Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Op de barkeeper beschouwd (1967)

Informatie terzijde

Titelpagina van Op de barkeeper beschouwd
Afbeelding van Op de barkeeper beschouwdToon afbeelding van titelpagina van Op de barkeeper beschouwd

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.88 MB)

Scans (13.72 MB)

XML (0.23 MB)

tekstbestand






Illustrator

Peter Vos



Genre

proza

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Op de barkeeper beschouwd

(1967)–Rinus Ferdinandusse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 26]
[p. 26]

Sekreet

Een kleine kobold, daarop leek de man die al tijden lang tegen mij had zitten aanzeuren. Hij had het al over zijn baan en zijn baas gehad, over het weer en de kwaliteit van de koffie en net toen ik in godsnaam maar weg wilde gaan kwam hij op zijn familie, of liever gezegd, op zijn zwager terecht.

‘Mijn zwager,’ zo zei hij, ‘is een sekreet. Dat woord, gebruikt als kwalificatie voor mijn zwager is niet van mij, maar van mijn vader zaliger. Als mijn vader een valsaard of een schijnheilige ontmoette zei hij altijd:

illustratie

[pagina 27]
[p. 27]

sekreet. Dat was de meest krachtige uitdrukking in zijn mond, hij gebruikte hem ook als hij naar toilet ging. Hij ging daar altijd, zoals hij zei, de beukenootjes bemesten. En u moet toegeven dat zelfs in deze tijd van ruimtevaart is het hele proces van rotting tot nieuw leven zelden beter omspannen.

Kort voor hij stierf zei mijn vader nogmaals dat hij zo leed onder het feit dat dat sekreet met mijn zuster getrouwd was. ‘Mijd hem’ zei mijn vader, ‘zoals je een natte vinger mijdt.’ Maar het beroerde is dat hij zowel als mijn zuster voortdurend opbellen of ik eens kom borrelen of eten en als je alleen op de wereld staat, zoals ik, dan geef je gauw toe aan zoiets.

Nu zit het sekreet ook de hele dag alleen thuis. Hij hoeft niet te arbeiden, want hij heeft een merkwaardige ziekte onder de leden: zodra hij zijn kantoor betreedt overvallen hem angsten en wordt hij door trillingen bevangen. Knappe artsen hebben dat geconstateerd, dus helemaal verzonnen zal het niet wezen. Hij heeft zelfs een jaar bij een psychiatrisch specialist gelopen maar daarna bevingen hem ook de trillingen als hij naar die man toe moest. Ik denk dat dat gedoe op die divan voor hem ook teveel werk werd.

Dus hij zit thuis, niet opgewekt, maar verveeld. Hij is net een vaatdoek die nooit wordt uitgeknepen. Nog erger, hij is net een vaatdoek die je niet zou willen uitknijpen.

Hij zit de hele dag in zijn pyama of in zo'n bruinige kamerjas, je weet wel, net of je een vermolmde plank omdraait.

En hij doet niks. Hij treitert mijn zuster, want die mag ook niks. Als ze gaat breien voelt hij zich al verwaarloosd. Hobbies heeft hij ook niet. Zelfs geen negatieve hobby. Ik bedoel daarmee: je kan ook leven tégen

[pagina 28]
[p. 28]

iets. Elke zaterdagmiddag naar de postzegelmarkt gaan en waar iedereen bij is een zeer waardevolle zegel in vieren scheuren. Of in de bioscoop, als ze elkaar net krijgen, honend gaan lachen. Of condoleancebrieven schrijven als je een bruiloft in de krant geannonceerd ziet. Ik noem maar wat. Er is keus zat.

Maar het sekreet heeft zelfs dat niet. Hij heeft niks. Mijn zuster mag zelfs geen tv zien, als hij het programma niet leuk vindt. En hij is zo'n sekreet dat hij het, zodra ze kijkt, niet leuk meer vindt.

Het enige dat hij heeft, is een konijn. Dat staat in de huiskamer in een zeer klein pesthokje. Het moet op zijn achterpoten gaan staan om zich te kunnen omdraaien. En het sekreet zegt dan: ‘Dat konijn is nou het enige dat ik echt heb. Dat konijn is net als ik. Dat mag ook niks.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken