Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Eene liefde in het Zuiden (1881)

Informatie terzijde

Titelpagina van Eene liefde in het Zuiden
Afbeelding van Eene liefde in het ZuidenToon afbeelding van titelpagina van Eene liefde in het Zuiden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.37 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Eene liefde in het Zuiden

(1881)– Fiore della Neve–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

V.

 
Daarboven is 't feest!... Door de zijden gordijn,
 
Werpt luchter en kroon haar verblindenden schijn,
 
En schetst voor het oog van den wand'laar daar buiten,
 
Beweeg'lijke beelden op de effene ruiten.
 
 
 
Daarboven verkaatst zich in 't spieg'lend kristal
 
De geurige pracht van het luisterrijk bal.
 
Verguldsel en bronzen, en beelden en vazen,
 
Een sprookje uit het Oosten om 't West te verbazen.
[pagina 12]
[p. 12]
 
Betoov'rende vrouwen in luchtige kant,
 
En mannen, aanzienlijk door titel en stand,
 
Doorwandelen langzaam de marmeren zalen
 
Waar rijkdom en schoonheid om 't schitterendst pralen.
 
 
 
De wieg'lende walsen bevleug'len den voet,
 
En tinten de wangen met hoogeren gloed,
 
Een vriend'lijke glimlach schijnt gratie en leven
 
Aan ieders gebaren en woorden te geven.
 
- - - - - - - - - - - - -
 
 
 
O, is het niet schoon? Maar gij ziet niet de slang,
 
Die loert in de plooi van 't fluweelen behang;
 
Gij speurt niet het gif in de vriend'lijke woorden,
 
Die 't oor u verrukten en 't hart u bekoorden.
 
 
 
Die wereld, zij huichelt in handdruk en lach,
 
Zij tooit zich voor 't kaarslicht, en schuilt voor den dag,
 
Zij zint en bedenkt onder 't huppelend zwieren
 
Een list om haar lusten den teugel te vieren.
 
 
 
Voor hem die ze kent en de maskers doorziet,
 
Is dat grijnzen het lachen der vroolijkheid niet;
 
Maar de pijnlijke trek door gewoonte en belang
 
Gegrift in het rood der geschilderde wang.
 
- - - - - - - - - - - - -
[pagina 13]
[p. 13]
 
Ik walg van die feesten; wat zijn ze voor mij,
 
Gehuichelde vriendschap en listig gevlei?
 
Ben ik van de dwazen, die beed'len en kuipen?
 
Ben ik van de lagen, die vleien en kruipen?
 
 
 
Bekoort mij een glimlach, door valschheid gewrocht?
 
Vereert mij een handdruk, door laagheid gekocht?
 
Vermaakt mij 't gebeuzel, waar harten niet spreken,
 
Verlang ik een gunst, die ik huich'lend moet smeeken?
 
 
 
Ik walg van de vrouwen, die wenken en lonken
 
Om duur te verkoopen, wat lang is verschonken;
 
'k Veracht ze, de mannen met buigende lenden,
 
Die voor een belooning hun eerewoord schenden.
 
 
 
Men speelt hier, en zet op de wiss'lende kaart
 
Den bruidschat, voor dochter of zuster bewaard;
 
Uit baatzucht verbindt men, en koppelt voor 't leven,
 
Wat nimmer een eed'le verbindt'nis kan geven.
 
 
 
Men veilt hier een maagd, als op Smyrna's bazaar,
 
- In prijs en condities bedriegt men elkaar!
 
Men koopt er gewetens voor titels en orden,
 
En vaak is de kooper bedrogen geworden!
 
- - - - - - - - - - - - -
[pagina 14]
[p. 14]
 
En toch ging 'k er heen, naar de feest'lijke zaal,
 
En 'k groette er de gastvrouw met hoff'lijke taal,
 
Schoon 'k wist dat mijn ambt en mijn titel alleen,
 
Haar hadden genoopt om mij nader te trêen.
 
 
 
Toen ging ik, en zocht op de spieg'lende baan,
 
De liefste, om wier wil ik hierheen was gegaan,
 
En 'k zag haar daar, schitt'rend van gratie en leven.
 
Door sierlijke minnaars bewond'rend omgeven.
 
 
 
Ja, schoon was mijn liefste; geen schouder zoo blank;
 
Geen hals zoo bevallig, geen taille zoo slank;
 
Geen wenkbrauw zoo donker, geen blosje zoo gloeiend,
 
Geen kleeding zoo smaakvol, geen glimlach zoo boeiend.
 
 
 
Mijn liefste! - zou ze ooit mijne liefste wel zijn,
 
Die heerlijke vrouw in het slepend satijn,
 
Zoo trotsch en zoo lief'lijk, zoo fier bovenal,
 
De schoonste der schoonen, vorstinne van 't bal?
 
 
 
Ik naderde haar, en de blik van haar oog,
 
De dankbare lach die haar lippen bewoog,
 
Toen ze argeloos blozend mij koos tot geleider,
 
Deed menig mijn vijand zijn, elk mijn benijder.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken