Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Op de barkeeper beschouwd (1967)

Informatie terzijde

Titelpagina van Op de barkeeper beschouwd
Afbeelding van Op de barkeeper beschouwdToon afbeelding van titelpagina van Op de barkeeper beschouwd

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.88 MB)

Scans (13.72 MB)

XML (0.23 MB)

tekstbestand






Illustrator

Peter Vos



Genre

proza

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Op de barkeeper beschouwd

(1967)–Rinus Ferdinandusse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 12]
[p. 12]

Hem van boven

Er zijn café's die men niet ongestraft betreedt: als ik bij ‘De Beer’ kom, gebeurt er altijd iets dat op opschudding lijkt. Maar, en dat klinkt heel mooi in verband met wat nu gaat volgen, zo zegt de Prediker het ook, alles heeft zijn bestemde tijd.

Het begon met een lange, magere man. Hij zat wat achteraf, aan een tafeltje. Naast hem op een stoel stond een grote weekendtas. Hij haalde daaruit een spiegeltje en twee borsteltjes en begon zijn haar te borstelen, mooi, kortgeknipt, bros haar. Verder leek hij op Gregory Peck, aangevuld met de sproeten van Doris Day.

Toen ik even later terugkwam van de telefooncel, stond de genoemde man ineens bij de kassa en sprak met volle, sonore stem: ‘Ik roep hem aan die hierboven zit om jullie op te nemen in zijn zaak.’

Het spijt me dat ik moet melden dat de twee obers niet onmiddellijk op hun knieën op de grond vielen. De een wees op zijn voorhoofd en de ander zei: ‘Ik geloof dat je genoeg heb gehad. Moet je nog niet weg?’

De man wees opnieuw naar de zoldering en zei: ‘Ik weet dat hij hierboven zit en ik vraag hem uit naam van de menselijkheid om jullie op te nemen in zijn zaak.’

‘Kom,’ zei de ene ober, ‘rot nou op,’ terwijl de tweede komische gezichten naar de bargasten begon te trekken.

‘Ik weet,’ riep de man, met een mooie bas, ‘dat hij hierboven in weelde zit te genieten, terwijl jullie hierbeneden zwoegen in het zweet van jullie aanschijn.’

‘Kom nou, jongen, niet familiaar worden,’ zei Arie, de ober die als kortaangebonden bekend staat. En Henk zei:

[pagina 13]
[p. 13]

‘Nou, schiet op, we hebben jou niet nodig. We gaan nog liever jatten.’

Maar de man was niet te ontnuchteren.

Hij wees opnieuw naar de zoldering. ‘Hierboven zit hij die jullie uitzuigt. Jullie werken en zijn luie reet rust in een stoel. Ik verhef mijn stem om jullie nu tot vennoot te laten verklaren.’

‘'t Is nou mooi geweest,’ zei Henk, ‘Arie, pak die vent zijn jas, dan kan hij voor de deur een psalm gaan zingen.’ Hij pakte de man bij zijn schouders en duwde hem in de richting van zijn tafeltje. ‘Nou, je spiegeltje in je tas en rustig naar buiten, dan kan je daar een tramhaltepaal gaan bekeren.’



illustratie
't Is alleen om even naar te kijken, want ik drink nooit.


[pagina 14]
[p. 14]

Maar de man had daar weinig zin in. ‘Neen, broeders,’ riep hij, ‘betreedt niet de verkeerde weg. Ik vecht voor jullie. Ik kan dat. Ik heb ontwikkeling.’

‘Mooi zo,’ zei Henk, ‘dan weet je tenminste hoe je je jas moet aandoen.’

‘Jullie begrijpen het niet, broeders,’ riep de man, ‘ik kom voor jullie op. Ik wend mij tot de uitzuiger die hierboven zit, dat hij naar beneden komt en jullie vennoot maakt in deze zaak.’

‘Prachtig,’ zei Arie, ‘maar dan krijg ik eerst het gedonder dat ik je te veel heb geschonken. Doe je jas aan en lazer op.’

‘Zie mij nou,’ riep de man, ‘ik heb ontwikkeling en toch zink ik hier op de knieën...’ Hij deed het en Henk deed verbouwereerd een stap achteruit... ‘Zie mij hier liggen, een man van ontwikkeling, die op de grond knielt en voor jullie opkomt.’

‘Dat is mooi,’ zei Arie, vanachter de bar, ‘maar voor ons hoef je je knieën geen pijn te doen.’

‘Ik kom voor jullie op,’ zei de man, met zijn sonore stem.

 

‘Ja,’ zei Henk, ‘kom, hier is je jas, hou je arm maar op, goed zo, linkerarm erin, nou nog de rechter, kijk nou toch, helemaal weer het heertje. En nou d'r uit.’

Er kwam een snik in de stem van de man: ‘Ik kom voor jullie op, ik, een man van ontwikkeling, acht jaar avondlessen, en jullie laten me voor lul staan.’

‘Nou, dat geeft helemaal niks hoor,’ zei Arie, ‘dat staan wij hier al vijfentwintig jaar en 't voelt nog steeds lekker aan. Nou, schiet op, of we kwakken je de stoep op.’

‘Ik smeek de man hierboven,’ riep de man met verheffing van stem, ‘dat hij mij door het plafond hore

[pagina 15]
[p. 15]

en jullie vennoot in deze zaak make, want jullie verdienen het.’

‘Dan zal je toch harder moeten schreeuwen,’ zei Arie, ‘want hij heeft net gegete, en dan zit de pap nog in zijn ore.’

‘Als jullie me in steek laten, dan ga ik,’ zei de man, terwijl hij zijn weekendtas greep. ‘Ongelovigen! Terwijl de kleine werknemers zoveel te winnen hebben, verlaat ik u!’

‘O.K.,’ zei Henk, ‘ga met God en drie knikkers. En nou de deur uit.’ Hij begon tegen de man te duwen, die zich aan de deurpost vastklemde en nog riep: ‘Ik vraag het alleen voor jullie. Ik heb het niet nodig. Ik ben ontwikkeld.’

‘Ontwikkelde mensen houden hun bek, als anderen drinken,’ zei Henk, terwijl hij hard duwde. ‘Kom 's helpen, Arie, hij is dwars.’ Maar voordat Arie vanachter de bar kwam, schoot de man de straat op en de deur sloot zich langzaam achter hem.

Henk kwam handenwrijvend terug: ‘Wat zalle we nou hebben,’ zei hij nog. Arie keek eens naar de zoldering, knipoogde eens en zei: ‘We hadden hem er natuurlijk meteen uit kunnen mieteren, maar het kan nooit kwaad dat hij hierboven 't een keer hoort.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken