alle kanten.

En toen zag de koning, die voor een raam aan de zonzijde zat te regeren, de spiegel staan op de bank bij de goudvissenvijver! Het ding was dus niet, zoals de kijkjonkers hadden gemeend, tegelijk met de Kristallen Dame verdwenen? Des te beter. Hij holde op zijn klepperende, goudleren muilen naar buiten, passeerde de baron, die wanhopige pogingen deed zijn pyama te verbergen achter een, uit het gazon gerukte tuinparasol; een volksoploop van gedesillusionneerde slingerapen; een den, waarnaast Pang rechtop stond te huilen; een spoedvergadering van ratten, die zichzelf wilden verdelgen door middel van rijst met kerry en arsenicum; en de koe, die haar ogen trachtte te camoufleren met een bril van judaspenningblaadjes.

Bij de bank aangekomen, duwde de koning Marlotje, die juist - als laatste - aan de beurt was, opzij en schreeuwde: ‘Wie waagt het in míjn spiegel te

[pagina 205]
[p. 205]

kijken!’, en toen keek hij er zélf in en zag een klein, dom, armzalig mannetje met een te wijde hermelijnen mantel en een te grote kroon...; en hij deinsde terug en gilde: ‘Ben ik dat!’, en de kijkjonkers, die bleek van schrik kwamen aanrennen uit het Turkse bad, riepen: ‘O nee, Sire! Dat is iemand ánders!’, en de koning liet zich door de toegesnelde lijfwacht op een klaptafeltje zetten, keek met verwilderde ogen om zich heen en gaf trillend van verontwaardiging bevel de spiegel in stukken te slaan.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken