Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
T bouck van wondre, 1513 (1934)

Informatie terzijde

Titelpagina van T bouck van wondre, 1513
Afbeelding van T bouck van wondre, 1513Toon afbeelding van titelpagina van T bouck van wondre, 1513

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.72 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

proefschrift
artesliteratuur


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

T bouck van wondre, 1513

(1934)–H.G.Th. Frencken–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Secreet Boeck waarin vele diversche secrete / ende heerlicke consten / en veel derleije verscheijden materien

/ uit seker Latijnsche / Fransoysche / hoogduytsche / ende Nederlandsche Authoren / te samen en de bij een gebracht zijn: waer van den meestendeel der voorschreven Authoren, namen daer bij gheciteert worden.

By een vergadert door D. Doctor Carel Batin, Acquirimus

[pagina 128]
[p. 128]

studys immortalitatem. Tot Dordrecht. By Joris Water Anno 1609 Pag. 209.-.

Hoe dat men den cinnober of Vermeillioen constelick maken sal.

Neemt twee deel Quicsilvers / en een derden deel solfers doet / hem in eenen pot / smelt den solfer / en den quicsilver onder een / alst nu cout geworden is so wryvet wel met melcanderen. Doetet daer naer in Gelas dat te vorē een vinger decke met hayrigen Leem / over al becleet is. Maect te voren eenen Hoven vande breede / dat u Ghelas ofte colve is / sedt dit ghelas op den Hoven, ofte settet op eenen yseren Dryvoet / oft in een ander distilleer hoventken / maeckt een deckselken van Bleck boven op den Mondt des Ghelas / ende int midden des decksels een gaetken / luteret oock wel met den voorschreven Leem / stoodt een yser / door dit gat daer in / opdat ghyt allereysen daer mede roeren meucht. Maeckt voor eersten / daer onder een cleyn Vierken / van drooge hout / ende daer naer hoe langer hoe grooter. En neemt also wel achte op dat gelas want ghy sult int Gelas meugen rooc sien / ende oock uit het Gelas / maer en stoot u daer niet aan / dan siedt toe / dat ghy hem altydt stedich vier gheeft / sonder ophouden / totdat ghy den Rooc so root siet als bloet alsdan ist genoech. latet daer naer cout worde so hebdy goede cinnober.’ Zie caput 163 Playsant hoofken van Recepten 1551.

Pag. 159. -

Om yser morwe te maken. Het yser wort weec / alsmen dat bluscht in zap van Boonen / oft in sap van malus (Cardamus).

Om het roest uit yser te krijgen.

Bestryct dat met olie van wynsteen. Het welcke ook de plecken des aengesichts wech neemt als men daer op stryct (Albertus).

Om alle yser. so herdt te maken, datter gheen ander yser in snyden mach.

Distilleert eenen goeden deel Pierwormen.

Distilleert ooc besondere / rapen ēn Pepoenwortel / mengelt beyde dese waters te samē / vā elcx evē veel / maect in dit water / het yser nat tweemaels naer den anderen / en het sal hert worden. Nostradam.

Om vylen hert te maken.

[pagina 129]
[p. 129]

De vylen sal men in Lynolie harten / ofte in Bocksbloet.

Een hardinghe voor strythamers en dergelycke. Neemt Raddys / meeretich / Pierwormen / Bocxbloet / stootet al onder een / slypt uwe wapen / en hartet daerin.

Item neemt sap van Rapen en̅ bluschet daer in alderley wapenen / die ghy hart hebben wilt. Zie B.v.W. caput 60

meerretich = meerradic: radijs (Verdam).

Pag. 168. - Om yser hert en wederom weeck te maken. Neemt verbenam / stootse met stelen met al / en druct daer uit het sap / en bewaert hem. Als ghy nu dat wilt gebruyckē / so doeter by mansuryne elckx even veel ende maeckt het yser gloeyende dat ghi hert maken wilt ende blusschet daer in / soo langhe tot datter ghouden pleckxkens op comen / maer soo langhe als ghÿ bevint dattet noch blauachtich blyft soo weedt dat het noch niet ghenoech is.

Sommighe die blusschen het yser in water van roode slecken / ende daerin blusschen zy het gloeyende yser. uit eenen duytschen Boeck. Verbena officinalis = ijzerhard.

De recepten komen overeen met die uit het Batement van Recepten 1546 en die uit een nieuw playsant Hoofken van Recepten 1551.

Om yser weeck te maken. Neemt menschenbloet / laet dat cout worden / giet het water daer boven of en bewaert dat. Maeckt daer naer het yser heet ende bestryckt dat / met dit water / lateter in droogen / ende het yser sal weeck zyn. (uit eenen Duytschen Boeck).

Hoedat men het stael sal hert maken.

Als men het stael wilt hert maken / so salment dicmaels in coutwater blusschen en̅ so verre als het scherpe blau is / so ist ghenoech.

Om de punten van alle geweer hert te maken.

Neemt Pierwormen / stoot se / druckt daer uit de vochtighheyt ende menghet daer onder sap van raddys evē vele / blust hier in den Punt van alle geweer dry of viermaels / ende het sal also hert wese dattet sal snydē / in ander yser / oft loot ware (Mizaldys).

Pag. 216.

Van het orpigment.

Dit is ooc een sorgelyck (maer eene schoone verwe). Als ghy dat wryft / soo stopt Neuse / ende Mondt / opdat ghy

[pagina 130]
[p. 130]

noch den Domp / noch het Stof daer van niet int lyf en cryght......

Ende wacht u dat ghy geene Pinceelen van dese verwe en leckt want sy is seer schadelick......

Pag. 217. - Schijtgeel.

Neemt wauwe / die men in lattijn noemt Flostinctorius, dat zijn de geluwe Blommen / die de verwers gebruycken / neemt die met de stelen / en blommen onder een / soo veel als u belieft, maect een calcwater / giet dat op de blommen / in eenen grooten ketel / latet so lange sieden / tot dat de gheluwicheyt der blommen uit mach sieden. Nemet daerna van de vyer, en latet een weinich verstaen, gietet daer naer door eenen doec ofte sac. / datter noch blommen noch cruyt by sy. Neemt daer naer wel gewreven crydt / en noch eens so veel wel gewreven aluyn / roeret wel onder een met een stocxken en neemt wel acht dattet niet te seer op en styghe / want den crijt / en den aluyn dryvent seer op. Latet also staen / so wort het water claer / Als haer nu de substantie wederom heeft geset / soo giedt het water wederom af / tot dat gy de verwe bloot siet / dewelcke gy nemen en droogen sult. Als gy die wilt gebruycken so wryft met aluyn water ofte met dunne lymwater

wauw = reseda luteola.

Pag. 218. -

Hoe datmen spaensgroen maken sal.

Neempt coperbladers / en vylsel van coper / doet die in een dicke coperen Busse / met een decksel daertoe eygetlic gemaect wesende: Giet daer op goeden stercken Wynazyn / ende een weynich honich settet in de warme Sonne / oft op eenen warmen hoven / veertyien dagen lanc / so sal den Azyn daer van Blauverwich worden / giet die daer af / in een gelas stopt dat dichte toe / en giet wederom Azyn / en honich daer af latet wederom so langhe staen / gietet wederom af / en doet dit soo lange als het coper Verwe van hem geeft. Het geē dater afgegoten is / dat suldy laten staen / tot datet begint dicke te worden / ......

Grieckxgroen / ofte Spaensgroen.

Neemt coperplaten / bestryctse / met geschuymden honich hanctse in eenen verloyden Pot / boven dichte toegedect / giet stercken Azyn / in den gront / stelt desen Pot also / op een warme plaetse vyer ofte vyf weken lanc / doet daer naer

[pagina 131]
[p. 131]

den pot ope / en schrabt de groene blomme van de Coperplate. Hanct de plate wederom daer inals vore / en doet ooc altyt de groene blomme daer van / so lange als de plate duyrt......

Pag. 224.

‘Hoe datmen Loodwit, ofte Ceruse maken sal’.

So verre als ghy selve wilt Lootwit maken so neemt loyen platen / en hangtse in eenen verloyde pot / daer in dat goeden witten Wynazyn sy / stopt den boven dichte toe / stelt hem op een warme plaetse / vier ofte vyf weken lanck / Neēt daer naer het Loot uit den Pot / ende scrabt de Materie oft Loodwit daer vā. Hanget alsdan wederom daer in / stopt den Pot als voren, toe. Hanghet dan wederom daer in stopt den Pot als voren en schrobbet daer naer / alle 14 dagen eens / als voren / so hebdy goet Lootwit.

Persesteen swart kool van perziksteenen.

So verre als ghy een schoon / en liefelic swart hebbe wilt. So neempt eenen goeden deel Persesteenen / doetet in eenen nieuwen pot / met een decksel daer op luteret boven dichte toe / datter geenen damp uit en mach / anders souden die steenen / geheel tot asschen worden. Stelt desen Pot also in een Potbackershovē / laet hē brandē so lange als de ongebrandē potten branden moetē. Als hy nu gebrant heeft / so neēt die swarte gebrande steenen daer uyt. Stootse in enen mortier wel cleyne / wryftse daer naer op eenē steen Tempereertse daer na met al sulckē tēperature alst u belieft / so hebdy eē seer goet swart.

luteren: met leem bestrijken (Verdam).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken